Vertaling van "einer nationalen französischen " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Verletzung einer nationalen Marke
breuk op een nationaal merk

Gouverneur einer nationalen Zentralbank
president van een nationale centrale bank

Inanspruchnahme der Anciennität einer nationalen Marke
inroepen van de anciënniteit van een nationaal merk

Ministerium des nationalen Unterrichtswesens und der französischen Kultur
Ministerie van Nationale Opvoeding en Franse Cultuur

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Infolge einer Klage hat die Kommission per Fax vom 28. November 2011 die französischen Behörden ersucht, ihr alle Informationen mitzuteilen, die für eine Überprüfung — auf der Grundlage der Artikel 107 und 108 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union (AEUV) — der mit Artikel 25 des Gesetzes Nr. 2005-1720 vom 30. Dezember 2005 eingeführten Abgabe zugunsten der nationalen Einrichtung für Landwirtschafts- und Meereserzeugnisse (FranceAgriMer) (nachfolgend „die Abgabe“) nötig sind.
De Commissie heeft de Franse autoriteiten, naar aanleiding van een klacht, per fax van 28 november 2011 verzocht om haar alle informatie te doen toekomen die noodzakelijk is voor een onderzoek, in het licht van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), naar de heffing die is ingesteld bij artikel 25 van wet nr. 2005-1720 van 30 december 2005 ten voordele van de nationale instantie voor de producten van de landbouw en de zee (FranceAgriMer) (hierna „de heffing” genoemd).

Fünf neue Zusagen kommen von nationalen Lehrergewerkschaften und eine von einer französischen Gewerkschaft im Energiesektor.
Vijf nieuwe toezeggingen komen van nationale vakbonden van leerkrachten en één van een Franse vakbond in de energiesector.

1. « Verstößt Artikel 608 des Gerichtsgesetzbuches, dahingehend ausgelegt, dass eine gemeinsame gütliche Einigung der zuständigen Behörden des belgischen und des französischen Staates, die in Anwendung von Artikel 24 § 2 des Abkommens vom 10. März 1964 zwischen Belgien und Frankreich zur Vermeidung der Doppelbesteuerung und zur Regelung der Rechts- und Amtshilfe auf dem Gebiet der Steuern vom Einkommen, in Bezug auf eine Schwierigkeit oder einen Zweifel hinsichtlich der Ausführung einer Bestimmung dieses Abkommens erzielt wurde, ein Gesetz ist, wobei der rechtsprechenden Gewalt jede Rechtsprechungsbefugnis zur Auslegung des Vertragstextes durch die nationalen Behörden versagt wird, gegen Artikel 170 der Verfassung in Verbindung mit deren Artikel 145, der alle Streitfälle über politische Rechte den Gerichtshöfen und Gerichten vorbehält?
1. « Schendt artikel 608 van het Gerechtelijk Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat een gezamenlijk minnelijk akkoord van de bevoegde overheden van de Belgische en de Franse Staat dat met toepassing van artikel 24, § 2, van de Belgisch-Franse Overeenkomst van 10 maart 1964 tussen België en Frankrijk tot voorkoming van dubbele belasting en tot regeling van wederzijdse administratieve en juridische bijstand inzake inkomstenbelastingen is gesloten in verband met een moeilijkheid of twijfel over de uitvoering van een bepaling die in die Overeenkomst voorkomt, een wet is, waardoor aan de rechterlijke macht elke jurisdictionele bevoegdheid tot interpretatie van de verdragstekst door de nationale overheden wordt ontzegd, artikel 170 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 145 van de Grondwet, dat elk geschil over politieke rechten voorbehoudt aan de hoven en rechtbanken ?

Daher fragt er den Gerichtshof, ob Artikel 608 des Gerichtsgesetzbuches mit Artikel 170 der Verfassung in Verbindung mit deren Artikel 145 vereinbar sei, wenn dieser Artikel 608 in dem Sinne ausgelegt werde, dass eine gemeinsame gütliche Einigung der zuständigen Behörden des belgischen und des französischen Staates, die in Anwendung von Artikel 24 § 2 des vorerwähnten Abkommens vom 10. März 1964 in Bezug auf eine Schwierigkeit oder einen Zweifel hinsichtlich der Ausführung einer Bestimmung dieses Abkommens erzielt worden sei, ein Gesetz sei, « wobei der rechtsprechenden Gewalt jede Rechtsprechungsbefugnis zur Auslegung des Vertragstextes durch die nationalen Behörden versagt wird ».
Hij stelt het Hof dan ook een vraag over de bestaanbaarheid, met artikel 170 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 145 ervan, van artikel 608 van het Gerechtelijk Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat een gezamenlijk minnelijk akkoord van de bevoegde overheden van de Belgische en de Franse Staat dat met toepassing van artikel 24, § 2, van de voormelde Overeenkomst van 10 maart 1964 is gesloten in verband met een moeilijkheid of twijfel over de uitvoering van een bepaling die in die Overeenkomst voorkomt, een wet is, « waardoor aan de rechterlijke macht elke jurisdictionele bevoegdheid tot interpretatie van de verdragstekst door de nationale overheden wordt ontzegd ».

