Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "einreichen könne während " (Duits → Nederlands) :

Aus der Vorlageentscheidung geht hervor, dass der Gerichtshof zur ungleichen Behandlung befragt wird, die sich daraus ergeben würde, dass ein Beschuldigter die Ratskammer auf der Einleitungssitzung bei der Regelung des Verfahrens nicht um zwingende Fristen für das Einreichen der Schriftsätze ersuchen könne und das verspätete Einreichen von Schriftsätzen nicht mit Sanktionen verbunden werden könne, während diese Möglichkeit wohl für einen Angeklagten in ...[+++]

Uit de verwijzingsbeslissing blijkt dat het Hof wordt ondervraagd over de ongelijke behandeling die zou voortvloeien uit het feit dat de inverdenkinggestelde de raadkamer, op de inleidingszitting bij de regeling van de rechtspleging, niet om dwingende conclusietermijnen zou kunnen verzoeken en de laattijdigheid van conclusies niet met sancties zou kunnen worden verbonden, terwijl die mogelijkheid wel bestaat voor de beklaagde in de procedure voor de politierechtbank of de correctionele rechtbank op grond van artikel 152 van het Wetboek van strafvordering.


Der Gerichtshof wird zur Vereinbarkeit von Artikel 152 des Strafprozessgesetzbuches mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, befragt, insofern ein Beschuldigter die Ratskammer auf der Einleitungssitzung bei der Regelung des Verfahrens nicht um Fristen für das Einreichen der Schriftsätze ersuchen könne, während ein Angeklagter vor dem Polizeigericht oder dem Korrektionalgericht auf der Einleitungssitzung um Fristen für das ...[+++]

Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van artikel 152 van het Wetboek van strafvordering met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre een inverdenkinggestelde de raadkamer op de inleidingszitting bij de regeling van de rechtspleging niet om conclusietermijnen kan verzoeken, terwijl een beklaagde de politierechtbank of de correctionele rechtbank op de inleidingszitting wel om conclusietermijnen kan verzoeken.


Mit den ersten zwei Teilen der zweiten präjudiziellen Frage bezweckt das vorlegende Rechtsprechungsorgan zu erfahren, ob Artikel 1 des Gesetzes vom 12. Januar 1993 mit Artikel 134 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 § 1 I Nr. 1 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen vereinbar sei, indem einerseits eine Verwaltungsbehörde jederzeit eine « Wiederherstellungsklage » einreichen könne, während der flämische Dekretgeber für solche Klagen eine Verjährungsfrist vorgesehen habe aufgrund seiner Zuständigkeit für Städtebau und Raumordnung (erster Teil), und andererseits ei ...[+++]

Met de eerste twee onderdelen van de tweede prejudiciële vraag beoogt het verwijzende rechtscollege te vernemen of artikel 1 van de wet van 12 januari 1993 in overeenstemming is met artikel 134 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6, § 1, I, 1°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, doordat, enerzijds, een administratieve overheid te allen tijde een « herstelvordering » kan inleiden, terwijl de Vlaamse decreetgever voor dergelijke vorderingen heeft voorzien in een verjaringstermijn op grond van zijn bevoegdheid inzake stedenbouw en ruimtelijke ordening (eerste onderdeel), en anderzijds, e ...[+++]


Der Gerichtshof wird gefragt, ob Artikel 332quinquies § 2 Absatz 1 des Zivilgesetzbuches mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar sei, insofern die Mutter eines Kindes, das zum Zeitpunkt des Einreichens einer Vaterschaftsfeststellungsklage durch die Person, die behaupte, der biologische Vater des Kindes zu sein, das erste Lebensjahr noch nicht vollendet habe, gegen diese Klage keinen Einspruch auf der Grundlage des Interesses des Kindes erheben könne, während die Mutter eines Kindes, das zum Zeitpunkt d ...[+++]

