Vertaling van "euv abzielt " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Frage, welche auf ein Geständnis abzielt
vraag waarop het antwoord een directe zelfincriminatie zou inhouden

jedes Gebaren,das darauf abzielt,eine bevorzugte Stellung zu sichern
elke handelwijze,welke beoogt een bevoorrechte positie te verschaffen

Vertrag über die Europäische Union [ EUV [acronym] EU-Vertrag | Maastrichter Vertrag | Vertragsentwurf zur Gründung einer Europäischen Union ]
Verdrag betreffende de Europese Unie [ EU-verdrag | Verdrag van Maastricht | VEU [acronym] voorontwerp van verdrag betreffende de Europese Unie ]

Europäischer Verein | EUV [Abbr.] | EV [Abbr.]
Europese vereniging | EUV [Abbr.] | EV [Abbr.]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Diese Richtlinie lässt ferner die Arbeit beispielsweise nationaler Nachrichtendienste unberührt, die auf den Schutz der nationalen Sicherheit gemäß Artikel 4 Absatz 2 des Vertrags über die Europäische Union (EUV) abzielt oder in den Anwendungsbereich des Artikels 72 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union (AEUV) fällt, wonach Teil III Titel V AEUV über den Raum der Freiheit, der Sicherheit und des Rechts nicht die Wahrnehmung der Zuständigkeiten der Mitgliedstaaten für die Aufrechterhaltung der öffentlichen Ordnung und den Schutz der inneren Sicherheit berühren darf.
Ook laat deze richtlijn de werkzaamheden onverlet die, bijvoorbeeld, door de nationale inlichtingendiensten worden verricht met het oog op de bescherming van de nationale veiligheid overeenkomstig artikel 4, lid 2, van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) of die onder het toepassingsgebied vallen van artikel 72 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), op grond waarvan titel V van deel III van het VWEU betreffende de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht de uitoefening van de verantwoordelijkheid van de lidstaten voor de handhaving van de openbare orde en de bescherming van de binnenlandse veiligheid onverlet moet laten.

Gemäß Artikel 3 Absatz 3 des Vertrags über die Europäische Union (EUV) wirkt die Union auf eine in hohem Maße wettbewerbsfähige soziale Marktwirtschaft hin, die auf Vollbeschäftigung und sozialen Fortschritt abzielt.
Artikel 3, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) bepaalt dat een van de doelstellingen van de Unie erin bestaat zich in te zetten voor een sociale markteconomie met een groot concurrentievermogen, die op volledige werkgelegenheid en sociale vooruitgang is gericht.

Diese Richtlinie sollte ferner die Arbeit beispielsweise nationaler Nachrichtendienste unberührt lassen, die auf den Schutz der nationalen Sicherheit gemäß Artikel 4 Absatz 2 des Vertrags über die Europäische Union (EUV) abzielt oder in den Anwendungsbereich des Artikels 72 AEUV fällt, wonach Titel V über den Raum der Freiheit, der Sicherheit und des Rechts nicht die Wahrnehmung der Zuständigkeiten der Mitgliedstaaten für die Aufrechterhaltung der öffentlichen Ordnung und den Schutz der inneren Sicherheit berühren darf.
Ook dient deze richtlijn de werkzaamheden onverlet te laten die, bijvoorbeeld, door de nationale inlichtingendiensten worden verricht met het oog op de bescherming van de nationale veiligheid overeenkomstig artikel 4, lid 2, van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU), of die onder het toepassingsgebied vallen van artikel 72 VWEU, op grond waarvan titel V betreffende de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht bepaalt dat de uitoefening van de verantwoordelijkheid van de lidstaten voor de handhaving van de openbare orde en de bescherming van de binnenlandse veiligheid onverlet moet worden gelaten.

