In einer Rechtssache, in der es um das vom Rat im Rahmen der Gemeinsamen Außen- und Sicherheitspolitik beschlossene Einfrieren von Vermögenswerten eines Unternehmens und seines Mehrheitseigners ging, hob der Gerichtshof die ergriffenen Maßnahmen mit der Begründung auf, der Rat habe weder Informationen noch Beweise vorgelegt.
In een zaak waarin de Raad had besloten om in het kader van het gemeenschappelijk buitenlands- en veiligheidsbeleid maatregelen te nemen tot bevriezing van tegoeden van een onderneming en haar meerderheidsaandeelhouder, werden de betrokken maatregelen door het Hof nietig verklaard.