(b) der Grad an Konvergenz, der bei der Anwendung des Unionsrechts und bei den Aufsichtspraktiken, einschließlich der nach den Artikeln 7, 7e und 8 festgelegten Regulierungs- und Umsetzungsstandards, Leitlinien und Empfehlungen, erzielt wurde, sowie der Umfang, in dem mit den Aufsichtspraktiken die im Unionsrecht gesetzten Ziele erreicht werden;
(b) de mate van convergentie die in de toepassing van het Unierecht en in de toezichtpraktijk, daaronder begrepen de op grond van de artikelen 7, 7 sexies en 8 vastgestelde regelgevings- en uitvoeringsnormen, richtsnoeren en aanbevelingen, is bereikt, en de mate waarin de toezichtpraktijk de in het Unierecht vastgestelde doelstellingen bereikt;