(2) Im Zuge der jährlichen Bewertung der Durchführung der in den POSEI-Prog
rammen vorgesehenen Maßnahmen können die Mitgliedstaaten nach Konsultation der betroffenen sozioökonomischen Partner der Kommission im Rahmen der Mittelausstattung gemäß Artikel 30 Absätze 2 und 3 ordnungsgemäß begründete Vors
chläge zur Änderung dieser Maßnahmen unterbreiten, um sie besser an die Erfordernisse der Regionen in äußerster
Randlage und an die vorgeschlagene Strategie ...[+++] anpassen zu können.
2. Op basis van de jaarlijkse evaluatie van de uitvoering van de maatregelen van de Posei-programma's kunnen de lidstaten, na raadpleging van de betrokken sociaal-economische partners, binnen de in artikel 30, leden 2 en 3, vastgestelde financiële middelen, bij de Commissie naar behoren gemotiveerde voorstellen tot wijziging van die maatregelen indienen, met de bedoeling ze beter aan te passen aan de behoeften van de ultraperifere gebieden en aan de voorgestelde strategie.