Traduction de «euv verankerten gemeinsamen » (Allemand → Néerlandais) :

Da das Ziel dieser Verordnung, nämlich die Schaffung eines gemeinsamen Rahmens für die Zusammenarbeit zwischen den Mitgliedstaaten, um Stellenangebote zusammenzuführen, die Möglichkeit einer Bewerbung auf diese Stellen zu bieten und den Ausgleich von Angebot und Nachfrage auf dem Arbeitsmarkt zu schaffen, von den Mitgliedstaaten nicht ausreichend verwirklicht werden kann, sondern vielmehr auf Unionsebene besser zu verwirklichen ist, kann die Union im Einklang mit dem in Artikel 5 EUV verankerten Subsidiaritätsprinzip tätig werden.
Daar de doelstellingen van deze verordening, namelijk de vaststelling van een gemeenschappelijk kader voor samenwerking tussen lidstaten dat vacatures en de mogelijkheid om op deze vacatures te solliciteren bijeenbrengt en een evenwicht tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt bevordert, niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt, maar beter door de Unie kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel van artikel 5 VWEU maatregelen nemen.

16. nimmt die Mitteilung der Kommission zur Kenntnis und verweist auf die vom Parlament angenommenen Standpunkte hinsichtlich der Errichtung eines neuen EU-Rahmens für Rechtsstaatlichkeit, mit dem die Fähigkeit der Union, das sogenannte „Kopenhagen-Dilemma“ anzugehen – dem zufolge die Union hohe Maßstäbe festlegt, die von den Bewerberländern zu erfüllen sind, für die Mitgliedstaaten jedoch keine funktionierenden entsprechenden Instrumente vorhanden sind – gestärkt werden soll und dessen Ziel darin bestehen muss, die Einhaltung der in Artikel 2 EUV verankerten gemeinsamen Werte durch alle Mitgliedstaaten mit Blick auf die Kontinuität der „Kopenhagen-Kriterien“ solange sicherzustellen, bis die Verordnung zur Errichtung einer Agentur für Grundrechte – wie vom Parlament wiederholt gefordert – geändert wurde;
16. neemt kennis van de mededeling van de Commissie en herinnert aan de door het Parlement aangenomen standpunten over de oprichting van een nieuw EU-kader voor de rechtsstaat ter versterking van de capaciteit van de Unie om het zogenaamde „Kopenhaagse dilemma” aan te pakken – een situatie waarin de Unie hoge normen stelt aan kandidaat-lidstaten, maar voor de bestaande lidstaten geen functionele instrumenten heeft die tot doel hebben ervoor te zorgen dat alle lidstaten voldoen aan de in artikel 2 van het VEU vervatte gemeenschappelijke waarden met het oog op continuïteit van de Kopenhagen-criteria, in afwachting van de wijziging van de verordening tot oprichting van het Bureau voor de grondrechten , zoals herhaaldelijk werd gevraagd door het Parlement;

16. fordert umgehend Maßnahmen, um das sogenannte „Kopenhagen-Dilemma“ zu lösen, dem zufolge die Union hohe Maßstäbe festlegt, die von den Bewerberländern zu erfüllen sind, für die Mitgliedstaaten jedoch keine entsprechenden Instrumente vorhanden sind; fordert – vorzugsweise auf der Grundlage einer interinstitutionellen Vereinbarung – die Errichtung einer aus unabhängigen hochrangigen – unter anderem vom Parlament berufenen – Grundrechteexperten zusammengesetzten „Kopenhagen-Kommission“, deren Ziele darin bestehen, die Einhaltung der in Artikel 2 EUV verankerten gemeinsamen Werte durch alle Mitgliedstaaten und die Kontinuität der „Kopenhagen-Kriterien“ sicherzustellen, und die im Zusammenhang mit Grundrechtefragen solange beratend tätig wird und Berichte erstellt, bis die Verordnung zur Errichtung einer Agentur für Grundrechte geändert wurde und der Agentur – wie vom Parlament wiederholt gefordert – ein größerer Aufgabenbereich und vermehrte Befugnisse übertragen wurden;
16. dringt sterk aan op maatregelen om iets te doen aan het zogenoemde "Kopenhaagse dilemma", de situatie waarin de Unie hoge normen vaststelt voor kandidaat-landen, maar de nodige instrumenten voor de bestaande lidstaten mist; pleit voor de oprichting, bij voorkeur in het kader van een interinstitutionele overeenkomst, van een "commissie-Kopenhagen" bestaande uit onafhankelijke deskundigen op hoog niveau inzake grondrechten, die ook door het Parlement worden aangewezen; deze commissie dient erop toe te zien dat alle lidstaten voldoen aan de in artikel 2 van het VEU vervatte gemeenschappelijke waarden en dat zij de "Kopenhagen-criteria" voortdurend naleven, waarbij zij adviezen en verslagen uitbrengt over aangelegenheden omtrent de grondrechten, in afwachting van de wijziging van de verordening tot oprichting van het Bureau voor de grondrechten die het bureau een breder toepassingsgebied en sterkere bevoegdheden moet verlenen, zoals herhaaldelijk werd gevraagd door het Parlement;

