Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «dijon vor fast dreißig jahren » (Allemand → Néerlandais) :

In Frankreich hingegen ist vor rund dreißig Jahren ein Vorschlag hinterlegt worden, um anerkannten gemeinnützigen Vereinigungen ein Vorladungsrecht zu gewähren, doch er ist verworfen worden.

In Frankrijk werd daarentegen voor dertig jaar een voorstel neergelegd dat ertoe strekte aan verenigingen met erkend openbaar nut een recht tot dagvaarding te doen toekennen : het werd afgewezen.


2° die Hecken aus einheimischen Arten, die vor über dreißig Jahren auf dem öffentlichem Eigentum des Wegenetzes angepflanzt wurden.

2° de hagen uit inlandse soorten die sedert meer dan dertig jaar zijn aangeplant op het openbaar domein van de wegen.


Vor dem Inkrafttreten des angefochtenen Gesetzes vom 5. Februar 2016 bestimmten die Artikel 8 und 9 des Strafgesetzbuches, dass die Zuchthausstrafe lebenslänglich ist oder für eine Dauer von Frist von fünf bis zehn Jahren, eine Dauer von zehn bis fünfzehn Jahren, eine Dauer von fünfzehn bis zwanzig Jahren oder eine Dauer von zwanzig bis dreißig Jahren ausgesprochen werden kann.

Vóór de inwerkingtreding van de bestreden wet van 5 februari 2016 bepaalden de artikelen 8 en 9 van het Strafwetboek dat de opsluiting levenslang is, dan wel kan worden uitgesproken voor een termijn van vijf tot tien jaar, een termijn van tien tot vijftien jaar, een termijn van vijftien tot twintig jaar of een termijn van twintig tot dertig jaar.


« Sieht das Gesetz keine kürzere Frist vor, verjähren die Klagen in Bezug auf die Abstammung in dreißig Jahren ab dem Tag, wo der Besitz des Standes aufgehört hat, oder, in Ermangelung des Besitzes des Standes, ab der Geburt oder ab dem Tag, wo das Kind in den Besitz des Standes, der dem angefochtenen Stand entspricht, gekommen ist, und dies unbeschadet des Artikels 2252.

« Wanneer de wet geen kortere termijn stelt, verjaren de vorderingen betreffende de afstamming door verloop van dertig jaar te rekenen van de dag waarop het bezit van staat geëindigd is, of, bij gebreke van bezit van staat, vanaf de geboorte, of te rekenen van de dag waarop het kind in het bezit van staat is gekomen overeenkomstig de staat die hem werd betwist, waarbij artikel 2252 onverkort van toepassing blijft.


« Verstößt Artikel 25 § 2 Buchstabe b) des Gesetzes vom 17. Mai 2006 über die externe Rechtsstellung der zu einer Freiheitsstrafe verurteilten Personen und die dem Opfer im Rahmen der Strafvollstreckungsmodalitäten zuerkannten Rechte, in Verbindung mit den Artikeln 25, 56 Absätze 2 und 3 und 80 des Strafgesetzbuches und Artikel 2 des Gesetzes vom 4. Oktober 1867 über die mildernden Umstände, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern er zur Folge hat, dass eine Person, die durch ein Korrektionalgericht wegen eines im Zustand des gesetzlichen Rückfalls begangenen, korrektionalisierten Verbrechens, das vor der Korrektionalierun ...[+++]

« Schendt artikel 25, § 2, b), van de wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten, in samenhang gelezen met de artikelen 25, 56, tweede en derde lid, en 80 van het Strafwetboek en met artikel 2 van de wet van 4 oktober 1867 op de verzachtende omstandigheden, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het tot gevolg heeft dat een persoon die door een correctioneel rechtscollege is veroordeeld tot een gevangenisstraf wegens een in staat van wettelijke herhaling gepleegde, gecorrectiona ...[+++]


»; 2. « Verstoßen die Artikel 2, 3 und 16 des Gesetzes vom 17. März 2013 (zur Abänderung von Artikel 78 des Gerichtsgesetzbuches, Einfügung eines Artikels 92bis in dasselbe Gesetzbuch und Ergänzung von Artikel 54 des Gesetzes vom 17. Mai 2006), an sich oder in Verbindung miteinander, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 7 der Europäischen Menschenrechtskonvention und/oder mit dem Grundsatz der Nichtrückwirkung des Gesetzes, indem nicht unterschieden wird zwischen den zu einer Freiheitsstrafe von dreißig Jahren oder zu einer lebenslänglichen Freiheitsstrafe mit einer gem ...[+++]

»; 2. « Schenden de artikelen 2, 3 en 16 van de wet van 17 maart 2013 (houdende wijziging van artikel 78 van het Gerechtelijk Wetboek, invoeging van een artikel 92bis in hetzelfde Wetboek en aanvulling van artikel 54 van de wet van 17 mei 2006), al dan niet met elkaar in samenhang gelezen, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 7 van het EVRM en/of met het beginsel van niet-retroactiviteit van de wet, in zoverre geen enkel onderscheid wordt gemaakt tussen de veroordeelden tot een vrijheidsstraf van dertig jaar of tot een levenslange vrijheidsstraf, met een terbeschikkingstelling van de strafu ...[+++]


