Vertaling van "desselben gesetzes bevor " (Duits → Nederlands) :

Art. 2 - Artikel 8 desselben Erlassgesetzes, eingefügt durch das Gesetz vom 30. März 1994 und zuletzt abgeändert durch das Gesetz vom 22. Dezember 2008, wird wie folgt abgeändert: 1. In Paragraf 1 Absatz 1 wird die Wortfolge "Landesamt für Arbeitsbeschaffung" durch die Wortfolge "Arbeitsamt der Deutschsprachigen Gemeinschaft" ersetzt und derselbe Absatz wie folgt ergänzt: "Jede lokale Beschäftigungsagentur muss von der Regierung anerkannt werden, bevor sie ihre Aktivitäten ausüben darf".
Art. 2 - In artikel 8 van dezelfde besluitwet, ingevoegd bij de wet van 30 maart 1994 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 22 december 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "Rijksdienst voor arbeidsvoorziening" vervangen door de woorden "dienst voor arbeidsbemiddeling van de Duitstalige Gemeenschap" en wordt hetzelfde lid aangevuld als volgt: "Elk plaatselijk werkgelegenheidsagentschap moet door de Regering erkend worden voordat het zijn activiteiten mag uitoefenen".

Sie war anschliessend verpflichtet, den Betrag des individuellen Beitrags eines jeden Beitragspflichtigen zu berechnen (Artikel 13 Absatz 3 erster Satz und Artikel 14 § 8 Absatz 4 desselben Gesetzes), bevor jeder von ihnen offiziell spätestens innerhalb von acht Tagen nach der vorerwähnten Uberweisung aufgefordert werden sollte, ihr den individuellen Beitrag zu zahlen, der spätestens innerhalb von dreissig Tagen nach dem Versand dieser Aufforderung fällig wurde (Artikel 13 Absatz 3 und Artikel 14 § 8 Absatz 5 desselben Gesetzes).
Vervolgens was zij ertoe gehouden het bedrag te berekenen van de individuele bijdrage van elke bijdrageplichtige (artikel 13, derde lid, eerste zin, en artikel 14, § 8, vierde lid, van dezelfde wet), alvorens ieder van hen, uiterlijk binnen acht dagen na de voormelde storting, officieel te verzoeken haar de verschuldigde individuele bijdrage te betalen uiterlijk binnen dertig dagen na verzending van dat verzoek (artikel 13, derde lid, en artikel 14, § 8, vijfde lid, van dezelfde wet).

Artikel 2 §§ 1 und 2 des Gesetzes vom 27. Februar 1987 sieht zwar vor, dass Personen mit Behinderung ihren Antrag auf Beihilfe einreichen müssen, bevor sie das Alter von 65 Jahren erreicht haben, doch Artikel 5 desselben Gesetzes besagt, dass der Anspruch auf die Beihilfe zur Ersetzung des Einkommens oder auf die Eingliederungsbeihilfe nach Erreichen des Alters von 65 Jahren bestehen bleibt, vorausgesetzt, sie bleibt ohne Unterbrechung zahlbar.
Artikel 2, §§ 1 en 2, van de wet van 27 februari 1987 bepaalt weliswaar dat de persoon met een handicap zijn aanvraag voor een tegemoetkoming moet indienen vóór de leeftijd van 65 jaar, maar artikel 5 van dezelfde wet geeft aan dat het recht op een inkomensvervangende tegemoetkoming of een integratietegemoetkoming blijft bestaan na de leeftijd van 65 jaar voor zover het zonder onderbreking betaalbaar blijft.

Indem der Gesetzgeber in Artikel 7 Absatz 1 des Enteignungsgesetzes von 1962 bestimmt, dass der Friedensrichter ohne weiteres Verfahren beteiligte Dritte als intervenierende Parteien akzeptiert, indem er in Artikel 14 Absatz 1 desselben Gesetzes vorsieht, dass der Friedensrichter in diesem Stadium des Verfahrens die beteiligten Parteien noch als intervenierende Parteien anerkennen kann, die das eventuell verlangt haben, und indem er auch in Artikel 19 § 1 die ausschliessliche Haftungspflicht der säumigen vorgeladenen Parteien den beteiligten Dritten gegenüber vorsieht, die nicht vor dem Friedensrichter erscheinen, bevor das Urteil, das die vorläufige Entschädigung festlegt, verkündet wird, hat der Gesetzgeber eine Massnahme ergriffen, die adäquat ist, um das von ihm angestrebte Ziel zu erreichen.
Door in artikel 7, eerste lid, van de onteigeningswet van 1962 te stellen dat de vrederechter zonder verdere procedure, belanghebbende derden als tussenkomende partijen aanvaardt, door in artikel 14, eerste lid, van dezelfde wet te stellen dat de vrederechter in die stand van de procedure de belanghebbende partijen die erom mochten verzoeken nog kan erkennen als tussenkomende partijen, en door in artikel 19, § 1, te voorzien in de uitsluitende aansprakelijkheid van de nalatige gedaagde partijen tegenover de belanghebbende derden die niet voor de vrederechter verschijnen vóór de uitspraak van het vonnis dat de voorlopige vergoeding bepaalt, heeft de wetgever een maatregel genomen die adequaat is om het door hem nagestreefde doel te bereiken.