Traduction de «einem strafverfahren angeklagt » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Überwachung nach einem Strafverfahren
follow-up van het strafvonnis

strafrechtliche Verurteilung | Verurteilung | Verurteilung in einem Strafverfahren
strafrechtelijke veroordeling | veroordeling

als Nebenkläger beitreten | als Privatklager beitreten | als Zivilpartei auftreten(Sw.) | sich einem Strafverfahren als Privatbeteiligter anschließen(Oest.)
zich beledigde partij stellen | zich burgerlijke partij stellen

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Die Kommission wird weiter ihren Fahrplan verfolgen, mit dem sie die Verfahrensrechte von Personen einschließlich Kindern stärken will, die einer Straftat verdächtigt werden oder Angeklagte in einem Strafverfahren sind.
De Commissie zal haar agenda om de procesrechten van verdachten en beklaagden in strafprocedures in de lidstaten te versterken, verder uitvoeren.

(3) Wird nach Aufhebung der Befreiung ein Strafverfahren gegen einen Richter eingeleitet, so darf dieser im Gebiet jedes Vertragsmitgliedstaats nur vor einem Gericht angeklagt werden, das für Verfahren gegen Richter der höchsten nationalen Gerichte zuständig ist.
3. Ingeval tegen een rechter wiens immuniteit is opgeheven, een strafvervolging wordt ingesteld, kan hij in elk der overeenkomstsluitende lidstaten slechts worden berecht door de instantie die bevoegd is tot berechting van de leden van het hoogste nationale rechtscollege.

46. nimmt den Fortschritt zur Kenntnis, der bislang bei dem Fahrplan für die Stärkung der Verfahrensrechte von Verdächtigen und Angeklagten in Strafverfahren erzielt wurde, was auch die Annahme der Richtlinien über das Recht auf Dolmetschleistungen und Übersetzungen , über das Recht auf Belehrung und Unterrichtung in Strafverfahren und über das Recht auf Zugang zu einem Rechtsbeistand in Strafverfahren beinhaltet; fordert die fristgerechte und ordnungsgemäße Umsetzung dieser Richtlinien und die Schulung von Regierungsbeamten, Richtern, Staatsanwälten und Strafverteidigern; weist erneut darauf hin, dass diese Maßnahmen von grundlegender Bedeutung für das ordnungsgemäße Funktionieren der justiziellen Zusammenarbeit in Strafsachen in der EU sind, was insbesondere für die Umsetzung der Maßnahmen gilt, die – wie der Europäische Haftbefehl – auf dem Grundsatz der gegenseitigen Anerkennung beruhen, und dass weitere Fortschritte im Bereich des Schutzes der Rechte Verdächtiger und Angeklagter erzielt werden müssen; nimmt die Vorschläge für die Prozesskostenhilfe, die Unschuldsvermutung und die Garantien für Kinder zur Kenntnis; ist der festen Überzeugung, dass insbesondere die Prozesskostenhilfe effektiv gewährleistet sein muss, damit die Richtlinie über das Recht auf einen Rechtsbeistand wirksam umgesetzt werden kann; fordert eine Debatte über den Schutz von Zeugen und Informanten; fordert, dass die Stärkung der Verfahrensrechte von Verdächtigen und Angeklagten in Strafverfahren vorrangig in das Programm für die Zeit nach Stockholm aufgenommen wird, und weist erneut darauf hin, dass der Fahrplan nicht vollständig ist;
46. erkent de tot dusver geboekte vooruitgang met de routekaart voor de versterking van de processuele rechten van verdachten en beklaagden in strafzaken, met inbegrip van de goedkeuring van richtlijnen betreffende het recht op vertolking en vertaling , betreffende het recht op informatie in strafzaken , en betreffende het recht op toegang tot een advocaat in strafzaken ; vraagt een snelle en correcte omzetting ervan, alsook opleidingen voor overheidsambtenaren, rechters, aanklagers en strafpleiters; herhaalt dat deze maatregelen van cruciaal belang zijn voor het correct functioneren van EU-samenwerking in strafzaken, met name met betrekking tot de tenuitvoerlegging van maatregelen op basis van het beginsel van wederzijdse erkenning, zoals het Europees aanhoudingsbevel, en dat het blijven boeken van vooruitgang bij de bescherming van de rechten van verdachten en beklaagden essentieel is; neemt kennis van de voorstellen betreffende rechtshulp, het vermoeden van onschuld en waarborgen voor kinderen; is er ten stelligste van overtuigd dat rechtshulp met name daadwerkelijk gewaarborgd dient te zijn om te zorgen voor de effectieve tenuitvoerlegging van de richtlijn betreffende het recht op toegang tot een advocaat; vraagt een discussie over de bescherming van getuigen en klokkenluiders; vraagt dat de versterking van de processuele rechten van verdachten en beklaagden in strafzaken wordt aangemerkt als prioriteit in het programma dat de opvolger van het Stockholm-programma zal zijn en herinnert eraan dat de routekaart niet exhaustief is;

