Traduction de «einem öko-darlehen können » (Allemand → Néerlandais) :

" Art. 5 - § 1. Mit einem Öko-Darlehen können die folgenden Arbeiten finanziert werden:
« Art. 5. § 1. Aan de hand van een ecolening gefinancierd kunnen worden :

Art. 5 - § 1 - Mit einem Öko-Darlehen können die folgenden Arbeiten finanziert werden: die Arbeiten, die auf Öko-Prämien im Sinne von Artikel 93/1, 4° des Ministerialerlasses vom 20. Dezember 2007 über die Modalitäten und das Verfahren zur Gewährung der Prämien zur Förderung der rationellen Energienutzung Anspruch geben, sowie die Arbeiten, die in dem Anlegen eines leistungsfähigen Heizsystems mit Heizöl oder Propangas bestehen, oder die Isolierungsarbeiten, die in § 7 von Artikel 7 des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 21. Januar 1999 zur Einführung einer Prämie für die Sanierung verbesserungsfähiger Wohnungen erwähnt sind.
Art. 5. § 1. Aan de hand van een ecolening gefinancierd kunnen worden : de werkzaamheden die aanleiding geven tot het recht op de ecopremies zoals bedoeld in artikel 93/1, 4°, van het ministerieel besluit van 20 december 2007 betreffende de modaliteiten en de procedure voor de toekenning van premies ter bevordering van rationeel energiegebruik alsmede de werkzaamheden die bestaan in de aanleg van een hoogrenderend verwarmingsstelsel met stookolie of propaangas, of de isolatiewerkzaamheden bedoeld in § 7 van artikel 7 van het besluit van de Waalse Regering van 21 januari 1999 tot invoering van een premie voor de renovatie van verbeterbare woningen.

Art. 12 - § 1. Mit einem Öko-Darlehen können die folgenden Arbeiten finanziert werden: die Arbeiten, die auf Öko-Prämien im Sinne von Artikel 93/1, 4° des Ministerialerlasses vom 20. Dezember 2007 über die Modalitäten und das Verfahren zur Gewährung der Prämien zur Förderung der rationellen Energienutzung Anspruch geben, sowie die Arbeiten, die in dem Anlegen eines leistungsfähigen Heizsystems mit Heizöl oder Propangas bestehen, oder die Isolierungsarbeiten, die in § 7 von Artikel 7 des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 21. Januar 1999 zur Einführung einer Prämie für die Sanierung verbesserungsfähiger Wohnungen erwähnt sind;
Art. 12. § 1. Aan de hand van een ecolening gefinancierd kunnen worden : de werkzaamheden die aanleiding geven tot het recht op de ecopremies zoals bedoeld in artikel 93/1, 4°, van het ministerieel besluit van 20 december 2007 betreffende de modaliteiten en de procedure voor de toekenning van premies ter bevordering van rationeel energiegebruik alsmede de werkzaamheden die bestaan in de aanleg van een hoogrenderend verwarmingsstelsel met stookolie of propaangas, of de isolatiewerkzaamheden bedoeld in § 7 van artikel 7 van het besluit van de Waalse Regering van 21 januari 1999 tot invoering van een premie voor de renovatie van verbeterbare woningen.

