Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «ersten klagegrunds bemängelt » (Allemand → Néerlandais) :

Im dritten Teil des ersten Klagegrunds bemängelt die klagende Partei in der Rechtssache Nr. 6372, dass das angefochtene Gesetz die durch die Brüssel-Ia-Verordnung gewährleisteten Rechte verletze.

Met het derde onderdeel van het eerste middel klaagt de verzoekende partij in de zaak nr. 6372 aan dat de bestreden wet afbreuk doet aan de door de Brussel Ibis-Verordening gewaarborgde rechten.


In einem ersten Klagegrund bemängelt die klagende Partei, dass in Artikel 19 des angefochtenen Gesetzes vorgesehen sei, dass die Artikel 458 bis 463 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 auf die Finanzinstitute anwendbar seien, die nicht die im angefochtenen Gesetz vorgesehenen gesetzlichen Verpflichtungen einhielten.

In een eerste middel verwijt de verzoekende partij artikel 19 van de bestreden wet erin te voorzien dat de artikelen 458 tot 463 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 van toepassing zijn op de financiële instellingen die de bij de bestreden wet bepaalde wettelijke verplichtingen niet naleven.


Im zweiten Teil ihres ersten Klagegrunds bemängelt die klagende Partei den Behandlungsunterschied zwischen Gemeinden, der sich aus der Bedeutung ergebe, die der Gesetzgeber dem Kriterium der Wohnbevölkerung und Erwerbsbevölkerung bei der Gewichtung beimesse, die der Provinzgouverneur vornehmen müsse.

In het tweede onderdeel van haar eerste middel bekritiseert de verzoekende partij het verschil in behandeling onder gemeenten dat voortvloeit uit het belang dat de wetgever toekent aan het criterium van de residentiële en actieve bevolking in de weging die de provinciegouverneur moet maken.


Im ersten Teil dieses Klagegrunds bemängelt die klagende Partei, dass in der angefochtenen Bestimmung nicht ausdrücklich alle Befugnisse vorgesehen seien, die die Juristen bei der Staatsanwaltschaft ausüben könnten, was im Widerspruch zu dem durch Artikel 12 Absatz 2 der Verfassung gewährleisteten Grundsatz der Legalität der Strafverfolgungen stehe.

In het eerste onderdeel van dat middel verwijt de verzoekende partij de bestreden bepaling dat zij niet uitdrukkelijk alle bevoegdheden beoogt die de parketjuristen kunnen uitoefenen, hetgeen in strijd zou zijn met het beginsel van de wettigheid van de strafvervolgingen gewaarborgd bij artikel 12, tweede lid, van de Grondwet.


Im dritten Teil des ersten Klagegrunds bemängelt die klagende Partei in der Rechtssache Nr. 5811, dass Artikel 29 letzter Absatz der angefochtenen Ordonnanz gegen die im Klagegrund angeführten Verfassungs-, Vertrags- und Gesetzesbestimmungen verstoße, indem dadurch der Regierung die Befugnis erteilt werde, eine Musterordnung pro Kategorie von öffentlichen Immobilienvermittlern festzulegen, deren Inhalt für jeden von ihnen gelte, während Artikel 16 der Verfassung den Grundsatz festlege, dass es dem Gesetzgeber obliege, die Fälle und die Weise des Eigentumsentzugs zu bestimmen.

In het derde onderdeel van het eerste middel verwijt de verzoekende partij in de zaak nr. 5811 artikel 29, laatste lid, van de bestreden ordonnantie de in het middel bedoelde grondwets-, verdrags- en wetsbepalingen te schenden in zoverre het aan de Regering de bevoegdheid delegeert om per soort openbare vastgoedbeheerder een standaardtoewijzingsreglement vast te leggen waarvan de inhoud aan elk van hen zal worden opgelegd, terwijl artikel 16 van de Grondwet het principe verankert volgens hetwelk het de wetgever toekomt de gevallen en wijzen van eigendomsberoving te bepalen.


In ihrem ersten Klagegrund bemängelt die klagende Partei, dass durch die angefochtene Bestimmung ein ungerechtfertigter Behandlungsunterschied zwischen einerseits Gesellschaften, die Mittel bei Instituten im Sinne von Artikel 56 § 2 Nr. 2 des EStGB 1992 oder durch öffentliche Aufforderung zur Zeichnung aufnähmen, und andererseits Gesellschaften, die sich auf andere Wiese finanzierten, insbesondere über eine Anleihe « innerhalb der Gruppe », eingeführt werde.

