Vertaling van "europas erfüllen sollte " (Duits → Nederlands) :

in der Erwägung, dass die allgemeine und berufliche Bildung nicht ausschließlich darauf ausgerichtet sein sollte, die Bedürfnisse des Arbeitsmarkts zu erfüllen, sondern auch einen Wert an und für sich darstellen sollte, da Bildung auch eine wichtige Rolle bei der Ausbildung ethischer und bürgerlicher Tugenden und der allgemein anerkannten und in den Verträgen verankerten humanistischen Werte sowie bei der Stärkung der demokratischen Grundsätze, auf denen Europa aufgebaut ist, spielt.
overwegende dat onderwijs en opleiding er niet alleen op gericht mogen zijn om te voorzien in de behoeften van de arbeidsmarkt, maar een waarde moeten vormen op zich, omdat onderwijs een even belangrijke rol speelt voor de ontwikkeling van ethische en burgerlijke waarden en van humanistische waarden in ruime zin, die zijn vastgesteld in de verdragen, en voor de versterking van de democratische principes waarop Europa gebaseerd is.

79. betont, dass die Verpflichtung zur Senkung von Treibhausgasemissionen und zur Umgestaltung Europas zu einer wettbewerbsfähigen Wirtschaft mit geringen CO2-Emissionen bei sinnvoller Umsetzung ein erhebliches Potenzial bietet, die weltweite Wettbewerbsfähigkeit der Union zu steigern, dass aber zugleich darauf geachtet werden sollte, diese nicht zu schwächen; betont aus diesem Grund, dass im Wege einer eingehenden Folgenabschätzung bewertet werden sollte, welche Niveaus und welche Einzelvorschriften bei künftigen Zielsetzungen das Bestmögliche bewirken; betrachtet daher ein komplexes, ausgewogenes und kohärentes Konzept für Klimaschutz, Wettbewerbsfähigkeit, Nachhaltigkeit und Sicherheit als notwendig, das auf einem ausgewogenen Energieportfolio basiert, das sich stark auf nachhaltige Energiequellen stützt, das Technologien zur Senkung von CO2-Emissionen zur Geltung bringt, um die Klimaschutzziele zu erfüllen, und durch das bezahlbare Energie für die Verbraucher und die industrielle Produktion verfügbar wird;
79. benadrukt dat de toezeggingen om de broeikasgasemissies te reduceren en Europa in een concurrerende koolstofarme en energie-efficiënte economie te veranderen, indien naar behoren uitgevoerd, een kans betekenen om het concurrentievermogen van de EU op het wereldtoneel te vergroten, maar dat er tevens zorg voor moet worden gedragen dit concurrentievermogen niet te ondergraven; onderstreept derhalve dat het gewenste niveau en de modaliteiten van toekomstige doelen zouden moeten worden onderworpen aan een gedegen effectbeoordeling; is van mening dat een brede, evenwichtige en samenhangende aanpak van klimaatverandering en concurrentievermogen, duurzaamheid en veiligheid nodig is, gebaseerd op een evenwichtige energieportefeuille die sterk op duurzame energiebronnen steunt en openstaat voor technologieën voor het koolstofarm maken van de economie om aan de klimaatdoelstellingen te voldoen, waardoor betaalbare energie voor de consument en de industriële productie mogelijk wordt;