Der Gerichtshof wird gefragt, ob die vorerwähnten Artikel 2, 3 und 16 vereinbar seien mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit - je nach Fall - den Artikeln 6 und 7 der Europäischen Menschenrechtskonvention und dem Grundsatz der Nichtrückwirkung, insofern einerseits nur für die zu einer Freiheitsstrafe von dreißig Jahren oder zu einer lebenslänglichen Freiheitsstrafe Verurteilten, in Verbindung mit einer Überantwortung an das Strafvollstreckungsgericht, die Entscheidung, eine Strafvollstreckungsmodalität zu gewähren, in diesem Fall durch eine Kammer des Strafvollstreckungsgerichts g ...[+++]

Aan het Hof wordt gevraagd of de voormelde artikelen 2, 3 en 16 bestaanbaar zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met, naar gelang van het geval, de artikelen 6 en 7 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en het beginsel van niet-retroactiviteit, in zoverre, enerzijds, alleen voor de veroordeelden tot een vrijheidsstraf van dertig jaar of tot een levenslange vrijheidsstraf, met een terbeschikkingstelling van de straf ...[+++]


2. « Verstoßen die Artikel 2, 3 und 16 des Gesetzes vom 17. März 2013 (zur Abänderung von Artikel 78 des Gerichtsgesetzbuches, Einfügung eines Artikels 92bis in dasselbe Gesetzbuch und Ergänzung von Artikel 54 des Gesetzes vom 17. Mai 2006), an sich oder in Verbindung miteinander, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 7 der Europäischen Menschenrechtskonvention und/oder mit dem Grundsatz der Nichtrückwirkung des Gesetzes, indem nicht unterschieden wird zwischen den zu einer Freiheitsstrafe von dreißig Jahren oder zu einer lebenslänglichen Freiheitsstrafe mit einer gemäß de ...[+++]

2. « Schenden de artikelen 2, 3 en 16 van de wet van 17 maart 2013 (houdende wijziging van artikel 78 van het Gerechtelijk Wetboek, invoeging van een artikel 92bis in hetzelfde Wetboek en aanvulling van artikel 54 van de wet van 17 mei 2006), al dan niet met elkaar in samenhang gelezen, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 7 van het EVRM en/of met het beginsel van niet-retroactiviteit van de wet, in zoverre geen enkel onderscheid wordt gemaakt tussen de veroordeelden tot een vrijheidsstraf van dertig jaar of tot een levenslange vrijheidsstraf, met een terbeschikkingstelling van de strafuitvo ...[+++]


Der Gerichtshof wird zur Vereinbarkeit von Artikel 100 Absatz 1 Nr. 1 der koordinierten Gesetze über die Staatsbuchführung, der aufgrund von Artikel 131 Absatz 2 des vorerwähnten Gesetzes vom 22. Mai 2003 auf die vor dem vorlegenden Richter anhängige Streitsache anwendbar bleibt, mit den Artikeln 10, 11 und 16 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention und mit Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zu dieser Konvention befragt, indem diese Bestimmung eine fünfjährige Verjährungsfrist für Schuldforderungen zu Lasten des Staates vorsehe, aufgrund der außervertraglichen Haftung der Behörden wegen ein ...[+++]

Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van artikel 100, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Rijkscomptabiliteit, dat krachtens artikel 131, tweede lid, van de voormelde wet van 22 mei 2003 van toepassing blijft op het voor de verwijzende rechter gebrachte geschil, met de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij dat Verdrag, doordat die bepaling voorziet in een vijfjarige verjaringstermijn voor schuldvorderingen ten laste ...[+++]


Folglich konnte ein Versicherungsunternehmen, das vor dem 1. Juli 2007 einen individuellen nicht berufsgebundenen Krankenversicherungsvertrag geschlossen hatte, über eine am 30. Juni 2009 auslaufende Frist von fast zwei Jahren verfügen, um dem Versicherungsnehmer einen neuen Krankenversicherungsvertrag gemäss den Erfordernissen von Artikel 138bis -3 des Gesetzes vom 25. Juni 1992 anzubieten.

De verzekeringsonderneming die vóór 1 juli 2007 een individuele niet-beroepsgebonden ziekteverzekeringsovereenkomst had gesloten, vermocht bijgevolg over een termijn van bijna twee jaar verstrijkend op 30 juni 2009 te beschikken om de verzekeringnemer een nieuwe ziekteverzekeringsovereenkomst aan te bieden die zou beantwoorden aan de vereisten van artikel 138bis -3 van de wet van 25 juni 1992.




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'dijon vor fast dreißig jahren' ->

Date index: 2022-06-22
w