In haar eerste middel klaagt de verzoekende partij aan dat de bestreden bepaling een onverantwoord verschil in behandeling invoert tussen, enerzijds, de vennootschappen die geld lenen bij de in artikel 56, § 2, 2°, van het WIB 1992 bedoelde instellingen of door een openbaar beroep op het spaarwezen en, anderzijds, de vennootschappen die zich met andere middelen financieren, onder meer via een « intragroepslening ».


Im ersten Teil ihres Klagegrunds bemängelt die klagende Partei, dass der Gesetzgeber dem Provinzgouverneur einen zu großen Ermessensspielraum gewährt und somit den Gemeinden die fundamentale Legalitätsgarantie, die in Artikel 162 der Verfassung enthalten sei, entzogen habe.

In het eerste onderdeel van haar middel verwijt de verzoekende partij de wetgever aan de provinciegouverneur een te grote beoordelingsruimte te hebben toegekend en de gemeenten derhalve de fundamentele waarborg inzake wettigheid vervat in artikel 162 van de Grondwet te hebben ontzegd.


Im zweiten Teil des ersten Klagegrunds bemängelt die klagende Partei, dass die angefochtenen Bestimmungen eine unverhältnismässige Eigentumsregelung im Sinne von Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention darstellten, da sie zur Folge hätten, dass die klagende Partei einerseits ihre Versicherungsprodukte potentiellen Kunden nicht mehr auf sinnvolle Weise anbieten und andererseits ihr Angebot nicht mehr weiterführen könne für Personen, die bereits bei ihr versichert gewesen seien.

In het tweede onderdeel van het eerste middel verwijt de verzoekende partij de bestreden bepalingen dat zij een onevenredige eigendomsregeling uitmaken in de zin van artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, omdat zij tot gevolg hebben dat de verzoekende partij, enerzijds, haar verzekeringsproducten niet meer op een zinvolle wijze kan aanbieden aan potentiële klanten, en, anderzijds, haar aanbod niet meer kan voortzetten ten aanzien van personen die reeds bij haar waren verzekerd.


Im ersten Teil des ersten Klagegrunds bemängelt die klagende Partei ferner, dass der neue Artikel 68quinquies einerseits den Elternteil, bei dem das Kind wohne und für den die Finanzlast für das Kind lediglich im Rahmen des Gesetzes vom 26. Mai 2002 über das Recht auf soziale Eingliederung berücksichtigt werde, und andererseits den Elternteil, der Unterhaltsgeld bezahle, für den die Finanzlast für das Kind nur durch die gleichzeitige Anwendung des ÖSHZ-Gesetzes vom 8. Juli 1976 berücksichtigt werde, unterschiedlich behandele.

In het eerste onderdeel van het eerste middel verwijt de verzoekende partij het nieuwe artikel 68quinquies voorts dat het, enerzijds, de ouder die het kind huisvest, ten aanzien van wie de financiële last van het kind enkel in aanmerking wordt genomen in het kader van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie en, anderzijds, de ouder die onderhoudsgeld betaalt, ten aanzien van wie de financiële last van het kind enkel in aanmerking wordt genomen door de gelijktijdige toepassing van de organieke O.C. M.W.-wet van 8 juli 1976, op een verschillende wijze behandelt.


Im ersten Teil des ersten Klagegrunds bemängelt die klagende Partei ferner, dass der neue Artikel 68quinquies des ÖSHZ-Gesetzes durch eine systematische Inanspruchnahme einer spezifischen Sozialhilfe die Unzulänglichkeiten in der Anwendung des Rechtes auf soziale Eingliederung korrigiere.

In het eerste onderdeel van het eerste middel verwijt de verzoekende partij het nieuwe artikel 68quinquies van de organieke O.C. M.W.-wet eveneens dat het, door systematisch een beroep te doen op specifieke maatschappelijke hulp, erop neerkomt de tekortkomingen van de toepassing van het recht op maatschappelijke integratie te corrigeren.




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'ersten klagegrunds bemängelt' ->

Date index: 2023-09-28
w