A. in der Erwägung, dass die Union gemäß Artikel 3 Absatz 3 EUV „auf die nachhaltige Entwicklung Europas auf der Grundlage eines ausgewogenen Wirtschaftswachstums und von Preisstabilität, eine in hohem Maße wettbewerbsfähige soziale Marktwirtschaft, die auf Vollbeschäftigung und sozialen Fortschritt abzielt, sowie ein hohes Maß an Schutz“ hinwirkt; in der Erwägung, dass es von grundlegender Bedeutung ist, dass eine soziale Dimension der wirtschaftspolitischen Steuerung auf den unterschiedlichen Ebenen der Union gewährleistet ist, wie es in Artikel 9 AEUV festgeschrieben ist; in der Erwägung, dass das Europäische Parlament in seiner Entschließung vom 1. Dezember 2011 zu dem Europäischen Semester für die wirtschaftspolitische Koordinierung die Auffassung vertrat, dass „jedes neue oder weiterentwickelte Organisations- und Beschlussfassungsverfahren innerhalb des Rates und/oder der Kommission mit einer verstärkten demokratischen Legitimation und einer angemessenen Rechenschaftspflicht gegenüber dem Europäischen Parlament einhergehen muss“;
A. overwegende dat, overeenkomstig artikel 3, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, de Unie zich inzet "voor de duurzame ontwikkeling van Europa, op basis van een evenwichtige economische groei en van prijsstabiliteit, een sociale markteconomie met een groot concurrentievermogen die gericht is op volledige werkgelegenheid en sociale vooruitgang, en van een hoog niveau van bescherming"; overwegende dat het van essentieel belang is om de sociale dimensie van economische governance op de diverse niveaus van de Unie te waarborgen, zoals vastgelegd in artikel 9 VWEU; overwegende dat het Europees Parlement in zijn resolutie van 1 december 2011 over het Europees Semester voor economische beleidscoördinatie stelde dat "elke vernieuwing of opwaardering wat de organisatie en het besluitvormingsproces binnen de Raad en/of de Commissie betreft, hand in hand moet gaan met meer democratische legitimiteit en een behoorlijke verantwoordingsplicht bij het Europees Parlement";

Die Kommission und der Rat werden darauf hingewiesen, dass die Forderung nach Unterrichtung des Parlaments auch auf die allgemein gehaltene Pflicht der Organe nach Artikel 13 Absatz 2 EUV abzielt, loyal zusammenzuarbeiten.
Het Parlement herinnert de Commissie en de Raad eraan dat de plicht het Parlement te informeren ook een weerspiegeling is van de meer algemene voor de instellingen geldende verplichting "loyaal samen te werken", overeenkomstig artikel 13, lid 2, van het VEU.

23. begrüßt die Bemühungen der vorherigen rotierenden Ratsvorsitze und des derzeitigen rotierenden Ratsvorsitzes, einen Prozess einzuleiten, der auf eine Klärung des Wesens und Anwendungsbereichs der Ständigen Strukturierten Zusammenarbeit nach Artikel 42 Absatz 6 EUV abzielt; fordert den Rat auf, umgehend eine klare Definition der Ständigen Strukturierten Zusammenarbeit vorzulegen und dabei den zivil-militärischen Charakter des umfassenden Ansatzes der EU zu berücksichtigen sowie konkret anzugeben, wie angesichts der derzeitigen Finanzkrise und Kürzungen der Verteidigungshaushalte der EU-Mitgliedstaaten die Ständige Strukturierte Zusammenarbeit auf den Weg gebracht werden kann;
23. is verheugd over de inspanningen van het voorgaande en het huidige voorzitterschap van de Raad om te gaan werken aan verduidelijking van de aard en de reikwijdte van de „permanente gestructureerde samenwerking” (PSC) zoals bedoeld in artikel 42, lid 6 VWEU; verzoekt de Raad snel voor duidelijkheid te zorgen rond de PSC, met inachtneming van het civiel-militaire karakter van de alomvattende benadering van de EU, en in concreto aan te geven hoe de PSC moet worden gestart tegen de achtergrond van de huidige financiële crisis en de krimpende nationale defensiebegrotingen van de EU-lidstaten;

23. begrüßt die Bemühungen der vorherigen rotierenden Ratsvorsitze und des derzeitigen rotierenden Ratsvorsitzes, einen Prozess einzuleiten, der auf eine Klärung des Wesens und Anwendungsbereichs der Ständigen Strukturierten Zusammenarbeit nach Artikel 42 Absatz 6 EUV abzielt; fordert den Rat auf, umgehend eine klare Definition der Ständigen Strukturierten Zusammenarbeit vorzulegen und dabei den zivil-militärischen Charakter des umfassenden Ansatzes der EU zu berücksichtigen sowie konkret anzugeben, wie angesichts der derzeitigen Finanzkrise und Kürzungen der Verteidigungshaushalte der EU-Mitgliedstaaten die Ständige Strukturierte Zusammenarbeit auf den Weg gebracht werden kann;
23. is verheugd over de inspanningen van het voorgaande en het huidige voorzitterschap van de Raad om te gaan werken aan verduidelijking van de aard en de reikwijdte van de "permanente gestructureerde samenwerking" (PSC) zoals bedoeld in artikel 42, lid 6 VWEU; verzoekt de Raad snel voor duidelijkheid te zorgen rond de PSC, met inachtneming van het civiel-militaire karakter van de alomvattende benadering van de EU, en in concreto aan te geven hoe de PSC moet worden gestart tegen de achtergrond van de huidige financiële crisis en de krimpende nationale defensiebegrotingen van de EU-lidstaten;