8. benadrukt de fundamentele rol van een daadwerkelijk evenwichtig Europees duaal stelsel, waarin commerciële en publieke media hun respectieve rol spelen en dat moet worden beschermd, zoals door het Parlement,
de Commissie en de Raad van Europa is benadrukt; merkt op dat in een multimediale samenleving, waarin het aantal mondiale marktdeelnemers met commerciële doeleinden is toegenomen, publieke media van essentieel belang zijn; wijst op de belangrijke rol van de publieke media, die door burgers via de staat worden gefinancierd om te voorzien in hun behoeften, en wijst voorts op hun institutionele verplichting om kwalitatief hoogwaard
...[+++]ige, accurate en betrouwbare informatie te verschaffen voor een gevarieerd publiek, waarbij zij tevens ruimte bieden voor marktsegmenten die wellicht niet winstgevend zijn voor commerciële media; benadrukt dat de private media soortgelijke verplichtingen hebben met betrekking tot informatie, in het bijzonder informatie van institutionele en politieke aard, bijvoorbeeld in het kader van verkiezingen, referenda, enz.; onderstreept dat het noodzakelijk is de professionele onafhankelijkheid van nationale persbureaus te waarborgen en het ontstaan van nieuwsmonopolies te vermijden;