Artikel 23 Absatz 1 des Gesetzes vom 22. Oktober 1997 bestraft jede Ubertretung, durch die die Einforderbarkeit der in Artikel 7 erwähnten Akzisen und Sonderakzisen entsteht, mit einer Geldbusse, die einheitlich auf das Zehnfache der entzogenen Abgaben mit einem Mindestbetrag von 250 Euro festgesetzt ist, ohne dass eine Mindest- und Höchststrafe vorgesehen ist, zwischen denen der Strafrichter wählen kann.
Artikel 23, eerste lid, van de wet van 22 oktober 1997 bestraft elke overtreding waardoor de invorderbaarheid van de in artikel 7 bedoelde accijns en bijzondere accijns ontstaat met een geldboete die onveranderlijk is bepaald op tienmaal de ontdoken rechten met een minimum van 250 euro, zonder dat is voorzien in een minimum- en een maximumstraf waartussen de strafrechter kan kiezen.