11. ist der Ansicht, dass sowohl die Mitgliedstaaten als auch die Kommission entschlossener handeln müssen, um gegen illegale Ausfuhren und die Deponierung von Kunststoffabfällen vorzugehen, u. a. durch eine strengere Durchsetzung der EU-Verordnungen über die Verbringung sowie durch strengere Überwachungs- und Kontrollsysteme in den Häfen und an allen Abfallbehandlungsanlagen, in deren Rahmen mutmaßliche Fälle illegaler Verbringung ermittelt werden und die Ausfuhr von Abfällen zur Wiederverwendung (insbesondere Altfahrzeuge und Elektro- und Elektronik-Altgeräte) bekämpft wird, und um sicherzustellen, dass die Ausfuhren nur in solche Anlagen gelangen, die die Anforderungen an eine umweltgerechte Behandlung gemäß Artikel 49 der Verordnung über die Verbringung von Abfällen erfüllen; merkt an, dass die Anwendung des Grundsatzes der erweiterten Herstellerverantwortung sowie das Verbraucherbewusstsein bei der Verhinderung illegaler Ausfuhren und einer erheblichen Verringerung von Kunststoffabfällen in der Umwelt eine wichtige Rolle spielen; ist der Ansicht, dass die EU bei allen möglichen internationalen Foren, Vereinbarungen und Institutionen einen kohärenten Ansatz für die Abfallbewirtschaftung fördern sollte; hebt hervor, dass die EU eine weltweite Initiative zur Überwachung und deutlichen Verringerung von Abfällen in den Ozeanen leiten sollte; vertritt die Auffassung, dass der Zugang zu zuverlässigen und vergleichbaren Daten über Abfallströme nach und aus Europa, Abfallmengen und -bewirtschaftungssysteme von wesentlicher Bedeutung ist;
11. vindt dat door de lidstaten en de Commissie krachtiger moet worden opgetreden tegen het illegaal uitvoeren en storten van kunststofafval, dat de Europese regelgeving inzake de overbrenging van afvalstoffen strenger gehandhaafd moet worden en dat er voor havens en voor alle afvalverwerkingsinstallaties strengere toezicht- en inspectieregelingen moeten worden ingevoerd die gericht zijn op vermoede illegale overbrenging van afval en die moeten voorkomen dat afval voor hergebruik wordt geëxporteerd (hoofdzakelijk autowrakken en AEEA), om te waarborgen dat uitgevoerd afval alleen naar installaties gaat die voldoen aan de vereisten voor milieuhygiënisch verantwoord beheer, als vastgelegd in artikel 49 van de verordening inzake overbrenging van afvalstoffen; is van oordeel dat toepassing van het beginsel van uitgebreide verantwoordelijkheid van de producent en bewustmaking van consumenten eraan kunnen bijdragen dat de illegale uitvoer van kunststoffen vermindert en de hoeveelheid kunststofafval in het milieu aanzienlijk afneemt; is verder van mening dat de EU zich op alle internationale fora en bij onderhandelingen over akkoorden en binnen de instellingen moet inzetten voor een samenhangende aanpak van afvalbeheer; benadrukt dat de EU de basis moet leggen voor een mondiaal initiatief om het zwerfvuil in de oceanen te controleren en aanzienlijk terug te dringen; acht het voorts van groot belang toegang te hebben tot betrouwbare en vergelijkbare gegevens over afvalstromen, het vervoer van afval van en naar Europa, de omvang van deze afvalstromen en afvalbeheerssystemen;

24. empfiehlt der Europäischen Union, im Falle der schwierigsten Partnerschaften diese Länder nicht zu isolieren, sondern die Beziehungen zu ihnen auf der Grundlage einer zweckmäßigen und wirksamen Konditionalität, die als wirklicher Anreiz für demokratische Reformen, Einhaltung der Regeln der guten Regierungsführung und Achtung der Menschenrechte dient, zu führen und dafür Sorge zu tragen, dass die Bevölkerung von der Zusammenarbeit tatsächlich profitiert; gibt seine Zustimmung zu dem in der Mitteilung über eine Partnerschaft mit dem südlichen Mittelmeerraum für Demokratie und gemeinsamen Wohlstand formulierten leistungsbezogenen Ansatz („more for more“); ist der Ansicht, dass die EU im Gegenzug Finanzmittel, die zuvor für Länder vorgesehen waren, deren Regierungen ihre Verpflichtungen auf dem Gebiet der demokratischen Staatsführung nicht erfüllen, unverzüglich zugunsten der Länder der Partnerschaft Europa-Mittelmeer sowie der Östlichen Partnerschaft umwidmen sollte, die ihre Verpflichtungen besser erfüllen, und fordert eine stärkere Schwerpunktlegung auf die Förderung der Demokratie in der Partnerschafts- und Nachbarschaftspolitik;
24. beveelt de Unie aan om bij de meest problematische partnerschappen de landen in kwestie niet te isoleren maar de betrekkingen met deze landen te onderhouden op basis van relevante en doeltreffende voorwaarden die als daadwerkelijke stimulansen voor democratische hervormingen, voor naleving van de regels inzake goed bestuur en voor de eerbiediging van de mensenrechten dienen, en na te gaan of de burgers werkelijk profijt van de samenwerking hebben; geeft zijn goedkeuring aan de „meer-voor-meer”-aanpak zoals omschreven in de mededeling met als titel „Een partnerschap voor democratie en gedeelde welvaart met het zuidelijke Middellandse Zeegebied”; is van mening dat de Unie bovendien zonder aarzeling de financiële middelen die waren voorzien voor landen waarvan de regeringen hun verbintenissen op het gebied van democratisch beheer niet naleven, kan aanwenden ten gunste van landen die verder gevorderd zijn met de uitvoering van de aangegane verbintenissen, zowel de landen van het Euromediterraan partnerschap, als van het Oostelijk partnerschap en verzoekt om een sterkere nadruk op de bevordering van democratie in het partnerschaps- en nabuurschapsbeleid;

