Vertaling van "einlegung berufung " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Einlegung der Berufung bei einem Gericht
beroep instellen bij een rechtbank

nach Fristablauf eingelegte Berufung | nicht fristgemäss eingelegte Berufung
tardief beroep | te laat ingesteld beroep

Beginn der Frist zur Einlegung des Rechtsbehelfs
ogenblik waarop de termijn voor het doen van verzet begint te lopen

Rechtsmittel [ Berufung | Revision | Wiederaufnahmeverfahren ]
rechtsmiddel [ beroep in cassatie | hoger beroep ]

ungeachtet der Berufung und ohne Sicherheitsleistung
niettegenstaande hoger beroep en zonder borgstelling

Berufung einlegen
beroep instellen

Berufung
beroep

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

(2) Die Bedingungen für die Einlegung der Berufung bei einem Unionsmarkengericht zweiter Instanz richten sich nach dem nationalen Recht des Mitgliedstaats, in dem dieses Gericht seinen Sitz hat.
2. De voorwaarden waaronder beroep kan worden ingesteld bij een rechtbank voor het Uniemerk van tweede aanleg, worden bepaald door het nationale recht van de lidstaat waar die rechtbank gelegen is.

Die Verwaltungsmaßnahmen und -sanktionen müssen gebührend begründet sein, den Grund für die Entscheidung nennen und die möglichen Rechtsbehelfe, einschließlich der Berufung und Überprüfung vor Gericht, sowie die für die Einlegung des entsprechenden Rechtsbehelfs zuständige Behörde und die Fristen für solche Verfahren benennen.
Dergelijke administratieve maatregelen en sancties worden terdege gemotiveerd, waarbij de redenen van het besluit gespecificeerd worden, onder vermelding van de beschikbare rechtsmiddelen, waaronder het beroep of de herziening voor een rechtbank, de voor dergelijke middelen bevoegde autoriteit en de daaraan verbonden termijn.

Die Einlegung des Rechtsbehelfs hat keine aufschiebende Wirkung, unter Berufung auf die Prozessordnung kann die Vollstreckung der Entscheidung jedoch ausgesetzt werden.
Het instellen van beroep heeft geen opschortend effect, maar er kan een beroep worden gedaan op het wetboek om de tenuitvoerlegging van het besluit op te schorten.

(2) Die Bedingungen für die Einlegung der Berufung bei einem ►M1 Unionsmarkengericht ◄ zweiter Instanz richten sich nach dem nationalen Recht des Mitgliedstaats, in dem dieses Gericht seinen Sitz hat.
2. De voorwaarden waaronder beroep kan worden ingesteld bij een ►M1 rechtbank voor het Uniemerk ◄ van tweede aanleg, worden bepaald door het nationale recht van de lidstaat waar die rechtbank gelegen is.

(2) Die Bedingungen für die Einlegung der Berufung bei einem Gemeinschaftsmarkengericht zweiter Instanz richten sich nach dem nationalen Recht des Mitgliedstaats, in dem dieses Gericht seinen Sitz hat.
2. De voorwaarden waaronder beroep kan worden ingesteld bij een rechtbank voor het Gemeenschapsmerk van tweede aanleg, worden bepaald door het nationale recht van de lidstaat waar die rechtbank gelegen is.

