(4) Sofern
in dem in Absatz 2 Buchstabe b genannten Fall Ausfuhrabgaben für die Veredelungserzeugnisse anfielen, wenn sie nicht
im Zusammenhang mit einer aktiven Veredelung ausgeführt würden, muss der Bewilligungsinhaber
eine Sicherheit leisten, um die Entrichtung der Abgaben für de
n Fall zu gewährleisten, dass die Einfuhr der Nichtgemeinschaftswaren nic
ht innerhalb der in ...[+++]Artikel 169 Absatz 3 genannten Frist erfolgt.
4. In het in lid 2, onder b), bedoelde geval wordt, indien de veredelingsproducten aan uitvoerrechten zouden zijn onderworpen indien zij niet in het kader van de regeling actieve veredeling werden uitgevoerd, door de houder van de vergunning zekerheid voor betaling van de rechten gesteld, indien de niet-communautaire goederen niet binnen de bij artikel 169, lid 3, gestelde termijn worden ingevoerd.