Sie trägt vor, das Gericht habe dadurch gegen Art. 108 Abs. 3 AEUV und Art. 14 der Verordnung 659/1999 (2) verstoßen, dass es bei der Festsetzung der Beträge, die von den Empfängern einer staatlichen Beihilfe in Form einer steuerlichen Maßnahme, die einen gegenüber dem Standardsatz niedrigeren Steuersatz festsetze, zurückzufordern seien, neue wirtschaftliche Kriterien herangezogen habe.
Rekwirante betoogt dat het Gerecht artikel 108, lid 3, VWEU en artikel 14 van verordening 659/1999 (2) heeft geschonden door een nieuw economisch criterium in het leven te roepen dat moet worden toegepast wanneer de bedragen worden vastgesteld die moeten worden teruggevorderd van begunstigden van staatssteun die bestaat uit een belastingmaatregel die een lager tarief vaststelt in vergelijking met een standaardtarief.
