Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Die antragstellende Partei

Vertaling van "entscheid 136 2004 geurteilt " (Duits → Nederlands) :

In seinem Gutachten bemerkt der Staatsrat zur Einführung des Begriffs « organisierte oder nicht organisierte schwere Steuerhinterziehung » in das Strafgesetzbuch: « Es stellt sich die Frage, ob die ins Auge gefasste Abänderung die Prüfung anhand des Legalitätsprinzips in Strafsachen bestehen kann, das unter anderem durch die Artikel 12 Absatz 2 und 14 der Verfassung, Artikel 7 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention und Artikel 15 Absatz 1 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte gewährleistet wird. [...] [...] Durch die Möglichkeit, eine Strafe aufzuerlegen beziehungsweise die Strafbarkeit von der Schwere eines Verhaltens abhängig zu machen, gelangt ein Element der Unvorhersehbarkeit in die strafrechtlic ...[+++]

In zijn advies merkt de Raad van State over de invoering van de notie « ernstige fiscale fraude, al dan niet georganiseerd » in het Strafwetboek op : « De vraag rijst of de voorgenomen wijziging de toets kan doorstaan aan het strafrechtelijk legaliteitsbeginsel dat onder meer is gewaarborgd bij de artikelen 12, tweede lid, en 14 van de Grondwet, 7, lid 1, van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en artikel 15, lid 1, van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten. [...] [...] Door de mogelijkheid van het opleggen van een straf, respectievelijk de strafbaarheid te laten afhangen van de ernst van een gedraging, komt een element van onvoorzienbaarheid in de strafwetgeving voor. Gelet op de hiervoor aangeha ...[+++]


Wie der Gerichtshof in seinem Entscheid Nr. 106/2004 vom 16. Juni 2004 geurteilt hat, ist die Möglichkeit einer jeden Person, die erlassenen Regeln jederzeit zur Kenntnis zu nehmen, ein mit dem Rechtsstaat verbundenes Recht, da diese Kenntnis es jedem ermöglicht, sie einzuhalten.

Zoals het Hof bij zijn arrest nr. 106/2004 van 16 juni 2004 heeft geoordeeld, is de mogelijkheid voor elke persoon om te allen tijde kennis te nemen van de uitgevaardigde regels een recht dat inherent is aan de rechtsstaat, omdat het die kennisneming is die iedereen in staat zal stellen zich naar die teksten te gedragen.


Wie der Gerichtshof in seinem vorerwähnten Entscheid Nr. 202/2004 geurteilt hat, sind die Haussuchung, das Abhören und Aufzeichnen von Kommunikation, die Observation mit technischen Mitteln mit dem Zweck, Einblick in eine Wohnung zu erlangen, und die diskrete Sichtkontrolle Maßnahmen, die hinsichtlich der Einmischung in das Recht auf Achtung des Privatlebens, die sie mit sich bringen, miteinander vergleichbar sind.

Zoals het Hof heeft geoordeeld bij zijn voormelde arrest nr. 202/2004, zijn de huiszoeking, het afluisteren en opnemen van communicatie, de observatie met gebruik van technische hulpmiddelen om zicht te verwerven in een woning en de inkijkoperatie maatregelen die vergelijkbaar zijn wat betreft de inmenging in het recht op eerbiediging van het privéleven die zij teweegbrengen.


Der Gerichtshof hat auf ähnliche Weise in dem Entscheid Nr. 170/2003 vom 17. Dezember 2003 (in Bezug auf die Artikel 32 Nr. 2 und 46 § 2 in Verbindung mit Artikel 792 Absatz 2 des Gerichtsgesetzbuches), den Entscheiden Nrn. 166/2005 vom 16. November 2005, 34/2006 vom 1. März 2006 und 43/2006 vom 15. März 2006 (alle drei in Bezug auf Artikel 71 des Grundlagengesetzes vom 8. Juli 1976 über die öffentlichen Sozialhilfezentren), dem Entscheid Nr. 85/2007 vom 7. Juni 2007 (in Bezug auf Artikel 39 des flämischen Dekrets vom 22. Dezembe ...[+++]

Het Hof heeft op vergelijkbare wijze, bij het arrest nr. 170/2003 van 17 december 2003 (met betrekking tot de artikelen 32, 2°, en 46, § 2, in samenhang gelezen met artikel 792, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek), de arresten nrs. 166/2005 van 16 november 2005, 34/2006 van 1 maart 2006 en 43/2006 van 15 maart 2006 (alle drie met betrekking tot artikel 71 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn), het arrest nr. 85/2007 van 7 juni 2007 (met betrekking tot artikel 39 van het Vlaams decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, zoals gew ...[+++]


Wie der Gerichtshof bereits mehrmals geurteilt hat (siehe die Entscheide Nrn. 115/2002, 102/2004, 124/2004 und 64/2008), ist diese abweichende Regelung grundsätzlich gerechtfertigt und ist es aus diesem Grund akzeptabel, dass bei einem eingehenderen Vergleich mit der gemeinrechtlichen Regelung Behandlungsunterschiede mal in dem einen Sinn, mal in dem anderen Sinn deutlich werden, vorausgesetzt, jede der betreffenden Vorschriften muss mit der Logik des Systems, zu dem die Regel gehört, übereinstimmen.

