25. betont, dass die Widerstandsfähigkeit der Agrarökosysteme durch eine nachhaltigere Nutzung der natürlichen Ressourcen, insbesondere Wasser und Boden, durch aktive Eindämmung nicht nachhaltiger Methoden und des Anbaus von aufgrund ihres Wasserbedarfs nicht geeigneten Kulturen sowie durch verstärkte Nutzung der biologischen Vielfalt innerhalb der Arten und zwischen den Arten hinsichtlich Saatgut und Tierrassen gestärkt werden muss;
25. acht het dringend noodzakelijk het weerstandvermogen van de ecosystemen in de landbouw te vergroten via duurzamer gebruik van de natuurlijke hulpbronnen, in het bijzonder het water en de bodem, door niet-duurzame praktijken en het aanplanten van gewassoorten die niet geschikt zijn omdat zij teveel water nodig hebben, actief te ontmoedigen en door te zorgen voor een grotere intraspecifieke en interspecifieke biodiversiteit van zaden en diersoorten;