10. bekräftigt, dass die Sicherung der EU-Außengrenzen durch Programme und die für eine Stärkung der Grenzen der benachbarten Drittstaaten erforderlichen Finanzmittel ergänzt werden sollte, insbesondere im Rahmen der laufenden Verhandlungen mit den westlichen Balkanstaaten und der Europäischen Nachbarschaftspolitik (Euromed, Östliche Partnerschaft);
10. herhaalt dat de beveiliging van de buitengrenzen van de EU moet worden aangevuld met programma's en de noodzakelijke financiering voor de versterking van de grenzen met derde landen, en dat dat deel moet uitmaken van het huidige kader van de onderhandelingen met de landen van de Westelijke Balkan en het Europees nabuurschapsbeleid (EUROMED, oostelijk partnerschap);