11. fordert die Schaffung einer „Kopenhagen-Kommission“, vorzugsweise auf der Grundlage einer interinstitutionellen Vereinbarung und bestehend aus unabhängigen hochrangigen Grundrechteexperten, die auch vom Parlament berufen werden, deren Ziel es sein sollte, sicherzustellen, dass alle Mitgliedstaaten die in Artikel 2 EUV verankerten gemeinsamen Werte einhalten und dass die „Kopenhagen-Kriterien“ kontinuierlich eingehalten werden, und die im Zusammenhang mit Grundrechtefragen beratend tätig wird und Berichte erstellt, solange die Geschäftsordnung der FRA noch nicht geändert wurde und ihr noch keine umfassenderen Befugnisse und Aufgabenbereiche, einschließlich der Beobachtung einzelner Mitgliedstaaten im Bereich der Grundrechte eingeräumt wurden, wie vom Parlament wiederholt gefordert;
11. pleit voor de oprichting, bij voorkeur in het kader van een interinstitutionele overeenkomst, van een „commissie-Kopenhagen” bestaande uit onafhankelijke deskundigen op hoog niveau inzake de grondrechten die worden aangewezen door o.a. het Parlement, die erop moet toezien dat alle lidstaten de in artikel 2 VEU vervatte gemeenschappelijke waarden naleven en voortdurend voldoen aan de „Kopenhagen-criteria”, en die adviezen en verslagen moet uitbrengen over grondrechtenkwesties, in afwachting van de wijziging van de FRA-verordening op grond waarvan het agentschap op herhaaldelijk verzoek van het Parlement grotere bevoegdheden en een verruimd mandaat zal krijgen, ook met betrekking tot de controle van de afzonderlijke lidstaten op het gebied van de grondrechten;

11. fordert die Schaffung einer „Kopenhagen-Kommission“, vorzugsweise auf der Grundlage einer interinstitutionellen Vereinbarung und bestehend aus unabhängigen hochrangigen Grundrechteexperten, die auch vom Parlament berufen werden, deren Ziel es sein sollte, sicherzustellen, dass alle Mitgliedstaaten die in Artikel 2 EUV verankerten gemeinsamen Werte einhalten und dass die „Kopenhagen-Kriterien“ kontinuierlich eingehalten werden, und die im Zusammenhang mit Grundrechtefragen beratend tätig wird und Berichte erstellt, solange die Geschäftsordnung der FRA noch nicht geändert wurde und ihr noch keine umfassenderen Befugnisse und Aufgabenbereiche, einschließlich der Beobachtung einzelner Mitgliedstaaten im Bereich der Grundrechte eingeräumt wurden, wie vom Parlament wiederholt gefordert;
11. pleit voor de oprichting, bij voorkeur in het kader van een interinstitutionele overeenkomst, van een "commissie-Kopenhagen" bestaande uit onafhankelijke deskundigen op hoog niveau inzake de grondrechten die worden aangewezen door o.a. het Parlement, die erop moet toezien dat alle lidstaten de in artikel 2 VEU vervatte gemeenschappelijke waarden naleven en voortdurend voldoen aan de "Kopenhagen-criteria", en die adviezen en verslagen moet uitbrengen over grondrechtenkwesties, in afwachting van de wijziging van de FRA-verordening op grond waarvan het agentschap op herhaaldelijk verzoek van het Parlement grotere bevoegdheden en een verruimd mandaat zal krijgen, ook met betrekking tot de controle van de afzonderlijke lidstaten op het gebied van de grondrechten;

