Laut der Formulierung der präjudiziellen Frage möchte der vorlegende Richter vom Hof erfahren, ob die vorerwähnten Bestimmungen in Verbindung miteinander zu einer Diskriminierung führen würden, indem sie « den Anfang und die Dauer der Fälligkeitsfrist einer Unterhaltsleistung nach der Ehescheidung auf den 1. September 2007 bzw. auf die Dauer der Ehe [festsetzen], ohne das anfängliche Datum der Fälligkeit dieser Unterhaltsleistung zu berücksichtigen ».
Zoals de prejudiciële vraag is geformuleerd, wenst de verwijzende rechter van het Hof te vernemen of de voormelde bepalingen, in samenhang gelezen, leiden tot een discriminatie doordat zij « de aanvang en de duur van de termijn van het verschuldigd zijn van een onderhoudsuitkering na echtscheiding bepalen enerzijds op 1 september 2007 en anderzijds op de duur van het huwelijk, zonder rekening te houden met de initiële datum van het verschuldigd zijn van deze onderhoudsuitkering ».