Art. 5 - § 1. Mit einem Öko-Darlehen können die folgenden Arbeiten finanziert werden: die Arbeiten, die auf Öko-Prämien im Sinne von Artikel 93/1, 4° des Ministerialerlasses vom 20. Dezember 2007 über die Modalitäten und das Verfahren zur Gewährung der Prämien zur Förderung der rationellen Energienutzung Anspruch geben, sowie die Arbeiten, die in dem Anlegen eines leistungsfähigen Heizsystems mit Heizöl oder Propangas bestehen, oder die Isolierungsarbeiten, die in § 7 von Artikel 7 des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 21. Januar 1999 zur Einführung einer Prämie für die Sanierung verbesserungsfähiger Wohnungen erwähnt sind.
Art. 5. § 1. Aan de hand van een ecolening gefinancierd kunnen worden : de werkzaamheden die aanleiding geven tot het recht op de ecopremies zoals bedoeld in artikel 93/1, 4°, van het ministerieel besluit van 20 december 2007 betreffende de modaliteiten en de procedure voor de toekenning van premies ter bevordering van rationeel energiegebruik alsmede de werkzaamheden die bestaan in de aanleg van een hoogrenderend verwarmingsstelsel met stookolie of propaangas, of de isolatiewerkzaamheden bedoeld in § 7 van artikel 7 van het besluit van de Waalse Regering van 21 januari 1999 tot invoering van een premie voor de renovatie van verbeterbare woningen.

Art. 8 - Die SWCS nimmt die energetische Bewertung des Gebäudes, das Gegenstand des Antrags auf ein Öko-Darlehen ist, vor, um die Liste der Arbeiten, die mit einem Öko-Darlehen finanziert werden können, aufzustellen, und ggf. ihr Wichtigkeitsgrad zu bestimmen.
Art. 8. De « SWCS » gaat over tot de energetische expertise van het gebouw dat het voorwerp uitmaakt van de ecolening om de lijst op te stellen van de werkzaamheden en, in voorkomend geval, de orde van hun voorrang, die aan de hand van een ecolening gefinancierd kunnen worden.

Das Programm „Smart Cities and Sustainable Development“ geht auf eine gemeinsame Initiative der Europäischen Investitionsbank und der Belfius Banque zurück. Es soll Städte und Gemeinden - einschließlich der kleinsten unter ihnen - bei der Durchführung ihrer sogenannten intelligenten und nachhaltigen Projekte in den Bereichen Mobilität, Stadtentwicklung und Energieeffizienz unterstützen und die entsprechenden Mittel mobilisieren. Bereits ab dem 4. Juni 2014 können belgische Gebietskörperschaften als erste in Europa Darlehen von insgesamt 400 Millionen Euro zu einem Vorzugszinssatz für die Durchführung ihrer Smart Cities-Projekte aufnehmen, die jeweils zur Hälfte von der EIB und der Belfius Banque bereitgestellt werden.
Het programma « Smart Cities Sustainable Development », dat is ontstaan uit de samenwerking tussen de Europese Investeringsbank (EIB) en Belfius Bank, wil de steden en gemeenten - ook de kleinste onder hen - begeleiden en financieel ondersteunen in het kader van hun zogenaamde 'slimme en duurzame' projecten in de domeinen mobiliteit, stadsontwikkeling en energie-efficiëntie. Dankzij dit programma komen de Belgische lokale overheden vanaf 4 juni 2014 bij wijze van Europese primeur in aanmerking voor kredieten tegen een voordelige rente voor het verwezenlijken van hun projecten in het kader van de «Smart Cities» ten belope van 400 miljoen euro. De ene helft daarvan zal worden ingebracht door de EIB en de andere helft door Belfius Bank.

