Wenn sich die Ausbildung und der Tätigkeitsbereich des betreffenden Berufes im Aufnahmestaat wesentlich unterscheiden, kann von dem Wanderarbeitnehmer jedoch verlangt werden, dass er - grundsätzlich wahlweise - einen Anpassungslehrgang absolviert oder eine Eignungsprüfung ablegt.
Indien de opleiding of de activiteiten van het beroep in kwestie in de ontvangende lidstaat echter wezenlijk verschillend zijn, mag het vereisen dat de migrerende werknemer (in principe naar keuze van deze laatste) bijscholing volgt of een geschiktheidsexamen aflegt.