65. unterstreicht die vorherrschende Rolle der Kohäsionspolitik für die Verwirklichung der Zielvorgaben der Strategie Europa 2020 und vertritt die Auffassung, dass eine gesunde und eigenständige Kohäsionspolitik eine Voraussetzung für die erfolgreiche Durchführung dieser Strategie ist; unterstreicht, dass die Kohäsionspolitik aufgrund ihres horizontalen Charakters in beträchtlichem Maße zu allen drei Prioritäten der Strategie Europa 2020 – intelligentes, nachhaltiges und integratives Wachstum – beiträgt und dass sich dies in der Struktur des nächsten MFR widerspiegeln sollte, indem man jedwede Zersplitterung dieser Politik auf verschiedene Rubriken oder Teilrubriken abweist; erinnert jedoch daran, dass die Kohäsionspolitik der EU ihre eigenen traditionellen Aufgaben und Ziele zu erfüllen hat, die in Artikel 174 AEUV dargelegt werden und die über die Strategie Europa 2020 hinausgehen; betont, dass diese vor allem wegen der anhaltenden Notwendigkeit der wirtschaftlichen, sozialen und territorialen Konvergenz in der Union im nächsten Programmplanungszeitraum beibehalten werden sollten;
65. benadrukt de voorname rol van het cohesiebeleid voor de verwezenlijking van de doelstellingen van de Europa 2020-strategie en is van mening dat een deugdelijk, zelfstandig cohesiebeleid een vereiste is voor een geslaagde tenuitvoerlegging van deze strategie; benadrukt dat het cohesiebeleid vanwege zijn horizontale aard een aanzienlijke bijdrage levert aan alle drie de prioriteiten van de strategie Europa 2020, te weten slimme, duurzame en inclusieve groei, en dat dit in de opzet van het komende MFK tot uiting moet komen door ervoor te zorgen dat dit beleid niet wordt versnipperd over meerdere rubrieken of subrubrieken; brengt evenwel in herinnering dat de eigen taakomschrijving en doelstellingen van het cohesiebeleid zijn geformuleerd in artikel 174 van het VWEU, en dat deze verder gaan dan de Europa 2020-strategie; benadrukt dat deze in de komende programmeringsperiode behouden moeten blijven, met name gezien de voortdurende behoefte aan economische, sociale en territoriale convergentie in de Unie;

66. unterstreicht die vorherrschende Rolle der Kohäsionspolitik für die Verwirklichung der Zielvorgaben der Strategie Europa 2020 und vertritt die Auffassung, dass eine gesunde und eigenständige Kohäsionspolitik eine Voraussetzung für die erfolgreiche Durchführung dieser Strategie ist; unterstreicht, dass die Kohäsionspolitik aufgrund ihres horizontalen Charakters in beträchtlichem Maße zu allen drei Prioritäten der Strategie Europa 2020 – intelligentes, nachhaltiges und integratives Wachstum – beiträgt und dass sich dies in der Struktur des nächsten MFR widerspiegeln sollte, indem man jedwede Zersplitterung dieser Politik auf verschiedene Rubriken oder Teilrubriken abweist; erinnert jedoch daran, dass die Kohäsionspolitik der EU ihre eigenen traditionellen Aufgaben und Ziele zu erfüllen hat, die in Artikel 174 AEUV dargelegt werden und die über die Strategie Europa 2020 hinausgehen; betont, dass diese vor allem wegen der anhaltenden Notwendigkeit der wirtschaftlichen, sozialen und territorialen Konvergenz in der Union im nächsten Programmplanungszeitraum beibehalten werden sollten;
66. benadrukt de voorname rol van het cohesiebeleid voor de verwezenlijking van de doelstellingen van de Europa 2020-strategie en is van mening dat een deugdelijk, zelfstandig cohesiebeleid een vereiste is voor een geslaagde tenuitvoerlegging van deze strategie; benadrukt dat het cohesiebeleid vanwege zijn horizontale aard een aanzienlijke bijdrage levert aan alle drie de prioriteiten van de strategie Europa 2020, te weten slimme, duurzame en inclusieve groei, en dat dit in de opzet van het komende MFK tot uiting moet komen door ervoor te zorgen dat dit beleid niet wordt versnipperd over meerdere rubrieken of subrubrieken; brengt evenwel in herinnering dat de eigen taakomschrijving en doelstellingen van het cohesiebeleid zijn geformuleerd in artikel 174 van het VWEU, en dat deze verder gaan dan de Europa 2020-strategie; benadrukt dat deze in de komende programmeringsperiode behouden moeten blijven, met name gezien de voortdurende behoefte aan economische, sociale en territoriale convergentie in de Unie;

