59. vertritt die Ansicht, dass
die regionale Ebene wegen der Nähe zwischen Hochschulen, öffentlichen Forschungseinrichtungen, Großunternehmen, KMU sowie regionalen und lokalen Behörden, beispielsweise im Rahmen vo
n Clustern, für die Förderung der Innovation am besten geeignet ist; stellt darüber hinaus fest, dass die Förderung der Innovation auf regionaler Ebene dazu beitragen kann, soziale und regionale Ungleichheiten zu verringern; fordert die einzelnen Ebenen (regional, national und gemeinschaftlich) gleichwohl auf, ihre Anst
rengungen ...[+++]im Rahmen einer Planung der Forschungs- und Entwicklungstätigkeiten auf europäischer Ebene besser zu koordinieren; bekräftigt ebenfalls die Notwendigkeit besserer Verbindungen zwischen Wissenschaft und Industrie; 59. vindt dat het regionale niveau het meest geschikte niveau is om onderzoek en innovatie te stimuleren, aangezien de universiteiten, de openbare onderzoeksinstellingen, de grote bedrijven, de kmo's en de regionale en lokale overheidsinstanties elkaar op dit niveau tre
ffen, bij voorbeeld binnen clusters; merkt ook
op dat het bevorderen van onderzoek en innovatie op r
egionaal niveau kan helpen om sociale en regionale dispariteiten
...[+++] te verminderen; spoort evenwel de verschillende niveaus (regionaal, nationaal en communautair) aan hun inspanningen beter te coördineren in het kader van een Europese planning van onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten; wijst ook op de noodzaak van betere banden tussen de universiteiten en de industrie;