Albanien, Kroatien, die ehemalige jugoslawische Republik Mazedonien und die Republik Montenegro kommen weiterhin in den Genuss der Zugeständnisse der Verordnung (EG) Nr. 2007/2000, sofern diese günstiger als die in den jeweiligen Stabilisierungs- und Assoziierungsabkommen mit der Europäischen Union eingeräumten Zugeständnisse sind.
Bovendien komen Albanië, Kroatië en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Montenegro in aanmerking voor de concessies van deze verordening, voor zover deze nauwkeurig bepaald zijn en gunstiger zijn dan de concessies die in hun respectieve stabilisatie- en associatieovereenkomsten met de Europese Unie zijn toegekend.