Traduction de «ersten klagegrund werfen » (Allemand → Néerlandais) :

In ihrem ersten Klagegrund werfen die klagenden Parteien Artikel 124 des angefochtenen Dekrets vor, er verstosse gegen die Artikel 10, 11 und 24 § 1 der Verfassung, indem er dadurch, dass er bestimme, dass eine Schule nur dann Subventionen erhalten könne, wenn das Personalmitglied, das mit ihrer Leitung betraut sei, Mitglied des subventionierten und durch eine Gehaltssubvention entlohnten Personals sei, die in Artikel 24 § 1 der Verfassung gewährleistete Unterrichtsfreiheit wesentlich beeinträchtige (erster Teil); sie werfen Artikel 124 ebenfalls vor, dass er dadurch, dass er vorsehe, dass eine Schule, die von einer Person geleitet werde, die die vorerwähnte Bedingung nicht erfülle, keine Subventionen erhalten könne, eine Sanktion vorschreibe, die in keinem vernünftigen Verhältnis zur verfolgten Zielsetzung stehe (zweiter Teil).
In hun eerste middel klagen de verzoekende partijen aan dat artikel 124 van het bestreden decreet de artikelen 10, 11 en 24, § 1, van de Grondwet schendt doordat, door te bepalen dat een school slechts voor subsidies in aanmerking komt als het personeelslid dat daarvan de leiding heeft, een personeelslid is dat wordt gesubsidieerd en bezoldigd door een weddesubsidie, het vermelde artikel 124 een wezenlijke inbreuk zou maken op de vrijheid van onderwijs die bij artikel 24, § 1, van de Grondwet wordt gewaarborgd (eerste onderdeel); zij klagen ook aan dat artikel 124, doordat het bepaalt dat de school die wordt geleid door een persoon die niet aan de voormelde voorwaarde voldoet, niet in aanmerking kan komen voor subsidies, voorziet in een sanctie die niet redelijkerwijze evenredig is met het nagestreefde doel (tweede onderdeel).

In ihrem ersten Klagegrund werfen die klagenden Parteien Artikel 124 des Dekrets vom 2. Februar 2007 vor, er verstosse gegen die Artikel 10, 11 und 24 § 1 der Verfassung, indem er die durch die letztgenannte Bestimmung gewährleistete Unterrichtsfreiheit in ungerechtfertigter oder unverhältnismässiger Weise einschränke.
In hun eerste middel verwijten de verzoekende partijen artikel 124 van het decreet van 2 februari 2007 dat het de artikelen 10, 11 en 24, § 1, van de Grondwet schendt, in zoverre het de in die laatstvermelde bepaling gewaarborgde vrijheid van onderwijs op onverantwoorde of onevenredige wijze zou beperken.

In ihrem ersten Klagegrund, der aus einem Verstoss gegen Artikel 160 der Verfassung sowie gegen Artikel 19 § 1 Absatz 1 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, an sich oder in Verbindung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung abgeleitet ist, werfen die Kläger dem wallonischen Dekretgeber vor, dem Staatsrat seine Zuständigkeit zu entziehen.
In hun eerste middel, dat is afgeleid uit de schending van artikel 160 van de Grondwet, alsook van artikel 19, § 1, eerste lid, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, verwijten de verzoekers de Waalse decreetgever de Raad van State zijn bevoegdheid te ontnemen.

Im ersten Teil des Klagegrunds werfen die klagenden Parteien dem angefochtenen Gesetz in dessen Gesamtheit den Verstoss gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit mehreren anderen Verfassungsbestimmungen und mit Bestimmungen internationaler Verträge vor, denn sie würden auf diskriminierende Weise eine präventive Kontrolle ausschliesslich angesichts bestimmter Organisationen einführen, und nicht angesichts anderer, im Klagegrund näher angegebener Organisationen.
In het eerste onderdeel van het middel verwijten de verzoekende partijen de bestreden wet dat zij in haar geheel de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt, gelezen in samenhang met een reeks andere bepalingen van de Grondwet en van internationale verdragen, omdat zij op discriminatoire wijze een preventieve controle zou instellen, uitsluitend ten aanzien van bepaalde organisaties, en niet ten aanzien van andere in het middel nader genoemde organisaties.

Im ersten Teil des Klagegrundes (A.28) werfen die klagenden Parteien dem Gesetzgeber vor, keine Abgabe zu Lasten der anderen, in Artikel 191 Nrn. 19 und 20 des am 14. Juli 1994 koordinierten Gesetzes über die Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung angeführten Kategorien von Personen verlangt zu haben.
Met het eerste onderdeel van hun middel (A.28) verwijten de verzoekende partijen de wetgever dat hij geen heffing heeft ingesteld ten laste van de andere categorieën van personen die zijn vermeld in artikel 191, 19° en 20°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994.