Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «durch nunmehr in frage gestellte bestimmung ersetzt » (Allemand → Néerlandais) :

Durch Artikel 23 Nr. 4 des Dekrets vom 28. März 2003 zur Abänderung des Dekrets vom 23. Januar 1991 wurde Absatz 2 von Artikel 33bis § 2 Nr. 5 des Dekrets vom 23. Januar 1991 durch die nunmehr in Frage gestellte Bestimmung ersetzt.

Bij artikel 23, 4°, van het decreet van 28 maart 2003 houdende wijziging van het decreet van 23 januari 1991 werd het tweede lid van artikel 33bis, § 2, 5°, van het decreet van 23 januari 1991 vervangen door de thans in het geding zijnde bepaling.


Diesbezüglich ist festzustellen, dass durch diese Bestimmung nicht die Exklusivrechte der audiovisuellen Produzenten in Frage gestellt werden, da sie in dieser Eigenschaft das Recht auf Verhandlung mit den Kabelgesellschaften über die Vergütung behalten, auf die die Weiterverbreitung eines audiovisuellen Werks durch Kabel Anspruch verleiht.

In dat verband moet worden vastgesteld dat die bepaling de exclusieve rechten van de audiovisuele producenten die, in die hoedanigheid, het recht op onderhandelen met de kabelmaatschappijen over de vergoeding waarop de doorgifte via de kabel van een audiovisueel werk recht geeft, niet op de helling zet.


Artikel 65bis des Gerichtsgesetzbuches, ersetzt durch Artikel 7 des angefochtenen Gesetzes, enthält nämlich Regeln, die die Präsidentschaft und die Vizepräsidentschaft der Friedensrichter und Richter am Polizeigericht bestimmen, wobei eine Ausnahme für die Gerichtsbezirke Brüssel und Eupen vorgesehen ist, damit, wie es in den in B.8 angeführten Vorarbeiten zu den angefochtenen Bestimmungen erwähnt wird, die durch das Gesetz vom 19. Juli 2012 eingeführte Regelung nicht in Frage ...[+++]

Artikel 65bis van het Gerechtelijk Wetboek, vervangen bij artikel 7 van de bestreden wet, bevat immers de regels die het voorzitterschap en het ondervoorzitterschap van de vrederechters en de rechters in de politierechtbanken beheersen, waarbij een uitzondering wordt ingesteld voor de gerechtelijke arrondissementen Brussel en Eupen, teneinde, zoals aangegeven in de in B.8 aangehaalde parlementaire voorbereiding van de bestreden bepalingen, de bij de wet van 19 juli 2012 ingestelde regeling niet op losse schroeven te zetten.


Da Artikel 20/1 des Gesetzes vom 5. Juli 1994 durch Artikel 84 des Gesetzes vom 18. Dezember 2016 zur Festlegung verschiedener Bestimmungen im Bereich Gesundheit ersetzt wurde, und nunmehr diese Bestimmung in ihrem Paragraph 1 letzter Absatz vorsieht, dass bis zur Bestimmung des Beauftragten die vertraglichen Verpflichtungen, die die zugelassenen Einrichtungen vor Inkrafttreten des betref ...[+++]

Aangezien artikel 20/1 van de wet van 5 juli 1994 is vervangen bij artikel 84 van de wet van 18 december 2016 houdende diverse bepalingen inzake gezondheid, en het voortaan die bepaling is die, in paragraaf 1, laatste lid, bepaalt dat, in afwachting van de aanwijzing van de opdrachtnemer, de contractuele verbintenissen die de erkende instellingen hebben aangegaan vóór de inwerkingtreding van het desbetreffende hoofdstuk met de cvba « CAF-DCF » uiterlijk tot 1 december 2017 worden voortgezet, en aangezien de verzoekende partij geen beroep tot vernietiging van dat artikel 84 heeft ingesteld, heeft het voorliggende beroep tot vernietiging g ...[+++]


Diese Anrufung ist jedoch nicht erforderlich, wenn das betreffende Gericht festgestellt hat, dass die gestellte Frage nicht entscheidungserheblich ist, dass die betreffende Bestimmung des Unionsrechts bereits Gegenstand einer Auslegung durch den Gerichtshof war oder dass die richtige Anwendung des Unionsrechts derart offenkundig ist, dass für einen vernünftigen Zweifel keinerlei Raum bleibt (EuGH, 6. Oktober 19 ...[+++]

Die verwijzing is evenwel niet nodig wanneer die rechterlijke instantie heeft vastgesteld dat de opgeworpen vraag niet relevant is of dat de betrokken bepaling van Unierecht reeds door het Hof is uitgelegd of dat de juiste toepassing van het Unierecht zo evident is, dat redelijkerwijze geen ruimte voor twijfel kan bestaan (HvJ, 6 oktober 1982, C-283/81, CILFIT, punt 21).