45. nimmt den Fortschritt zur Kenntnis, der bislang bei dem Fahrplan für die Stärkung der Verfahrensrechte von Verdächtigen und Angeklagten in Strafverfahren erzielt wurde, was auch die Annahme der Richtlinien über das Recht auf Dolmetschleistungen und Übersetzungen, über das Recht auf Belehrung und Unterrichtung in Strafverfahren und über das Recht auf Zugang zu einem Rechtsbeistand in Strafverfahren beinhaltet; fordert die fristgerechte und ordnungsgemäße Umsetzung dieser Richtlinien und die Schulung von Regierungsbeamten, Richtern, Staatsanwälten und Strafverteidigern; weist erneut darauf hin, dass diese Maßnahmen von grundlegender Bedeutung für das ordnungsgemäße Funktionieren der justiziellen Zusammenarbeit in Strafsachen in der EU sind, was insbesondere für die Umsetzung der Maßnahmen gilt, die – wie der Europäische Haftbefehl – auf dem Grundsatz der gegenseitigen Anerkennung beruhen, und dass weitere Fortschritte im Bereich des Schutzes der Rechte Verdächtiger und Angeklagter erzielt werden müssen; nimmt die Vorschläge für die Prozesskostenhilfe, die Unschuldsvermutung und die Garantien für Kinder zur Kenntnis; ist der festen Überzeugung, dass insbesondere die Prozesskostenhilfe effektiv gewährleistet sein muss, damit die Richtlinie über das Recht auf einen Rechtsbeistand wirksam umgesetzt werden kann; fordert eine Debatte über den Schutz von Zeugen und Informanten; fordert, dass die Stärkung der Verfahrensrechte von Verdächtigen und Angeklagten in Strafverfahren vorrangig in das Programm für die Zeit nach Stockholm aufgenommen wird, und weist erneut darauf hin, dass der Fahrplan nicht vollständig ist;
45. erkent de tot dusver geboekte vooruitgang met de routekaart voor de versterking van de processuele rechten van verdachten en beklaagden in strafzaken, met inbegrip van de goedkeuring van richtlijnen betreffende het recht op vertolking en vertaling, betreffende het recht op informatie in strafzaken, en betreffende het recht op toegang tot een advocaat in strafzaken; vraagt een snelle en correcte omzetting ervan, alsook opleidingen voor overheidsambtenaren, rechters, aanklagers en strafpleiters; herhaalt dat deze maatregelen van cruciaal belang zijn voor het correct functioneren van EU-samenwerking in strafzaken, met name met betrekking tot de tenuitvoerlegging van maatregelen op basis van het beginsel van wederzijdse erkenning, zoals het Europees aanhoudingsbevel, en dat het blijven boeken van vooruitgang bij de bescherming van de rechten van verdachten en beklaagden essentieel is; neemt kennis van de voorstellen betreffende rechtshulp, het vermoeden van onschuld en waarborgen voor kinderen; is er ten stelligste van overtuigd dat rechtshulp met name daadwerkelijk gewaarborgd dient te zijn om te zorgen voor de effectieve tenuitvoerlegging van de richtlijn betreffende het recht op toegang tot een advocaat; vraagt een discussie over de bescherming van getuigen en klokkenluiders; vraagt dat de versterking van de processuele rechten van verdachten en beklaagden in strafzaken wordt aangemerkt als prioriteit in het programma dat de opvolger van het Stockholm-programma zal zijn en herinnert eraan dat de routekaart niet exhaustief is;