11. betont, dass die Kontrollen von Rüstungsexporten ein grundlegender Bestandteil der Außen- und Sicherheitspolitik der EU sind und von den in Artikel 21 EUV verankerten Grundsätzen – insbesondere der Förderung der Demokratie und der Rechtsstaatlichkeit und der Erhaltung des Friedens, der Verhütung von Konflikten und der Stärkung der internationalen Sicherheit – geprägt sein müssen; weist darauf hin, dass unbedingt für die Kohärenz der Rüstungsexporte und der Glaubwürdigkeit der EU als einer Organisation, die sich weltweit für Menschenrechte einsetzt, gesorgt werden muss; ist der festen Überzeugung, dass eine wirksamere Umsetzung der acht Kriterien des Gemeinsamen Standpunkts einen wichtigen Beitrag zur Weiterentwicklung der GASP und der GSVP leisten würde; fordert, dass angesichts des veränderten Sicherheitsumfelds und der damit verbundenen Risiken und Bedrohungen mit Blick auf die europäischen Sicherheitsinteressen in der neuen globalen EU-Strategie für Außen- und Sicherheitspolitik den Aspekten des Rüstungsexports angemessen Rechnung getragen wird;
11. benadrukt dat de controle op wapenuitvoer een integraal onderdeel vormt van het buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU en toegepast moet worden volgens de beginselen die zijn vastgelegd in artikel 21, VEU, met name de bevordering van de democratie en de rechtsstaat, en van vredehandhaving, conflictpreventie en het versterken van de internationale veiligheid; herinnert eraan dat het van cruciaal belang is voor samenhang te zorgen tussen wapenuitvoer en de geloofwaardigheid van de EU als wereldwijd pleitbezorger van de mensenrechten; is er ten stelligste van overtuigd dat een effectievere tenuitvoerlegging van de acht criteria van het gemeenschappelijk standpunt een grote bijdrage zou leveren aan de ontwikkeling van zowel het GBVB als het GVDB; dringt erop aan dat de kwestie van wapenuitvoer binnen de nieuwe globale EU-strategie voor het buitenlands en veiligheidsbeleid naar behoren onderzocht wordt in het licht van de gewijzigde veiligheidscontext en de daarmee samenhangende gevaren en bedreigingen ten aanzien van de Europese veiligheidsbelangen;

Da das Ziel dieser Richtlinie, nämlich einen allgemeinen gemeinsamen Rahmen einer Reihe angemessener Bestimmungen, Maßnahmen und Kontrollmechanismen festzulegen, die für eine bessere und einheitlichere Durchführung, Anwendung und Durchsetzung der Richtlinie 96/71/EG in der Praxis notwendig sind, von den Mitgliedstaaten nicht ausreichend verwirklicht werden kann und wegen des Umfangs und der Wirkungen der Maßnahme auf Unionsebene besser zu verwirklichen ist, kann die Union im Einklang mit dem in Artikel 5 EUV verankerten Subsidiaritätsprinzip tätig werden.
Aangezien de doelstelling van deze richtlijn, namelijk de vaststelling van een gemeenschappelijk kader voor een pakket passende bepalingen, maatregelen en controlemechanismen voor een betere en meer uniforme uitvoering, toepassing en handhaving van Richtlijn 96/71/EG in de praktijk, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, maar vanwege de strekking en de gevolgen van de richtlijn, beter op het niveau van de Unie kan worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 VEU neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen.

Da das Ziel der vorliegenden Verordnung, nämlich ein Beitrag zur effizienten Steuerung der Migrationsströme und zur Durchführung, Konsolidierung und Weiterentwicklung der gemeinsamen Asylpolitik, der Politik subsidiären und vorübergehenden Schutzes und der gemeinsamen Einwanderungspolitik zu leisten, von den Mitgliedstaaten nicht ausreichend verwirklicht werden kann, sondern vielmehr auf Unionsebene besser zu verwirklichen ist, kann die Union im Einklang mit dem in Artikel 5 des Vertrags über die Europäische Union (EUV) verankerten Subsidiaritätsprinzip tätig werden.
Daar de doelstelling van deze verordening, namelijk bijdragen aan het efficiënte beheer van de migratiestromen en tot de uitvoering, versterking en ontwikkeling van het gemeenschappelijk beleid inzake asiel, subsidiaire bescherming en tijdelijke bescherming, alsook het gemeenschappelijk immigratiebeleid, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, maar beter op het niveau van de Unie kan worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen.