(2) Ist ein Mitgliedstaat oder die Kommission der Auffassung, dass die Übereinstimmung mit einer gemeinschaftlichen Spezifikation die Erfüllung der grundlegenden Anforderungen des Anhangs II, die von der betreffenden gemeinschaftlichen Spezifikation abgedeckt werden sollen, nicht gewährleistet, so findet das in Artikel 16 Absatz 3 genannte Verfahren Anwendung.
2. Wanneer een lidstaat of de Commissie van mening is dat de overeenstemming met een communautaire specificatie geen overeenstemming garandeert met de essentiële eisen van bijlage II die de desbetreffende communautaire specificatie geacht wordt te bestrijken, is de in artikel 16, lid 3, bedoelde procedure van toepassing.