Festlegung der Ziele und Grundsätze für die ökologische Erzeugung, unter Berücksichtigung der lokalen Erzeugungsbedingungen und des dortigen Entwicklungsstands; einheitliche Anwendung der Ziele und Grundsätze auf allen Stufen der ökologischen Erzeugung in Tierhaltung, Aquakultur, Pflanzenbau und Futtermittelgewinnung ebenso wie bei der Herstellung von Öko-Lebensmitteln; Klarstellung der Vorschriften für GVO enthaltende Erzeugnisse, insbesondere hinsichtlich dessen, dass die allgemeinen Kennzeichnungsschwellen für GVO anwendbar sind, dass GVO-haltige Erzeugnisse nicht als ökologisch erzeugt gekennzeichnet werden dürfen und dass für ökologisches Saatgut spezifische Kennzeichnungsschwellen festgelegt werden können; obligatorische Verwendung von entweder dem EU-Logo oder anderenfalls einem stilisierten Hinweis „EU-ökologisch” bzw. „EU-biologisch”, sowie ferner Beschränkungen allgemeiner Behauptungen in Etikettierung und Werbung, damit das „gemeinsame ökologische Erzeugungkonzept” gefördert wird; Verstärkung des risikobasierten Ansatzes und Verbesserung der Kontrollen durch Angleichung des Kontrollsystems an das für sämtliche Lebens- und Futtermittel geltende EU-System für die amtlichen Kontrollen zur Überprüfung der Einhaltung des Lebensmittel- und Futtermittelrechts; Verbesserung des freien Warenverkehrs für ökologische Erzeugnisse, indem durch die EU-Vorschriften höchstmögliche Standards gewährleistet werden sowie die Unparteilichkeit des Kontrollsystems erhöht, die gegenseitige Anerkennung gleichwertiger Standards gefördert und der Spielraum für private Kontrollstellen zur Genehmigung von weniger strengen Anforderungen verringert wird; Einfuhrregelung mit einem ständigen direkten Marktzugang für Erzeugnisse bei völliger Konformität mit den EU-Vorschriften oder aber Zugang aufgrund von gleichwertigen Garantien.
een definitie van de doelstelling en beginselen van de biologische productie met inachtneming van de plaatselijke omstandigheden en het stadium van ontwikkeling; de garantie dat de doelstellingen en beginselen op uniforme wijze worden toegepast in alle stadia van de biologische veehouderij, aquacultuur, plantaardige en diervoederproductie, en van de productie van biologische levensmiddelen; verduidelijking van de bepalingen inzake genetisch gemodificeerde organismen (GGO’s), met name dat de algemene drempels voor GGO’s van toepassing zijn, dat GGO-producten in de etikettering geen vermelding “biologisch” mogen bevatten, en dat voor zaden specifieke drempels kunnen worden vastgesteld; het verplicht maken van hetzij het EU-logo, hetzij, bij afwezigheid daarvan, een gestileerde vermelding "EU-BIOLOGISCH”, inclusief beperkingen inzake etikettering en reclame, teneinde het “gemeenschappelijke concept” van de biologische productie meer ingang te doen vinden; ondersteuning van een op risicogestuurde aanpak en verbetering van de controles door het controlesysteem af te stemmen op het officiële, voor alle levensmiddelen en diervoeders geldende controlesysteem; verbetering van het vrije verkeer van biologische producten door ervoor te zorgen dat de EU-voorschriften de hoogste normen garanderen, de onpartijdigheid van het controlesysteem bevorderen, de wederzijdse erkenning van normen stimuleren en de mogelijkheden voor de controleorganisaties om minder stringente voorschriften toe te staan, te beperken; de ontwikkeling van permanente voorschriften voor de invoer, die zijn gebaseerd op de directe toepassing van de communautaire voorschriften voor de ingevoerde producten of op de gelijkwaardigheid van de voor de ingevoerde producten geldende

Nach dem für 1994 mit einem Darlehensvolumen von 1,4 Milliarden DM ausgestatteten ERP-Regionalprogramm können kleine bis mittelständische Unternehmen im westdeutschen Teil (einschließlich West-Berlin) des Fördergebiets der Gemeinschaftsaufgabe zinsvergünstigte Investitions- darlehen bis zu einem Höchstbetrag von 1 Million DM je Unternehmen erhalten, während das 1994 mit einem Darlehensvolumen von 3,2 Milliarden DM ausgestattete und mit besseren Konditionen als das ERP-Regionalprogramm versehene ERP-Aufbauprogramm zinsvergünstigte Darlehen bis zu einem Höchstbetrag von 2 Millionen DM für Investitionsvorhaben ebenfalls von kleinen bis mittelständischen Unternehmen bereitstellt.
Uit hoofde van het regionale ERP-programma, dat voor 1994 voorziet in een bedrag voor leningen van 1,4 miljard DM, komen kleine en middelgrote ondernemingen in het Westduitse gedeelte (met inbegrip van West-Berlijn) van het steungebied in de zin van de gemeenschappelijke regeling in aanmerking voor investeringsleningen met een lage rente van maximaal 1 miljoen DM per onderneming.