Wird eine derartige Frage in einem schwebenden Verfahren bei einem einzelstaatlichen Gericht gestellt, dessen Entscheidungen selbst nicht mehr mit Rechtsmitteln des innerstaatlichen Rechts angefochten werden können, so ist dieses Gericht zur Anrufung des Europäischen Gerichtshofes verpflichtet (Artikel 267 Absatz 3 desselben Vertrags), es sei denn, es stellt fest, « dass die gestellte Frage nicht entscheidungse ...[+++]

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen in een zaak aanhangig bij een nationale rechterlijke instantie waarvan de beslissingen volgens het nationale recht niet vatbaar zijn voor hoger beroep, is die instantie gehouden zich tot het Hof van Justitie te wenden (artikel 267, derde alinea, van hetzelfde Verdrag), tenzij zij vaststelt « dat de opgeworpen vraag niet relevant is of dat de betrokken gemeenschapsbepaling reeds door het Hof [van Justitie] is uitgelegd of dat de juiste toepassing van het gemeenschapsrecht zo evident is, ...[+++]


Gemäß der Rechtsprechung des Europäischen Gerichtshofes « [muss] ein Gericht, dessen Entscheidungen selbst nicht mehr mit Rechtsmitteln des innerstaatlichen Rechts angefochten werden können, seiner Vorlagepflicht nachkommen [...], wenn in einem bei ihm schwebenden Verfahren eine Frage des Unionsrechts gestellt wird, es sei denn, es hat festgestellt, dass die gestellte Frage nic ...[+++]

Volgens de rechtspraak van het Hof van Justitie is « een rechterlijke instantie waarvan de beslissingen volgens het nationale recht niet vatbaar zijn voor hoger beroep, gehouden [...] een vraag van Unierecht die voor haar rijst, te verwijzen, tenzij zij heeft vastgesteld dat de opgeworpen vraag niet relevant is of dat de betrokken bepaling van Unierecht reeds door het Hof is uitgelegd of dat de juiste toepassing van het Unierecht zo evident is, dat redelijkerwijze geen ruimte voor twijfel kan bestaan » (HvJ, 6 oktober 1982, C-283/81, ...[+++]


Der vorlegende Richter fragt den Hof ferner, ob die in der Rechtssache Nr. 4906 in Frage gestellte Bestimmung gegen die Regeln der Gleichheit und Nichtdiskriminierung verstosse, ausgelegt in dem Sinne, dass ein Konkursverwalter, der aus eigener Initiative oder im Auftrag des Präsidenten des Handelsgerichts ein verpfändetes Handelsgeschäft realisiere, verpflichtet sei, der Hinterlegungs- und Konsignationskasse die aus der besagten Realisierung stammenden Summen zu überweisen bei Strafe dessen, Verzugszinsen zahlen zu müssen, während jede ...[+++]

De verwijzende rechter vraagt voorts aan het Hof of de bepaling die in de zaak nr. 4906 in het geding is, de regels van gelijkheid en niet-discriminatie schendt in de interpretatie volgens welke de curator die op eigen initiatief of op verzoek van de voorzitter van de rechtbank van koophandel een in pand gegeven handelszaak te gelde maakt, ertoe gehouden is de sommen afkomstig van die tegeldemaking aan de Deposito- en Consignatiekas te storten, op straffe dat hij verwijlinteresten dient te betalen, terwijl elke andere door de voorzitter van de rechtbank van koophandel aangewezen vereffenaar van het pand, niet aan die verplichting is onde ...[+++]


Diese Schlussfolgerung wird nicht in Frage gestellt durch die Bezugnahme der klagenden Partei auf Artikel 8/3 § 1/2 dieses Gesetzes, der durch Artikel 62 Nr. 4 des angefochtenen Gesetzes eingefügt wurde, da der in dieser Bestimmung vorgesehene Fall demjenigen entspricht, der in Artikel 9 Absatz 1 Buchstabe b der Richtlinie vorgesehen ist, und nicht demjenigen, der in Ar ...[+++]

Die conclusie wordt niet op losse schroeven gezet door de verwijzing van de verzoekende partij naar artikel 8/3, § 1/2, van die wet, ingevoegd bij artikel 62, 4°, van de bestreden wet, aangezien het geval dat door die bepaling wordt beoogd overeenstemt met het geval dat wordt beoogd in artikel 9, lid 1, onder b), van de richtlijn en niet met het geval dat wordt beoogd in artikel 9, lid 1, onder c), dat door de verzoekende partij wordt aangevoerd.


In seinem Urteil Nr. 196. 639 vom 5. Oktober 2009 in Sachen (I. und II. ) der « Maatschappij voor coördinatie van produktie en transport van elektrische energie » Gen.mbH, Verfahrensübernahme durch die « Elia » AG, nunmehr die « Elia Asset » AG, und (III. ) der « Elia Asset » AG gegen (I. , II. und III. ) die Flämische Region, dessen Ausfertigung am 13. Oktober 2009 in der Kanzlei des Hofes eingegangen ist, hat der Staatsrat folgende präjudizielle Frage gestellt:

Bij arrest nr. 196.639 van 5 oktober 2009 in zake (I. en II. ) de cvba « Maatschappij voor coördinatie van produktie en transport van elektrische energie », rechtsgeding hervat door de nv « Elia », thans de nv « Elia Asset », en (III. ) de nv « Elia Asset » tegen (I. , II. en III. ) het Vlaamse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 oktober 2009, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld :


w