26. JUNI 2006 - Dekret zur Zustimmung zum Zusammenarbeitsabkommen Zwischen dem Staat, der Flämischen Gemeinschaft, der Französischen Gemeinschaft, der Deutschsprachigen Gemeinschaft, der Wallonischen Region und der Region Brüssel-Hauptstadt zur Errichtung einer Nationalen Kommission für die Rechte des Kindes, Unterzeichnet in Brüssel am 16. September 2005 (1)
26 JUNI 2006. - Decreet houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord tussen de Staat, de Vlaamse Gemeenschap, het Vlaams Gewest, de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest, de Duitstalige Gemeenschap, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Franse Gemeenschapscommissie inzake de oprichting van een Nationale Commissie voor de rechten van het kind, ondertekend op 16 september 2005 in Brussel

17. NOVEMBER 2005 - Dekret zur Zustimmung zum Zusammenarbeitsabkommen zwischen dem Staat, der Flämischen Gemeinschaft, der Flämischen Region, der Französischen Gemeinschaft, der Wallonischen Region, der Deutschsprachigen Gemeinschaft, der Region Brüssel-Hauptstadt, der Gemeinsamen Gemeinschaftskommission und der Französischen Gemeinschaftskommission zur Errichtung einer nationalen Kommission für die Rechte des Kindes (1)
17 NOVEMBER 2005. - Decreet tot goedkeuring van het Samenwerkingsakkoord tussen de Staat, de Vlaamse Gemeenschap, het Vlaams Gewest, de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest, de Duitstalige Gemeenschap, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Franse Gemeenschapscommissie inzake de oprichting van een Nationale Commissie voor de rechten van het kind (1)

Zusammenarbeitsabkommen zwischen dem Staat, der Flämischen Gemeinschaft, der Französischen Gemeinschaft, der Deutschsprachigen Gemeinschaft, der Wallonischen Region und der Region Brüssel-Hauptstadt zur Errichtung einer nationalen Kommission für die Rechte des Kindes
Samenwerkingsakkoord tussen de Staat, de Vlaamse Gemeenschap, het Vlaams Gewest, de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest, de Duitstalige Gemeenschap, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Franse Gemeenschapscommissie inzake de oprichting van een Nationale Commissie voor de rechten van het kind

59. weist darauf hin, dass der Rechnungshof im Einklang mit Ziffer 16 der oben genannten Entschließung des Parlaments vom 13. April 2000, mit der die Entlastung für 1998 aufgeschoben wurde, aufgefordert wurde, die Probleme im Zusammenhang mit den Verträgen des Europäischen Parlaments für Sicherheitsleistungen zu prüfen, insbesondere die Gültigkeit einer nationalen französischen Vorschrift für Sicherheitsunternehmen im Fall einer spezifischen Ausschreibung; stellt fest, dass der Rechnungshof die Sorge teilt, die der Finanzkontrolleur äußerte, als er seine Sichtvermerksverweigerung Nr. 00/05 aussprach; ersucht den Juristischen Dienst um eine Stellungnahme zur Vereinbarkeit dieses Aspekts der französischen Gesetzgebung mit den gemeinschaftlichen Rechtsvorschriften, um einen fairen Wettbewerb bei derartigen Vergabeverfahren sicherzustellen;
59. wijst erop dat overeenkomstig paragraaf 16 van zijn eerder genoemde resolutie van 13 april 2000 tot uitstel van de kwijting 1998 de Rekenkamer werd verzocht een onderzoek in te stellen naar problemen in verband met de contracten met beveiligingsdiensten en in het bijzonder de toepasbaarheid op een speciale aanbesteding in verband met een nationale Franse bepaling die betrekking heeft op de veiligheidssector; merkt op dat de Rekenkamer de zorgen van de financieel controleur deelde toen hij besloot tot visumweigering 00/05; verzoekt de Juridische Dienst om advies over de verenigbaarheid van dit aspect van de Franse wetgeving met het Gemeenschapsrecht met het oog op het garanderen van eerlijke mededinging bij het afsluiten van dergelijke overeenkomsten;

59. weist darauf hin, dass der Rechnungshof im Einklang mit Ziffer 16 der Entschließung des Parlaments vom 13. April 2000, mit der die Entlastung für 1998 aufgeschoben wurde, aufgefordert wurde, die Probleme im Zusammenhang mit den Verträgen des Europäischen Parlaments für Sicherheitsleistungen zu prüfen, insbesondere die Gültigkeit einer nationalen französischen Vorschrift für Sicherheitsunternehmen im Fall einer spezifischen Ausschreibung; stellt fest, dass der Rechnungshof die Sorge teilt, die der Finanzkontrolleur äußerte, als er seine Sichtvermerksverweigerung Nr. 00/05 aussprach; ersucht den Juristischen Dienst um eine Stellungnahme zur Vereinbarkeit dieses Aspekts der französischen Gesetzgebung mit den gemeinschaftlichen Rechtsvorschriften, um einen fairen Wettbewerb bei derartigen Vergabeverfahren sicherzustellen;
59. wijst erop dat overeenkomstig paragraaf 16 van de resolutie van het Parlement van 13 april 2001 tot uitstel van de kwijting 1998 de Rekenkamer werd verzocht een onderzoek in te stellen naar problemen in verband met de contracten met beveiligingsdiensten en in het bijzonder de toepasbaarheid op een speciale aanbesteding in verband met een nationale Franse bepaling die betrekking heeft op de veiligheidssector; merkt op dat de Rekenkamer de zorgen van de financieel controleur deelde toen hij besloot tot visumweigering 00/05; verzoekt de Juridische Dienst om advies over de verenigbaarheid van dit aspect van de Franse wetgeving met het Gemeenschapsrecht met het oog op het garanderen van eerlijke mededinging bij het afsluiten van dergelijke overeenkomsten;