Die besondere Position, die eine zivilrechtlich haftende Partei in einem Strafverfahren einnimmt, bietet jedoch keine vernünftige Rechtfertigung dafür, dass diese Partei von der Verfahrensentschädigung zu Lasten der unterlegenen direkt ladenden Zivilpartei ausgeschlossen wird, während die Person, für deren Handeln diese Partei zivilrechtlich haftet, d.h. also der Angeklagte, diese Verfahrensentschädigung wohl beanspruchen kann.
De bijzondere plaats die een burgerrechtelijk aansprakelijke partij in een strafproces inneemt, biedt echter geen redelijke verantwoording voor het uitsluiten van die partij van de rechtsplegingsvergoeding ten laste van de in het ongelijk gestelde rechtstreeks dagende burgerlijke partij, terwijl de persoon voor wiens daad die partij burgerrechtelijk aansprakelijk is, met andere woorden de beklaagde, wel in aanmerking komt voor die rechtsplegingsvergoeding.

K. in der Erwägung, dass der frühere Präsident des Parlaments der Krim Anatolij Hryzenko (Partei der Regionen) am 24. Januar 2011 festgenommen und wegen Amtsmissbrauchs im Zusammenhang mit dem illegalen Verkauf von 4 800 Hektar Land angeklagt wurde, und in der Erwägung, dass zu einem späteren Zeitpunkt ein weiteres Strafverfahren gegen ihn eingeleitet wurde, in dem es um Grundstücksbetrug im Zusammenhang mit dem Grundstück einer Ferienanlage in Jalta geht,
K. overwegende dat Anatoliy Grytsenko (Partij van de Regio's), voormalig voorzitter van het parlement van de Krimrepubliek, op 24 januari 2011 is gearresteerd en wordt beschuldigd van machtsmisbruik in verband met het illegaal schenken van 4800 hectare grond; overwegende dat later nog een strafrechtelijke procedure is ingesteld wegens fraude met grond in verband met een vakantieoord in Yalta,

Dieser Rahmenbeschluss und die zur Umsetzung dieses Rahmenbeschlusses von den Mitgliedstaaten getroffenen Maßnahmen stehen im Einklang mit den Grundrechten und Grundsätzen, die insbesondere mit der Charta der Grundrechte der Europäischen Union, vor allem in Kapitel VI, wo die Rechte des Individuums gewährleistet werden, indem sichergestellt wird, dass Angeklagte das Recht auf ein faires Verfahren, das Recht auf Verteidigung sowie das Recht haben, nicht zweimal wegen derselben Straftat in einem Strafverfahren verfolgt oder bestraft zu werden .
Dit kaderbesluit en de maatregelen die de lidstaten in uitvoering van dit kaderbesluit nemen dienen de grondrechten en met name de beginselen die zijn erkend bij het Handvest van grondrechten van de Europese Unie, te eerbiedigen, inzonderheid bij hoofdstuk VI van dit Handvest, dat de rechten van het individu beschermt door ervoor te zorgen dat een gedaagde het recht wordt gegarandeerd op een eerlijk proces, het recht zich te verdedigen en het recht voor hetzelfde strafbare feit niet tweemaal te worden berecht of te worden bestraft ,

