Vertaling van "dezember 2002 erwähnte " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Richtlinie 2002/92/EG des Europäischen Parlaments und des Rates vom 9. Dezember 2002 über Versicherungsvermittlung
IMD-richtlijn | Richtlijn 2002/92/EG van het Europees Parlement en de Raad van 9 december 2002 betreffende verzekeringsbemiddeling | richtlijn verzekeringsbemiddeling

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

"Die in Artikel 339 Absatz 2 Nummer 3 des Programmgesetzes vom 24. Dezember 2002 erwähnte Lohngrenze liegt bei 13.942,47 Euro".
"De loongrens vermeld in artikel 339, tweede lid, 3°, van de programmawet van 24 december 2002 ligt bij 13.942,47 euro".

11 - Abänderung des Dekrets vom 16. Dezember 1991 über die Aus- und Weiterbildung im Mittelstand und in kleinen und mittleren Unternehmen Art. 35 - Artikel 16 des Dekrets vom 16. Dezember 1991 über die Aus- und Weiterbildung im Mittelstand und in kleinen und mittleren Unternehmen, abgeändert durch die Dekrete vom 14. Februar 2000, 17. Mai 2004, 27. Juni 2011 und 16. Januar 2012, wird um die folgenden Nummern 16 und 17 ergänzt: "16. Prämien an Arbeitgeber und Auszubildende im Rahmen von Systemen der dualen Ausbildung zu gewähren und zu verwalten; 17. die Anerkennung von Mentoren im Hinblick auf die in Artikel 347bis des Programmgesetzes (I) vom 24. Dezember 2002 erwähnte Zielgruppenermäßigung vorzunehmen".
11 - Wijziging van het decreet van 16 december 1991 betreffende de opleiding en de voortgezette opleiding in de Middenstand en de KMO's Art. 35 - Artikel 16 van het decreet van 16 december 1991 betreffende de opleiding en de voortgezette opleiding in de middenstand en de KMO's, gewijzigd bij de decreten van 14 februari 2000, 17 mei 2004, 27 juni 2011 en 16 januari 2012, wordt aangevuld met de bepalingen onder 16° en 17°, luidende: "16° in het kader van de duale opleiding premies toe te kennen aan werkgevers en leerlingen en die premies te beheren; 17° mentoren te erkennen met het oog op de doelgroepvermindering vermeld in artikel 347bis van programmawet (I) van 24 december 2002".

Eine Registrierung gemäß Artikel 28/10 § 2 des Königlichen Erlasses vom 16. Mai 2003 zur Ausführung von Titel IV Kapitel 7 des Programmgesetzes (I) vom 24. Dezember 2002 in Bezug auf die Harmonisierung und Vereinfachung der Regelungen in Sachen Senkungen der Sozialversicherungsbeiträge ersetzt die in Absatz 1 erwähnte Registrierungspflicht.
Een registratie overeenkomstig artikel 28/10, § 2, van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen vervangt de verplichting tot registratie als bedoeld in het eerste lid.

