2.2.3° Für die Anwendung von Anhang I Teil B Nr. 2. 3.1 der Verordnung müssen Futtermittel, die nicht aus der Produktionseinheit selbst stammen, unbeschadet der Anwendung der in Anhang I Teil B Nr. 4. 4 und 4.8 der Verordnung vorgesehenen Abweichungen gemäss dem biologischen Produktionsverfahren erzeugt worden sein.
2.2.3° Voor de toepassing van punt 2.3.1 van bijlage I. B bij de Verordening, dienen de dierenvoeders, die niet afkomstig zijn van de productie-eenheid zelf, geproduceerd te zijn volgens de biologische productiemethode, onverminderd de toepassing van de afwijkingen voorzien in punten 4.4 en 4.8 van bijlage I. B bij de Verordening.