Dieser Rahmenbeschluss und die zur Umsetzung dieses Rahmenbeschlusses von den Mitgliedstaaten getroffenen Maßnahmen stehen im Einklang mit den Grundrechten und Grundsätzen, die insbesondere mit der Charta der Grundrechte der Europäischen Union, vor allem in Kapitel VI, wo die Rechte des Individuums gewährleistet werden, indem sichergestellt wird, dass ein Angeklagter das Recht auf ein faires Verfahren, das Recht auf Verteidigung sowie das Recht hat, nicht zweimal wegen derselben Straftat in einem Strafverfahren verfolgt oder bestraft zu werden.
Dit kaderbesluit en de maatregelen die de lidstaten in uitvoering van dit kaderbesluit nemen dienen de grondrechten en met name de beginselen die zijn erkend bij het Handvest van grondrechten van de Europese Unie, te eerbiedigen, inzonderheid bij hoofdstuk VI van dit Handvest, dat de rechten van het individu beschermt door ervoor te zorgen dat een gedaagde het recht wordt gegarandeerd op een eerlijk proces, het recht op verdediging en het recht niet tweemaal gestraft te worden in een strafrechtelijke procedure voor hetzelfde strafbare feit,

Der Angeklagte beklagt das Fehlen der kontradiktorischen Beschaffenheit dieses Gutachtens; das Gericht hebt gleichzeitig hervor, dass unter anderem gemäss der Rechtsprechung des Kassationshofes Gutachten in Strafsachen nicht den in den Artikeln 962 ff. des Gerichtsgesetzbuches, und insbesondere den Artikeln 965, 972, 973, 978 und 979 über die kontradiktorische Beschaffenheit des Gutachtens in Zivilsachen enthaltenen Bestimmungen unterliegen und sieht es als nicht unerheblich an, dass der Angeklagte geltend macht, es liege eine nicht durch objektive Umstände gerechtfertigte Diskriminierung vor zwischen einerseits demjenigen, der als Beklagter in einem Zivilverfahren in den Vorteil der kontradiktorischen Beschaffenheit der Sachverständigenvorgänge gelangt, mit denen festgestellt werden soll, ob für die Anwendung der Artikel 1382 und 1383 des Zivilgesetzbuches ein ursächlicher Zusammenhang zwischen dem ihm vorgeworfenen Fehler und dem Tod des Opfers besteht, und andererseits demjenigen, der in einem Strafverfahren angeklagt ist, in dem er sich der Anklage der fahrlässigen Tötung (Artikel 418 und 420 des Strafgesetzbuches) stellen muss, die auf der Beurteilung des gleichen Fehlers und des gleichen ursächlichen Zusammenhangs beruht, der aber nicht in den Vorteil der kontradiktorischen Beschaffenheit eines Gutachtens mit gleichem Gegenstand gelangt.
De beklaagde stelt de ontstentenis van contradictoir karakter van dat deskundigenonderzoek aan de kaak; de Rechtbank wijst er terzelfder tijd op dat, met name volgens de rechtspraak van het Hof van Cassatie, het deskundigenonderzoek in strafzaken niet wordt beheerst door de regels vervat in de artikelen 962 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek, en meer bepaald in de artikelen 965, 972, 973, 978 en 979, die het contradictoir karakter van het deskundigenonderzoek in burgerlijke zaken organiseren, en acht het van belang dat de beklaagde doet gelden dat een niet op grond van objectieve omstandigheden verantwoorde discriminatie bestaat tussen, enerzijds, diegene die, als verweerder in een burgerlijk proces, het voordeel van het contradictoir karakter van de expertiseverrichtingen geniet, die tot doel zouden hebben te bepalen of, voor de toepassing van de artikelen 1382 en 1383 van het Burgerlijk Wetboek, een oorzakelijk verband bestaat tussen de fout die hem wordt verweten en het overlijden van het slachtoffer en, anderzijds, diegene die, als beklaagde in een strafproces waarin hij zich moet verantwoorden in het kader van een beschuldiging van onvrijwillige doodslag (artikelen 418 en 420 van het Strafwetboek), die op de beoordeling van dezelfde fout en hetzelfde oorzakelijk verband steunt, niet het contradictoir karakter van een deskundigenonderzoek met hetzelfde onderwerp kan genieten.