Kapitalien, die bei normalem Vertragsablauf oder bei Tod des Versicherten ausgezahlt werden, und Rückkaufswerte, die in einem der fünf Jahre vor dem normalen Vertragsablauf ausgezahlt werden, sofern diese Kapitalien und Rückkaufswerte gezahlt werden aufgrund von Lebensversicherungsverträgen im Sinne von Artikel 145 Nr. 2 und bis zum Betrag, der für die Wiederherstellung einer oder als Sicherheit für eine Hypothekenanleihe dient, oder aufgrund von Lebensversicherungsverträgen im Sinne von Artikel 104 Nr. 9 oder aufgrund von ergänzenden Pensionen gemäß Artikel 52bis des Königlichen Erlasses Nr. 72 vom 10. November 1967 über die Ruhestands- und Hinterbliebenenpensionen für Selbständige, so wie er in Kraft war, bevor er durch Artikel 70 des Programmgesetzes vom 24. Dezember 2002 ersetzt wurde, oder aufgrund von ergänzenden Pensionen erwähnt in Titel II Kapitel 1 Abschnitt 4 des Programmgesetzes vom 24. Dezember 2002, und Kapitalien, die als vollständige Entschädigung oder Teilentschädigung für einen dauerhaften Ausfall der Berufseinkünfte anzusehen sind, werden für die Festlegung der steuerpflichtigen Grundlage nur bis zum Betrag der Leibrente berücksichtigt, die aus der Umwandlung dieser Kapitalien und Rückkaufswerte entsprechend Koeffizienten, die vom König durch einen im Ministerrat beratenen Erlass festgelegt werden und nicht mehr als 5 Prozent betragen dürfen, hervorgehen würde.
Kapitalen die worden vereffend bij het normaal verstrijken van het contract of bij het overlijden van de verzekerde en afkoopwaarden die worden vereffend in een der vijf jaren die aan het normaal verstrijken van het contract voorafgaan, en voor zover die kapitalen en afkoopwaarden worden uitgekeerd uit hoofde ofwel van levensverzekeringscontracten als vermeld in artikel 145/1, 2°, en tot het bedrag dat dient voor de wedersamenstelling of het waarborgen van een hypothecaire lening, ofwel van levensverzekeringscontracten als vermeld in artikel 104, 9°, of van aanvullende pensioenen overeenkomstig artikel 52bis van het koninklijk besluit nr. 72 van 10 november 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen zoals het van kracht was voordat het door artikel 70 van de programmawet van 24 december 2002, werd vervangen, of van aanvullende pensioenen als bedoeld in titel II, hoofdstuk I, afdeling 4, van de programmawet van 24 december 2002, alsmede kapitalen die de aard hebben van een vergoeding tot geheel of gedeeltelijk herstel van een bestendige derving van beroepsinkomsten, worden voor de vaststelling van de belastbare grondslag slechts in aanmerking genomen tot het bedrag van de lijfrente die zou voortvloeien uit de omzetting van die kapitalen en afkoopwaarden volgens door de Koning bij in Ministerraad overlegd besluit vastgestelde coëfficiënten die niet meer dan 5 pct. mogen bedragen.

« Verstösst Artikel 353ter Absatz 1 Nr. 1 des Programmgesetzes [zu lesen ist: des Programmgesetzes (I)] vom 24. Dezember 2002, eingefügt durch Artikel 9 des Gesetzes vom 27. Dezember 2004 und in der vor seiner Abänderung durch Artikel 201 des Gesetzes vom 22. Dezember 2008 zur Festlegung verschiedener Bestimmungen [zu lesen ist: zur Festlegung verschiedener Bestimmungen (I)] geltenden Fassung, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern er dahingehend ausgelegt wird, dass der darin erwähnte Begriff ' juristische Person ' die juristischen Personen ohne Gewinnerzielungsabsicht und die gemeinnützigen Stiftungen ausschliesst, die - in Analogie - das Ergebnis einer in den Artikeln 671 bis 679 des Gesellschaftsgesetzbuches erwähnten Rechtshandlung sind, wie die Einbringung eines Gesamtvermögens oder eines Teilbetriebes, während eine solche Rechtshandlung, wenn sie eine zivilrechtliche Gesellschaft oder eine Handelsgesellschaft betrifft, nur dieser den Vorteil des Weiterbestehens der Ermässigungen von Sozialversicherungsbeiträgen für Zielgruppen gemäss Abschnitt 3 Kapitel 7 [zu lesen ist: Titel IV Kapitel 7 Abschnitt 3] desselben Programmgesetzes vom 24. Dezember 2002 vorbehält?
« Schendt artikel 353ter, eerste lid, 1°, van de programmawet [lees : programmawet (I)] van 24 december 2002, zoals ingevoegd bij artikel 9 van de wet van 27 december 2004 en in de versie ervan die voorafgaat aan de wijziging aangebracht bij artikel 201 van de wet van 22 december 2008 houdende diverse bepalingen [lees : houdende diverse bepalingen (I)], de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het in die zin wordt geïnterpreteerd dat het betekent dat het daarin bedoelde begrip rechtspersoon de rechtspersonen zonder winstoogmerk en de stichtingen van openbaar nut die, naar analogie, het resultaat zijn van een verrichting bedoeld in de artikelen 671 tot 679 van het Wetboek van vennootschappen, zoals een inbreng van een algemeenheid of een inbreng van een bedrijfstak, uitsluit, terwijl een dergelijke verrichting, wanneer zij betrekking heeft op een burgerlijke vennootschap of een handelsvennootschap, het voordeel van het behoud van de in afdeling 3, hoofdstuk 7 [lees : in titel IV, hoofdstuk 7, afdeling 3] van dezelfde programmawet van 24 december 2002 bedoelde doelgroepverminderingen van socialezekerheidsbijdragen enkel daaraan voorbehoudt ?

