63. betont, dass der EU‑Haushalt trotz seiner geringen Höhe im Hinblick auf die Erreichung der gemeinschaftlich vereinbarten politischen Ziele der EU Ressourcen bündelt, als Katalysator wirkt und Größenvorteile sowie grenzüberschreitende Effekte bewirkt; ist fest davon überzeugt, dass der EU‑Haushalt ein sehr starkes Instrument ist, mit dem strategische Investitionen mit einem europäischen Mehrwert gefördert werden; besteht d
arauf, dass für den EU‑Haushalt neue Eigenmittel eingeführt werden müssen, damit die Strategie Europa 2020 und die im Rahmen des Vertrags von Lissabon festgelegten neuen Zuständigkeiten angemessen finanziert werden
...[+++] können, und weist darauf hin, dass in diesem Rahmen die einzelstaatlichen Beiträge zum Haushalt der EU abnehmen würden, was wiederum die Haushaltskonsolidierung auf nationaler Ebene erleichtern würde; 63. benadrukt dat de EU-begroting, ondanks zijn beperkte omvang, middelen bundelt, als katalysator fungeert en voor schaaleconomie en grensoverschrijdende effecten zorgt voor het verwezenlijken van gezamenlijk overeengekomen politieke doelstellingen; is er vast van overtuigd dat de EU-begroting een zeer krachtig instrument vormt om meer strategische investeringen met Europese meerwaarde te bewerkstelligen; wijst er
nogmaals op dat er nieuwe eigen middelen voor de EU-begroting moeten worden ingevoerd om de Europa 2020-strategie en de nieuwe taken die voortvloeien uit het Verdrag van Lissabon naar behoren te kunnen financieren, en merkt
...[+++]op dat de nationale bijdragen aan de EU-begroting dan zouden kunnen worden verlaagd, wat weer zou leiden tot vergemakkelijking van de begrotingsconsolidatie op nationaal niveau;