Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Begehen einer Straftat
Begehung einer Straftat
Komplize
Komplizenschaft
Mittäter
Mittäterschaft
Personen die Straftaten begangen haben festnehmen
Planungsrecht
Sozialarbeiter für jugendliche Straftäter
Sozialarbeiterin für jugendliche Straftäter
Stadtbelebung
Stadterneuerung
Stadtplanung
Stadtsanierung
Straftäter festhalten
Straftäter festnehmen
Straftäter verhaften
Städtebauliche Entwicklung
Städtebauliche Erneuerung
Städtebauliche Genehmigung
Städtebauliche Planung
Städtebauliche Sanierung
Städtebauliche Vorschrift
Städtebaulicher Bereich
Städtebaulicher Plan
Teilnahme an einer Straftat
Teilnehmer an einer Straftat
Zu lesen ist 7

Vertaling van " städtebauliche straftat " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE
Sozialarbeiterin für jugendliche Straftäter | Sozialarbeiter für jugendliche Straftäter | Sozialarbeiter für jugendliche Straftäter/Sozialarbeiterin für jugendliche Straftäter

maatschappelijk werker jeugddelinquentie


Stadterneuerung [ Stadtbelebung | städtebauliche Entwicklung | städtebauliche Erneuerung | städtebauliche Sanierung | Stadtsanierung ]

stadsvernieuwing [ renovatie van gebouwen | restauratie van gebouwen | stadsrenovatie ]


Personen die Straftaten begangen haben festnehmen | Straftäter verhaften | Straftäter festhalten | Straftäter festnehmen

in de beveiliging werken | misdadigers vasthouden | overtreders aanhouden | zorgen voor de veiligheid


Mittäterschaft [ Komplize | Komplizenschaft | Mittäter | Teilnahme an einer Straftat | Teilnehmer an einer Straftat ]

medeplichtigheid [ handlanger | medeplichtige ]


Begehen einer Straftat | Begehung einer Straftat

begaan van een strafbaar feit


städtebauliche Genehmigung

stedebouwkundige vergunning


städtebauliche Vorschrift [ Planungsrecht ]

voorschriften voor de stedenbouw [ stedenbouwkundig recht ]


städtebauliche Planung | Stadtplanung

stadsplanning | stedelijke planning




IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Zweck von Artikel 7 des Dekrets vom 4. Juni 2003 ist es, eine städtebauliche Straftat nicht mehr als Dauerstraftat anzusehen und die Strafbarkeit der Aufrechterhaltung zu streichen (Parl. Dok., Flämisches Parlament, 2002-2003, Nr. 1566/7, S. 38).

De bedoeling van artikel 7 van het decreet van 4 juni 2003 is een bouwmisdrijf niet langer te beschouwen als een voortdurend misdrijf en de strafbaarstelling van de instandhouding te schrappen (Parl. St., Vlaams Parlement, 2002-2003, nr. 1566/7, p. 38).


' Verstösst der durch Artikel 8 Nrn. 1 und 3 des Dekrets vom 4. Juni 2003 ersetzte Artikel 149 § 1 und der hinzugefügte Artikel 149 § 5 Absatz 4 des Dekrets vom 18. Mai 1999 gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er je nachdem unterscheidet, ob die städtebauliche Straftat (§ 1) beziehungsweise die Mehrwertforderung (§ 5) aus der Zeit vor oder nach dem 1. Mai 2000 stammt?

' Schendt het bij artikel 8, 1° en 3°, van het decreet van 4 juni 2003 vervangen artikel 149, § 1 en toegevoegde artikel 149, § 5, vierde lid, van het decreet van 18 mei 1999 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het een onderscheid maakt naargelang het bouwmisdrijf (§ 1), respectievelijk de meerwaardevordering (§ 5) dateert van vóór of na 1 mei 2000 ?


- Artikel 149 § 1 desselben Dekrets, ersetzt durch Artikel 8 Nr. 1 des Dekrets der Flämischen Region vom 4. Juni 2003, verstösst gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er einen Behandlungsunterschied herbeiführt, je nachdem, ob die städtebauliche Straftat vor oder nach dem 1. Mai 2000 begangen wurde.

- Artikel 149, § 1, van hetzelfde decreet, zoals vervangen bij artikel 8, 1°, van het decreet van het Vlaamse Gewest van 4 juni 2003, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het een verschil in behandeling doet ontstaan naargelang het bouwmisdrijf vóór of na 1 mei 2000 is gepleegd.


2. Verstösst Artikel 146 Absatz 3 des Dekrets vom 18. Mai 1999 über die Organisation der Raumordnung, eingefügt durch Artikel 4 [zu lesen ist: 7] des Dekrets vom 4. Juni 2003, gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz, indem er die Strafbarkeit der Aufrechterhaltung einer städtebaulichen Straftat von der Anwesenheit von Anrainern und der Verursachung von für diese Anrainer unzumutbaren städtebaulichen Beeinträchtigungen abhängen lässt, so dass eine Behandlungsungleichheit entsteht zwischen denjenigen, die eine städtebauliche Straftat begangen haben, die keine für die Anrainer unzumutbaren städteb ...[+++]

2. Schendt artikel 146, derde lid, van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, zoals toegevoegd door artikel 4 [lees : 7] van het decreet van 4 juni 2003, het door de artikelen 10 en 11 van de Grondwet gewaarborgde gelijkheidsbeginsel doordat de strafbaarheid van de instandhouding van een stedenbouwmisdrijf afhankelijk wordt gemaakt van het aanwezig zijn van omwonenden en het veroorzaken van onaanvaardbare stedenbouwkundige hinder voor die omwonenden zodat er een ongelijke behandeling bestaat tussen personen die een stedenbouwmisdrijf hebben gepleegd dat geen onaanvaardbare stedenbouwkundige hinder voor omwonenden veroorzaakt (en die dus niet voor de instandhouding van de onwettige toestand kunn ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
2. Verstösst Artikel 146 Absatz 3 des Dekrets vom 18. Mai 1999 über die Organisation der Raumordnung, eingefügt durch Artikel 4 des Dekrets vom 4. Juni 2003, gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz, indem er die Strafbarkeit der Aufrechterhaltung einer städtebaulichen Straftat von der Anwesenheit von Anrainern und der Verursachung von für diese Anrainer unzumutbaren städtebaulichen Beeinträchtigungen abhängen lässt, so dass eine Behandlungsungleichheit entsteht zwischen denjenigen, die eine städtebauliche Straftat begangen haben, die keine für die Anrainer unzumutbaren städtebaulichen Beeinträc ...[+++]

2. Schendt artikel 146, derde lid, van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, zoals toegevoegd door artikel 4 [lees : 7] van het decreet van 4 juni 2003, het door de artikelen 10 en 11 van de Grondwet gewaarborgde gelijkheidsbeginsel doordat de strafbaarheid van de instandhouding van een stedenbouwmisdrijf afhankelijk wordt gemaakt van het aanwezig zijn van omwonenden en het veroorzaken van onaanvaardbare stedenbouwkundige hinder voor die omwonenden zodat er een ongelijke behandeling bestaat tussen personen die een stedenbouwmisdrijf hebben gepleegd dat geen onaanvaardbare stedenbouwkundige hinder voor omwonenden veroorzaakt (en die dus niet voor de instandhouding van de onwettige toestand kunn ...[+++]


w