Zu diesen zählen: * Weigerung der Anbieter von Finanzdienstleistungen, Finanzdienstleistungen an Nichtgebietsansässige zu verkaufen; * Begrenzung des Spektrums der Dienstleistungen, die angeboten werden können, durch die Aufnahmemitgliedstaaten (beispielsweise, ein Mitgliedstaat untersagt, daß Girokonten verzinst werden); * mäßige Qualität von Dienstleistungen; * Mangel an Information und professioneller Beratung (insbesondere hinsichtlich des Bankensektors); * betrügerische Aktivitäten von nicht regulierten Vermittlern (die häufig überhöhte Vermittlungsgebühren berechnen und wenig Informationen über die von ihnen angebotenen Produkte bieten); * Schwierigkeiten bei der Einhaltung von (sowohl inländischen als auch grenzüberschreitenden) Verträgen und bei der Auslegung der Verträge; * mangelnde steuerliche Harmonisierung (es kann schwierig sein, Lebensversicherungsprämien oder Rückzahlungen aus in einem anderen Mitgliedstaat aufgenommenen Darlehen steuerlich abzusetzen); * Entschädigung der Opfer eines Unfalls zwischen einem Fahrzeug eines Mitgliedstaats und einem Fahrzeug eines anderen Mitgliedstaats, das "zu Besuch" ist (diese Situation fällt nicht in das derzeitige System der grünen Versicherungskarte, und die Opfer können Schwierigkeiten haben, eine angemessene Entschädigung zu erhalten).
Deze omvatten: * weigering van verstrekkers van financiële diensten om financiële diensten te verkopen aan niet-ingezetenen; * door Lid-Staten voor ontvangst voorgeschreven grenzen voor het gamma diensten dat mag worden aangeboden (bij voorbeeld verbiedt een Lid-Staat rente op lopende rekeningen); * matige kwaliteit van de dienstverlening; * gebrek aan informatie en professioneel advies (met name betreffende de bancaire sector); * frauduleuze activiteiten van niet-erkende tussenpersonen (die dikwijls buitensporig hoge commissies heffen en weinig informatie bieden over de door hun aangeboden produkten); * moeilijkheden bij de eerbiediging van de contracten (zowel nationaal als grensoverschrijdend) en bij de interpretatie van de contracten; * gebrek aan belastingharmonisatie (het kan moeilijk zijn levensverzekeringspremies of aflossingen van hypotheekleningen af te trekken wanneer de desbetreffende contracten in een andere Lid-Staat zijn aangegaan); * schadeloosstelling van slachtoffers van een ongeval waarbij een voertuig van een Lid-Staat en een "bezoekend" voertuig uit een andere Lid-Staat zijn betrokken (deze situatie valt buiten het huidige stelsel van de groene kaart, en de slachtoffers kunnen moeilijkheden ondervinden bij het verkrijgen van een passende schadeloosstelling).

Aus einem mit 100 Millionen DM ausgestatteten revolvierenden Fonds können Darlehen mit einem Höchstbetrag von 2 Millionen DM über eine Höchstlaufzeit von 5 Jahren auf der Grundlage eines tragfähigen Gesamtkonsolidierungskonzepts an regional bedeutsame Unternehmen (insbesondere KMU) in Schwierigkeiten vergeben werden.
Uit een revolverend fonds van 100 miljoen DM kunnen op basis van een solide algemeen consolideringsplan leningen van maximaal 2 miljoen DM voor ten hoogste vijf jaar worden verstrekt aan regionaal belangrijke ondernemingen (met name kleine en middelgrote ondernemingen) die in moeilijkheden verkeren.