fordert die Kommission auf, Vergleichsdaten und eine Gesamtbewertung des derzeitigen Standes in den Unternehmen in Europa vorzulegen, was die Absicherung und die schärfere Kontrolle von hochriskanten CBRN-Stoffen angeht, einschließlich einer Übersicht aller einschlägigen nationalen Rechtsvorschriften zur Umsetzung des Chemiewaffenübereinkommens, des B-Waffen-Übereinkommens und anderer internationaler Instrumente im Zusammenhang mit CBRN-Stoffen; diese Übersicht sollte eine Berichterstattung darüber umfassen, in welchem Maße die Mitgliedstaaten und Unternehmen ihre internationalen Pflichten erfüllen; erkennt jedoch an, dass Durchsetzungsmaßnahmen wie die Übereinkommen über biologische und chemische Waffen eventuell nicht ausreichen, um den Gefahren zu begegnen, die sich aus dem CBRN-Einsatz durch nicht-staatliche Akteure, insbesondere durch Terrornetzwerke, ergeben;
verzoekt de Commissie vergelijkende gegevens te verstrekken en een algehele beoordeling van de stand van zaken in de industrie in Europa verrichten ten aanzien van het waarborgen en aanscherpen van de controle van hoog-risico-CBRN-materiaal, met inbegrip van een overzicht van alle relevante nationale wetten inzake de tenuitvoerlegging van het CWC, het BWC en andere internationale instrumenten in verband met CBRN-materiaal; is van oordeel dat dit overzicht informatie moet bevatten over de mate waarin de lidstaten en de bedrijven aan hun internationale verplichtingen voldoen; erkent echter dat handhavingsmaatregelen als het CWC en het BWC wellicht niet volstaan om de risico's aan te pakken die voortvloeien uit het gebruik van CBRN-materiaal door niet-overheidsactoren, met name door terroristische netwerken;

Im Anschluss an die Tagung des Europäischen Rates in Nizza luden Kommissionspräsident Romano Prodi und Premierminister Guy Verhofstadt eine Gruppe von Intellektuellen zu zwei Brainstorming-Sitzungen ein, um darüber zu debattieren, welche Erwartungen, Anforderungen und Aufgaben Brüssel als Hauptstadt Europas erfüllen sollte.
Na de Europese Raad van Nice hebben Commissievoorzitter Romano Prodi en Premier Guy Verhofstadt een groep intellectuelen uitgenodigd voor twee brainstorming-bijeenkomsten om de verwachtingen, behoeften en functies van Brussel als hoofdstad van Europa te bespreken.

Diese Ausgewogenheit auf nationaler und europäischer Ebene muß gewährleistet sein, damit insbesondere die öffentlich-rechtlichen Sendeanstalten in Europa die Möglichkeiten der neuen Informationstechnologie in vollem Umfang nutzen und ihren jeweiligen öffentlich-rechtlichen Auftrag, der auf jeden Fall von den Mitgliedstaaten definiert werden sollte, wirksamer als bisher erfüllen können.
Het verzekeren van dit evenwicht op nationaal en Europees niveau is fundamenteel, met name om de Europese publieke omroepen in staat te stellen de mogelijkheden van de nieuwe informatietechnologie volledig te benutten, maar ook hun taken als openbare dienst, die in ieder geval door de lidstaten bepaald moeten worden, effectiever te kunnen vervullen.