Artikel 1 - In Artikel 1 des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 6. Mai 1999 zur Erstellung der Liste der Immobiliengüter, die in dem durch das Dekret vom 4. Februar 1999 eingefügten Artikel 8bis des Dekrets vom 10. März 1994 über die Errichtung der " Société wallonne de financement complémentaire des infrastructures" , abgeändert durch die Erlasse der Wallonischen Regierung vom 11. Januar 2001, vom 19. Dezember 2002 und vom 14. Dezember 2006, erwähnt werden, wird Absatz 1, c), durch Folgendes ersetzt:
Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 6 mei 1999 waarbij de lijst van onroerende goederen wordt samengesteld zoals bedoeld in artikel 10bis van het decreet van 10 maart 1994 betreffende de oprichting van de " Société wallonne de financement complémentaire des infrastructures" , ingevoegd bij het decreet van 4 februari 1999, zoals gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 11 januari 2001, van 19 december 2002 en van 14 december 2006, wordt lid 1, c), vervangen door :

Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 6. Mai 1999 zur Erstellung der Liste der Immobiliengüter, die in dem Artikel 8bis des Dekrets vom 10. März 1994 über die Errichtung der " Société wallonne de financement complémentaire des infrastructures" , in seiner durch die Erlasse der Wallonischen Regierung vom 11. Januar 2001, vom 19. Dezember 2002 und vom 14. Dezember 2006 abgeänderten Fassung, erwähnt werden;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 6 mei 1999 waarbij de lijst van onroerende goederen wordt samengesteld zoals bedoeld in artikel 8bis van het decreet van 10 maart 1994 betreffende de oprichting van de " Société wallonne de financement complémentaire des infrastructures" , zoals gewijzegd bij de besluiten van de Waalse Regering van 11 januari 2001, 19 december 2002 en 14 december 2006;

Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 6. Mai 1999 zur Erstellung der Liste der Immobiliengüter, die in dem Artikel 8bis des Dekrets vom 10. März 1994 über die Errichtung der " Société wallonne de financement complémentaire des infrastructures" , so wie durch die Erlasse der Wallonischen Regierung vom 11. Januar 2001, vom 19. Dezember 2002 und vom 14. Dezember 2006 abgeändert, erwähnt werden;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 6 mei 1999 waarbij de lijst van onroerende goederen wordt samengesteld zoals bedoeld in artikel 8bis van het decreet van 10 maart 1994 betreffende de oprichting van de " Société wallonne de financement complémentaire des infrastructures" , zoals gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 11 januari 2001, 19 december 2002 en 14 december 2006;

Der Gedanke, solche Leitlinien zu entwickeln, wurde erstmals in den Schlussfolgerungen des Rates vom 9./10. Dezember 2002 erwähnt und fand breite Unterstützung im Europäischen Parlament, in der Paritätischen Parlamentarischen Versammlung (AKP-EU) und in der Zivilgesellschaft.
Het idee om dergelijke richtsnoeren uit te werken werd voor het eerst genoemd in de conclusies van de Raad van 9 en 10 december 2002 en heeft aanzienlijke steun gekregen van het Europees Parlement, de Paritaire Parlementaire Vergadering EU-ACS en de civiele samenleving.

– (IT) Herr Präsident, Frau Kommissarin de Palacio – die Sie beide glücklicherweise Spanier sind, was in diesem Fall sehr wichtig ist –, auf die beiden Unglücke der „Erika“ im Dezember 1999 bzw. der „Prestige“ im November 2002 folgten, wie bereits erwähnt worden ist, viele Worte und wenige Taten, was aber gewiss nicht auf die Kommission zutrifft, die – es wurde schon gesagt – sogar sehr viel unternommen hat.
– (IT) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de commissaris bij deze belangrijke materie is het een gelukkige samenloop van omstandigheden dat u beiden Spanjaard bent. Het is al gezegd: op de rampen met de Erika in december 1999 en de Prestige in november 2002 zijn veel woorden maar weinig daden gevolgd.