Art. 2 - Die beruflichen Übergangsprogramme müssen vom für die Beschäftigung zuständigen Regionalminister anerkannt werden, mit Ausnahme der Programme in den Verwaltungen und Dienststellen der Föderalbehörde oder in den Verwaltungen und Dienststellen, die dieser Behörde untergeordnet sind, für welche die Anerkennung vom Föderalminister, zu dessen Zuständigkeitsbereich die Beschäftigung gehört, gewährt wird.
Art. 2. De doorstromingsprogramma's dienen erkend te worden door de Gewestminister bevoegd voor tewerstelling, met uizondering van de programma's in de besturen of diensten van de Federale overheid of in de besturen of diensten die onder het toezicht van deze overheid ressorteren voor dewelke de erkenning gebeurt door de Federale Minister bevoegd voor tewerkstelling.
