Vertaling van "entscheidung darüber freigestellt " (Duits → Nederlands) :

H. in der Erwägung, dass der Grundsatz der Gleichbehandlung oder Nichtdiskriminierung bedeutet, dass alle EU-Bürger die gleichen Rechte und Pflichten haben wie die Staatsangehörigen des Aufnahmelandes (die Verordnung (EG) 883/2004 und die Verordnung (EG) 987/2009 basieren auf diesem Grundsatz); in der Erwägung, dass allen Mitgliedstaaten im Rahmen dieser Grundsätze die Entscheidung darüber freigestellt ist, welche Sozialleistungen sie gewähren und an welche Bedingungen sie dies knüpfen; in der Erwägung, dass die EU-Vorschriften zur Koordinierung der Systeme der sozialen Sicherheit keine Diskriminierung bei der Gewährung von Sozialleistungen für EU-Bürger gestatten, die Arbeitnehmer oder enge Angehörige von Arbeitnehmern sind oder die ihren gewöhnlichen Aufenthalt in dem betroffenen Mitgliedstaat haben;
H. overwegende dat het beginsel van gelijke behandeling en non-discriminatie betekent dat alle EU-burgers dezelfde rechten en verplichtingen hebben als de onderdanen van het gastland (op dit beginsel zijn de Verordeningen (EG) nr. 883/2004 en (EG) nr. 987/2009 gestoeld); overwegende dat alle lidstaten met inachtneming van deze beginselen vrij kunnen bepalen welke sociale uitkeringen zij willen verstrekken en onder welke voorwaarden; overwegende dat op grond van de voorschriften over de coördinatie op het gebied van de socialezekerheidsstelsels geen discriminatie bij uitkeringen is toegestaan in het geval van EU-onderdanen die werknemers of rechtstreekse familieleden van werknemers zijn of hun gewoonlijke woonplaats in de lidstaat in kwestie hebben;

H. in der Erwägung, dass der Grundsatz der Gleichbehandlung oder Nichtdiskriminierung bedeutet, dass alle EU-Bürger die gleichen Rechte und Pflichten haben wie die Staatsangehörigen des Aufnahmelandes (die Verordnungen 883/2004 und 987/2009 basieren auf diesem Grundsatz); in der Erwägung, dass allen Mitgliedstaaten im Rahmen dieser Grundsätze die Entscheidung darüber freigestellt ist, welche Sozialleistungen sie gewähren und an welche Bedingungen sie dies knüpfen; in der Erwägung, dass die EU‑Vorschriften zur Koordinierung der Systeme der sozialen Sicherheit keine Diskriminierung bei der Gewährung von Sozialleistungen für EU‑Bürger gestatten, die Arbeitnehmer oder enge Angehörige von Arbeitnehmern sind oder die ihren gewöhnlichen Aufenthalt in dem betroffenen Mitgliedstaat haben;
H. overwegende dat het beginsel van gelijke behandeling en non-discriminatie betekent dat alle EU-burgers dezelfde rechten en verplichtingen hebben als de onderdanen van het gastland (op dit beginsel zijn de Verordeningen 883/2004 en 987/2009 gestoeld); overwegende dat alle lidstaten met inachtneming van deze beginselen vrij kunnen bepalen welke sociale uitkeringen zij willen verstrekken en onder welke voorwaarden; overwegende dat op grond van de voorschriften over de coördinatie op het gebied van de socialezekerheidsstelsels geen discriminatie bij uitkeringen is toegestaan in het geval van EU-onderdanen die werknemers of rechtstreekse familieleden van werknemers zijn of hun gewoonlijke woonplaats in de lidstaat in kwestie hebben;

D. in der Erwägung, dass allen Mitgliedstaaten die Entscheidung darüber freigestellt ist, welche Sozialleistungen sie unter welchen Bedingungen gewähren; in der Erwägung, dass die EU‑Vorschriften zur Koordinierung der Systeme der sozialen Sicherheit keine Einschränkungen der Sozialleistungen in Bezug auf EU‑Bürger gestatten, die Arbeitnehmer oder enge Angehörige von Arbeitnehmern sind oder ihren gewöhnlichen Aufenthalt in diesem Mitgliedstaat haben;
D. overwegende dat alle lidstaten vrij kunnen bepalen welke sociale uitkeringen zij willen verstrekken en onder welke voorwaarden; overwegende dat op grond van de voorschriften over de coördinatie op het gebied van de sociale zekerheid geen beperkingen bij de uitkeringen zijn toegestaan in het geval van EU-onderdanen die werknemers of rechtstreekse familieleden van werknemers zijn of hun gewoonlijke woonplaats in de lidstaat in kwestie hebben;

11. ist der Ansicht, dass es allen Parteien, sei es in Unternehmer-Unternehmer-Transaktionen (B2B) oder in Unternehmer-Verbraucher-Transaktionen (B2C) freigestellt sein sollte, das optionale Instrument als Alternative zu einzelstaatlichem oder internationalem Recht zu wählen oder abzuwählen (opt-in); fordert daher die Kommission auf, die beabsichtigte Beziehung zwischen einem optionalen Instrument und der Rom-I-Verordnung sowie internationalen Übereinkommen, einschließlich dem Übereinkommen der Vereinten Nationen über Verträge über den internationalen Warenkauf (CISG) klarzustellen; ist jedoch der Ansicht, dass weitere Aufmerksamkeit darauf zu richten ist, dass das optionale Instrument Verbraucher und kleine Unternehmen angesichts ihrer Position als schwächere Wirtschaftspartner schützt, und dass Unübersichtlichkeiten bei der Rechtswahl vermieden werden; fordert die Kommission daher auf, das optionale Instrument mit zusätzlichen Informationen zu ergänzen, die in klarer, genauer und verständlicher Formulierung erläutern, was die Rechte der Verbraucher sind und dass diese nicht beschnitten werden, sodass das Vertrauen der Verbraucher in dieses optionale Instrument gestärkt wird und sie in die Lage versetzt werden, eine sachkundige Entscheidung darüber treffen zu können, ob sie einen Vertrag auf der Grundlage dieser Alternativregelung schließen möchten;
11. is van mening dat alle partijen, zowel bij transacties tussen ondernemingen onderling als bij transacties tussen ondernemingen en consumenten, vrij moeten zijn om het facultatief instrument wel of niet te kiezen als alternatief voor nationale of internationale wetgeving (opt-in), en verzoekt de Commissie daarom om verduidelijking van de gewenste relatie tussen een facultatief instrument en de Rome I-verordening en internationale overeenkomsten, waaronder het VN-Verdrag inzake internationale koopovereenkomsten betreffende roerende zaken; is echter van mening dat verdere aandacht nodig is om ervoor te zorgen dat het facultatieve instrument de consumenten en kleine ondernemingen bescherming biedt gezien hun positie als zwakkere marktpartij en dat verwarring bij het maken van een rechtskeuze wordt voorkomen; verzoekt de Commissie derhalve het facultatieve instrument aan te vullen met aanvullende informatie waarin in duidelijke, nauwkeurige en begrijpelijke bewoordingen wordt uitgelegd wat de rechten van de consument zijn en dat deze niet in het gedrang komen, ten einde het vertrouwen van de consumenten in het facultatieve instrument te vergroten en hen in staat te stellen met kennis van zaken te beslissen of zij op deze alternatieve basis een contract willen sluiten;