Het Hof wordt gevraagd of artikel 332quinquies, § 2, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat de moeder van een kind dat nog niet de volle leeftijd van één jaar heeft bereikt op het ogenblik van het instellen van een vordering tot vaststelling van het vaderschap, door de persoon die beweert de biologische vader van het kind te zijn, zich tegen die vordering niet kan verzetten op basis van het belang van het kind, terwijl de moeder van een kind dat op het ogenblik van het instellen van de vordering wel de leeftijd van één jaar heeft bereikt, zich wel kan verzetten op die basi ...[+++]


Mit der dritten präjudiziellen Frage bezweckt das vorlegende Rechtsprechungsorgan zu erfahren, ob die Artikel 1 und 3 des Gesetzes vom 12. Januar 1993 mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar seien, indem der Beklagte in einem Unterlassungsverfahren keine Widerklage einreichen könne, mit Ausnahme derjenigen wegen leichtfertiger und schikanöser Klage, während das Gerichtsgesetzbuch dieses Recht im Allgemeinen einem jeden Beklagten gewähre.

Met de derde prejudiciële vraag beoogt het verwijzende rechtscollege te vernemen of de artikelen 1 en 3 van de wet van 12 januari 1993 bestaanbaar zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat de verweerder in een stakingsprocedure geen tegenvordering kan instellen, behoudens die wegens tergend en roekeloos geding, terwijl het Gerechtelijk Wetboek dat recht in het algemeen aan iedere verweerder toekent.


Die präjudiziellen Fragen beziehen sich auf den Behandlungsunterschied, der durch Artikel 1382 des Zivilgesetzbuches zwischen den Dritten, die für einen Unfall haftbar seien, eingeführt werde, je nachdem, ob das Opfer ein Bediensteter des öffentlichen Dienstes oder ein Arbeitnehmer des Privatsektors sei, insofern gemäss der Rechtsprechung des Kassationshofes die Behörde gegenüber dem haftbaren Dritten oder seinem Versicherer nicht nur eine Subrogationsklage, sondern auch eine Klage aufgrund von Artikel 1382 des Zivilgesetzbuches einreichen könne, während die letztere Möglichkeit einem Arbeitgeber ...[+++]

De prejudiciële vragen hebben betrekking op het verschil in behandeling dat artikel 1382 van het Burgerlijk Wetboek zou invoeren onder de derden die aansprakelijk zijn voor een ongeval naargelang het slachtoffer een ambtenaar bij de overheid of een werknemer van de privésector zou zijn, in zoverre de overheid volgens de rechtspraak van het Hof van Cassatie tegen de aansprakelijke derde of diens verzekeraar niet alleen een subrogatoire vordering zou kunnen instellen, maar ook een vordering op grond van artikel 1382 van het Burgerlijk Wetboek, terwijl een werkgever van de privésector niet over die laatste mogelijkheid zou beschikken.


Wenn der Behinderte der Meinung sei, dass sein Gesundheitszustand sich seit dem letzten Antrag so verändert habe, dass er deswegen sei es eine einkommensersetzende Beihilfe oder eine Integrationsbeihilfe erhalten könne, während er diese ursprünglich nicht erhalten habe, sei es eine höhere Integrationsbeihilfe erhalten könne, müsse er in Übereinstimmung mit Artikel 8 § 1 Nr. 5 des Gesetzes vom 27. Februar 1987 einen neuen Antrag oder einen Revisionsantrag einreichen.

Indien de gehandicapte van oordeel is dat zijn medische toestand sinds de laatste aanvraag is gewijzigd in die zin dat hij, gelet op die gewijzigde toestand, hetzij een inkomensvervangende of integratietegemoetkoming kan verkrijgen terwijl hij die oorspronkelijk niet verkreeg, hetzij een hogere integratietegemoetkoming kan verkrijgen, dient hij overeenkomstig artikel 8, § 1, 5°, van de wet van 27 februari 1987 een nieuwe aanvraag in te dienen of een aanvraag tot herziening in te dienen.


w