I. in der Erwägung, dass Artikel 2 des Assoziationsabkommens Europa-Mittelmeer, mit dem eine Assoziation zwischen der Europäischen Gemeinschaft und ihren Mitgliedstaaten einerseits und der Libanesischen Republik andererseits hergestellt wird, besagt, dass sich die Beziehungen zwischen den Parteien sowie alle Bestimmungen des Abkommens auf die Achtung der Grundsätze der Demokratie und der grundlegenden Menschenrechte stützen, wie sie in der Allgemeinen Erklärung der Menschenrechte dargelegt sind, an der sich ihre Innen- und Außenpolitik orientiert und die ein wesentliches Element dieses Abkommens darstellt; in der Erwägung, dass der Assoziationsr
at im Rahmen des in diesem Abkommen vorgesehenen ...[+++] regelmäßigen politischen Dialogs die notwendigen Maßnahmen ergreifen kann, um die Zusammenarbeit zwischen dem Europäischen Parlament und dem libanesischen Parlament zu fördern,I. overwegende dat in artikel 2 van de Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Libanon, anderzijds, wordt bepaald: "De betrekkingen tussen de partijen en
alle bepalingen van deze overeenkomst zijn gegrondvest op de eerbiediging van de democratische beginselen en de fundamentele rechten van de mens, als vastgelegd in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, wat aan hun binnen- en buitenlands beleid ten grondslag ligt en een essentieel element van deze overeenkomst is", overwegende dat de Associatieraad in het
...[+++] kader van de reguliere politieke dialoog waarin door de overeenkomst is voorzien de maatregelen kan nemen die nodig zijn om de samenwerking tussen het Europees Parlement en het Libanese parlement te verbeteren,