tot 31 december 2009, een bedrag dat gelijk is aan 50% van de toekomstige winsten van de onderneming, maar dat niet hoger is dan 25% van de beschikbare of de vereiste solvabiliteitsmarge, naargelang welk bedrag het laagst is; het bedrag van de toekomstige winsten wordt verkregen door de geschatte jaarwinst te vermenigvuldigen met een factor die de gemiddelde resterende looptijd van de overeenkomsten vertegenwoordigt; de
ze factor mag ten hoogste zes bedragen; de geschatte jaarwinst mag niet hoger zijn dan het rekenkundig gemiddelde van de winsten die de laatste vijf boekjaren zijn gemaakt op de in artikel 2, punt 1, van Richtlijn 2002/
...[+++]83/EG vermelde werkzaamheden.