Zoals het Hof reeds meermaals heeft geoordeeld (zie de arresten nrs. 115/2002, 102/2004, 124/2004 en 64/2008), is dat afwijkende stelsel in beginsel verantwoord, en kan om die reden worden aanvaard dat bij een nadere vergelijking met het gemeenrechtelijke stelsel verschillen in behandeling aan het licht komen, nu eens in de ene zin, dan weer in de andere, onder voorbehoud dat elk van de in het geding zijnde regels dient overeen te stemmen met de logica van het stelsel waarvan die regel deel uitmaakt.


Anlässlich eines von Amts wegen aufgeworfenen Klagegrunds urteilte der Gerichtshof in diesem Entscheid Nr. 14/2005 im Anschluss an einen früheren Entscheid Nr. 136/2004 vom 22. Juli 2004 ferner: « B.52.

Naar aanleiding van een ambtshalve opgeworpen middel was het Hof in dat arrest nr. 14/2005, aansluitend bij een eerder arrest nr. 136/2004 van 22 juli 2004 voorts van oordeel : « B.52.


Außerdem wurden die bei dem Staatsrat angefochtenen ministeriellen Erlasse am 28. November 2011 angenommen, so dass eine Aufrechterhaltung der Folgen der fraglichen Bestimmung spätestens bis zum 31. Dezember 2011, wie der Gerichtshof mit seinem Entscheid Nr. 33/2011 vom 2. März 2011 bezüglich der gleich lautenden Bestimmung des Dekrets der Flämischen Region vom 8. Mai 2009 « zur Abänderung des REG-Dekrets vom 2. April 2004, was die Erweiterung der Luftfahrttätigkeiten betrifft » und mit seinem Entscheid Nr. 76/2012 vom 14. Juni 2 ...[+++]

Bovendien zijn de bij de Raad van State bestreden ministeriële besluiten genomen op 28 november 2011, zodat een handhaving van de gevolgen van de in het geding zijnde bepaling tot uiterlijk 31 december 2011, zoals het Hof heeft beslist met zijn arrest nr. 33/2011 van 2 maart 2011 ten aanzien van de identieke bepaling vervat in het decreet van het Vlaamse Gewest van 8 mei 2009 « houdende wijziging van het REG-decreet van 2 april 2004, wat de uitbreiding tot luchtvaartactiviteiten betreft » en met zijn arrest nr. 76/2012 van 14 juni 2012 ten aanzien van analoge bepalingen van het decreet van het Waalse Gewest van 6 oktober 2010 « tot wijzi ...[+++]


Anlässlich der Nichtigkeitsklagen, die 2003 gegen das Gesetz vom 22. April 2003 eingereicht worden waren, hat der Gerichtshof in seinem Entscheid Nr. 163/2004 vom 28. Oktober 2004 bezüglich eines Klagegrunds, in dem ein Verstoß gegen die Artikel 39 und 170 der Verfassung sowie gegen Artikel 6 § 1 II des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen geltend gemacht wurde, hinsichtlich der Zuständigkeit der Regionen für den Umweltschutz und die Abfallpolitik geurteilt:

Naar aanleiding van de beroepen tot vernietiging die in 2003 werden ingesteld tegen de wet van 22 april 2003, oordeelde het Hof bij zijn arrest nr. 163/2004 van 28 oktober 2004, ten aanzien van een middel dat de schending aanvoerde van de artikelen 39 en 170 van de Grondwet, alsook artikel 6, § 1, II, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, wat de bevoegdheid van de gewesten inzake de bescherming van het leefmilieu en het afvalstoffenbeleid betreft :


Ein Verfahrensmissbrauch kann abgeleitet werden « in Bezug auf bösgläubige Antragsteller, einer Absicht zu schaden oder irrezuführen oder aus einer aus der Luft gegriffenen und offensichtlich falsch begründeten Argumentation », wenn aus der Akte « tadelnswerte Praktiken » ersichtlich sind, die den Antragstellern « persönlich zuzuschreiben sind » (Entscheid Nr. 136. 149 vom 15. Oktober 2004), einen « Versuch, den Staatsrat durch ein gefälschtes Dokument irrezuführen » (Entscheid Nr. 176. 452 vom 6. November 2007) oder wenn die Beschwerde « auf lügnerischen Aussagen beruht, für ...[+++]

Het proceduremisbruik kan « ten aanzien van de verzoekers [worden afgeleid] uit kwade trouw, uit een oogmerk om te schaden of te misleiden of uit een uit de lucht gegrepen en kennelijk ongegronde argumentatie » wanneer het dossier « laakbare praktijken [aan het licht brengt] die persoonlijk toe te schrijven zijn » aan de verzoekers (arrest nr. 136.149 van 15 oktober 2004), een « poging om de Raad van State te misleiden door een nagemaakt document voor te leggen » (arrest nr. 176.452 van 6 november 2007) of wanneer het beroep « op leugenachtige verklaringen berust waarvoor [de verzoekende partij] als enige verantwoordelijk is » (arrest nr ...[+++]




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'entscheid 136 2004 geurteilt' ->

Date index: 2022-10-28
w