Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "diesem urteil wurde " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE
das muendliche Verfahren wurde vor diesem Zeitpunkt eroeffnet

de mondelinge procedure is voor deze datum geopend
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
In diesem Urteil wurde der Hof zur Vereinbarkeit von Artikel 371 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 - in Verbindung mit den Artikeln 32 und 52 des Gerichtsgesetzbuches - mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, diese in Verbindung mit Artikel 14 Absatz 1 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte und mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, befragt, wenn er in dem Sinne ausgelegt werde, dass das Versanddatum, das auf dem Steuerbescheid vermerkt sei, das Datum darstelle, an dem die Beschwerdefrist beginne.

In dat arrest werd aan het Hof een vraag gesteld over de bestaanbaarheid van artikel 371 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in samenhang gelezen met de artikelen 32 en 52 van het Gerechtelijk Wetboek, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, zelf in samenhang gelezen met artikel 14, lid 1, van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, indien het zo wordt geïnterpreteerd dat de datum van verzending vermeld op het aanslagbiljet, de datum is waarop de bezwaartermijn een aanvang neemt.


Moerman, E. Derycke, P. Nihoul und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 3. September 2015 in Sachen Dimitry Moedaert und Vinciane Schoonbroodt gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 17. September 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Lüttich, Abteilung Lüttich, eine Vorabentscheidungsfrage gestellt, die durch Anordnung des Gerichtshofes vom 14. Oktober 2015 wie folgt umf ...[+++]

Moerman, E. Derycke, P. Nihoul en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 3 september 2015 in zake Dimitry Moedaert en Vinciane Schoonbroodt tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 september 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik, een prejudiciële vraag gesteld die bij beschikking van het Hof van 14 oktober 2015 als volgt werd geherformuleerd : « Schenden de artikelen 132bis en 136 van het WIB 1992, in die zin geïnterpreteerd dat enkel de kinderen die hun fiscale woonplaats hebben bij een van d ...[+++]


Für ein Grundstück, das im Inventar der Bodenbeschaffenheit in Kategorie 0 aufgenommen wurde, muss auf diesem Grundstück eine Erkundungsbodenuntersuchung durchgeführt werden zu Lasten der enteignenden Behörde, vor dem vorläufigen Urteil über die Enteignung.

Voor een terrein dat is opgenomen in de inventaris van de bodemtoestand in categorie 0, moet er op dit terrein een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd worden ten laste van de onteigenende overheid, vóór het voorlopig vonnis betreffende de onteigening.


Wie der Hof bereits in seinem Urteil Nr. 56/93 vom 8. Juli 1993 angemerkt hat, hat der Gesetzgeber dadurch, dass er den Unterschied zwischen Arbeitern und Angestellten auf die hauptsächlich manuelle bzw. intellektuelle Art ihrer Arbeit gegründet hat, Behandlungsunterschieden ein Kriterium zugrunde gelegt, das für diesen Unterschied, würde er zu diesem Zeitpunkt eingeführt, kaum eine angemessene Rechtfertigung bieten könnte (B.6.2.1).

Zoals het Hof reeds opmerkte in zijn arrest nr. 56/93 van 8 juli 1993 heeft de wetgever, door het onderscheid tussen arbeiders en bedienden te doen steunen op de voornamelijk manuele respectievelijk intellectuele aard van hun werk, verschillen in behandeling ingevoerd op grond van een criterium dat de invoering ervan op dat ogenblik bezwaarlijk objectief en redelijk zou kunnen verantwoorden (B.6.2.1).


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten J. Spreutels und E. De Groot, und den Richtern L. Lavrysen, A. Alen, T. Merckx-Van Goey, F. Daoût und T. Giet, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 13. April 2015 in Sachen der « Repassvite » Gen.mbH gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 22. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Hennegau, Abteilung Mons, folgende Vorabentscheidungsfra ...[+++]

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de rechters L. Lavrysen, A. Alen, T. MerckxVan Goey, F. Daoût en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 13 april 2015 in zake de cvba « Repassvite » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 mei 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Henegouwen, afdeling Bergen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 193bis van het WIB 1992 de artikelen 10, 11 en 170 [lees : 172] van de Grondwet, in zoverre het de tewerkstellin ...[+++]


Snappe, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Richters A. Alen, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 31. Oktober 2014 in Sachen An Ruyters gegen die Flämische Region, dessen Ausfertigung am 10. Dezember 2014 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das niederländischsprachige Gericht erster Instanz Brüssel folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 42 § 2 Nr. 2 des flämischen Dekrets vom 22. Dezember 1995 zur Festlegung von Bestimmungen ...[+++]

Snappe, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van rechter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 31 oktober 2014 in zake An Ruyters tegen het Vlaamse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 10 december 2014, heeft de Nederlandstalige Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 42, § 2, 2°, van het Vlaamse decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, zoals gewijzigd door artikel 7 van het decreet van 8 juli 1997, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet do ...[+++]


Artikel 96 des HPVG übernimmt dabei Artikel 56 des Gesetzes vom 14. Juli 1971 über die Handelspraktiken, der den Standpunkt des Urteils des Kassationshofes vom 16. März 1939 bestätigte; in diesem Urteil wurde gesagt:

Artikel 96 van de W.H.P.C. neemt hierbij artikel 56 van de wet van 14 juli 1971 op de handelspraktijken over, dat de stelling bekrachtigde van het arrest van het Hof van Cassatie van 16 maart 1939, waarin werd gesteld :


Mit diesem Urteil wurde nämlich festgestellt, dass der königliche Erlass vom 24. Oktober 1978 zur Durchführung von Artikel 37 Absatz 2 des Städtebaugesetzes vom 29. März 1962 nicht mit dem in Artikel 35 des am 22. Oktober 1996 koordinierten Dekrets der Flämischen Region über die Raumordnung übernommenen Artikel 37 Absätze 2 und 4 desselben Städtebaugesetzes vereinbar war.

Dat arrest had immers de niet-overeenstemming vastgesteld van het koninklijk besluit van 24 oktober 1978 tot uitvoering van artikel 37, tweede lid, van de stedenbouwwet van 29 maart 1962 met artikel 37, tweede en vierde lid, van dezelfde stedenbouwwet, overgenomen in artikel 35 van het decreet van het Vlaamse Gewest betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996.


Artikel 96 des HPVG übernimmt dabei Artikel 56 des Gesetzes vom 14. Juli 1971 über die Handelspraktiken, der den Standpunkt des Urteils des Kassationshofes vom 16. März 1939 bestätigte; in diesem Urteil wurde gesagt:

Artikel 96 van de W.H.P.C. neemt hierbij artikel 56 van de wet van 14 juli 1971 op de handelspraktijken over, dat de stelling bekrachtigde van het arrest van het Hof van Cassatie van 16 maart 1939, waarin werd gesteld :


Artikel 96 des HPVG übernimmt dabei Artikel 56 des Gesetzes vom 14. Juli 1971 über die Handelspraktiken, der den Standpunkt des Urteils des Kassationshofes vom 16. März 1939 bestätigte; in diesem Urteil wurde gesagt:

Artikel 96 van de W.H.P.C. neemt hierbij artikel 56 van de wet van 14 juli 1971 op de handelspraktijken over, dat de stelling bekrachtigde van het arrest van het Hof van Cassatie van 16 maart 1939, waarin werd gesteld :




Anderen hebben gezocht naar : diesem urteil wurde     


datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'diesem urteil wurde' ->

Date index: 2021-12-04
w