8. räumt ein, dass der ERH die einschlägige Rechnungsführungsvorschrift korrekt angewandt hat; äußert sich jedoch besorgt über die derzeitige Situation, bei der die künftigen Ruhegehaltsansprüche der Mitglieder des ERH in der Ver
mögensübersicht des ERH als Verbindlichkeiten ausgewiesen sind, ohne dass ihnen ein entsprechender Vermögenswert gegenübergestellt wird; nimmt zur Kenntnis, dass dies anscheinend damit erklärt wird, dass die Gewährleistung der Finanzierung der Ruhegehaltsansprüche durch die Mitgliedstaaten korrekterweise nicht als Vermögenswert im Sinne der Rechnungsführungsvorschrift Nr. 12 der Kommission (Leistungen für Arbei
...[+++]tnehmer) betrachtet werden könne; 8. constateert dat de Europese Rekenkamer de relevante boekhoudregel op de juiste wijze heeft toegepast; spreekt echter zijn bezorgdheid uit over de huidige positie met betrekking tot de balans van de Europese Rekenkamer, waarin de toekomstige pensioenen van de leden van deze instelling zijn opgenomen onder de passiva, zonder activa die het bedrag in evenwicht moeten brengen; neemt kennis van de verklaring volgens welke de waarborg van de lidstaten met betrekking tot de pensioenrechten volgens boekhoudregel 12 van de Commissie (Personeelsbeloningen) strikt genomen niet kan beschouwd worden als activa;