4. « Verstösst Artikel 135 § 1 des Strafprozessgesetzbuches in Verbindung mit Artikel 135 § 2 des Strafprozessgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, Artikel 1 des einleitenden Titels des Strafprozessgesetzbuches, Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention und Artikel 14 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte, insofern Artikel 135 § 1 des Strafprozessgesetzbuches einer Zivilpartei das Recht erteilt, mittels Einlegung einer Berufung gegen einen Verweisungsbeschluss die Strafverfolgung durchzuführen, was grundsätzlich nur der Staatsanwaltschaft zusteht, während der Beschuldigte selbst eine solche Berufung nicht einlegen kann, ausser wenn die Bedingungen von Artikel 135 § 2 des Strafprozessgesetzbuches erfüllt sind, aufgrund des Prinzips, wonach die Verfolgungspolitik der Staatsanwaltschaft nicht den Parteien zusteht und nicht zur Beurteilung vorliegt, einerseits und die Rechte des Beschuldigten bei Verweisung an den Tatrichter uneingeschränkt gelten, andererseits, wobei diese Ungleichheit im vorliegenden Fall darin bestehen würde, dass die Zivilpartei, die ihre Rechte auch vor dem Tatrichter geltend machen kann, sich wohl in die Verfolgungspolitik einmischen könnte und in zulässiger Weise Berufung einlegen könnte, und zwar aufgrund von rein individuellen Interessen, was bei Verweisung an den Tatrichter ebenfalls zu den Kompetenzen dieses Tatrichters gehört?
4. « Schendt artikel 135, § 1, Sv, in zijn samenhang gelezen en begrepen met artikel 135, § 2, Sv, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, 1 VTSv, 6 EVRM en 14 IVBPR, in zoverre het artikel 135, § 1 Sv, een burgerlijke partij het recht geeft om door het instellen van een hoger beroep tegen een verwijzingsbeschikking, de strafvordering uit te oefenen, wat principieel alleen aan het OM toekomt, terwijl de inverdenkinggestelde zelf dergelijk hoger beroep niet kan instellen, behoudens wanneer voldaan is aan artikel 135, § 2, Sv, op grond van het beginsel dat, enerzijds, het vervolgingsbeleid van het OM partijen niet toekomt en ook niet ter beoordeling is, en, anderzijds, de rechten van de inverdenkinggestelde bij een verwijzing naar de bodemrechter onverkort te zijn [sic ], ongelijkheid die te dezen erin zou bestaan dat de burgerlijke partij die evenzeer al haar rechten voor de bodemrechter kan laten gelden zich wel zou kunnen inmengen in het vervolgingsbeleid en een ontvankelijk hoger beroep zou kunnen instellen op grond van loutere individuele belangen wat evenzeer bij een verwijzing naar de bodemrechter tot de bevoegdheid van deze bodemrechter behoort ?

Gemäss den Artikeln 1048 und 1051 des Gerichtsgesetzbuches beginnen die Fristen für die Einlegung von Einspruch oder Berufung gegen ein Urteil ab der Zustellung des Urteils, ausser in den Fällen, die in Artikel 792 Absätze 2 und 3 desselben Gesetzbuches vorgesehen sind und die sich auf die in Artikel 704 erwähnten Verfahren vor den Arbeitsgerichten beziehen.
Naar luid van de artikelen 1048 en 1051 van het Gerechtelijk Wetboek, beginnen de termijnen om tegen een vonnis verzet of hoger beroep aan te tekenen, te lopen vanaf de betekening van het vonnis, behalve in de gevallen waarin artikel 792, tweede en derde lid, van hetzelfde Wetboek voorziet, en die betrekking hebben op de in artikel 704 vermelde procedures voor de arbeidsgerechten.

(2) Die Bedingungen für die Einlegung der Berufung bei einem Gemeinschaftsgeschmacksmustergericht zweiter Instanz richten sich nach dem nationalen Recht des Mitgliedstaats, in dem dieses Gericht seinen Sitz hat.
2. De voorwaarden waaronder beroep kan worden ingesteld bij een rechtbank voor het Gemeenschapsmodel van tweede aanleg, worden bepaald door het nationale recht van de lidstaat waar deze rechtbank is gelegen.

Die klagenden Parteien bemängelten nämlich den Unterschied zwischen den Rechten des Beschuldigten und den Rechten der Staatsanwaltschaft « im Rahmen einer Berufung », ohne irgendeine Diskriminierung in bezug auf « das Recht auf Einlegung der Berufung » vorzubringen, so dass die diesbezüglichen Argumente des Ministerrats nicht sachdienlich seien.
De verzoekende partijen bekritiseren immers het onderscheid in de rechten van de verdachte, respectievelijk het openbaar ministerie, « in het kader van een hoger beroep », zonder dat enige discriminatie is opgeworpen inzake het « recht om hoger beroep in te stellen », zodat de argumenten van de Ministerraad dienaangaande niet relevant zijn.