Traduction de «des warenzeichens liegt » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

eingetragenes Warenzeichen | registriertes Warenzeichen | Warenzeichen | E.W. [Abbr.] | reg.Wz. [Abbr.]
fabrieksmerk | gedeponeerd handelsmerk | R [Abbr.]

Unionsmarke [ EG-Marke | europäische Marke | europäisches Warenzeichen | Gemeinschaftsmarke ]
merk van de EU [ communautair merk | Europees merk | Gemeenschapsmerk | merk van de Europese Unie | Uniemerk ]

eingetragenes Warenzeichen
gedeponeerd merk

Warenzeichen [ Fabrikmarke | Firmenzeichen | Herkunftsbezeichnung | Herstellermarke | Markenzeichen | Schutzmarke ]
merk [ benaming van oorsprong | dienstmerk | fabrieksmerk | merk van een product | merk van oorsprong ]

Warenzeichen
warenmerk

Pfuhl, der im Sommer trocken liegt
niet-permanente poel

Schiff, das nachweislich besonders weit unter der Norm liegt
vaartuig dat duidelijk beneden de norm zit

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Dem Wortlaut von Artikel 13 Teil A Absatz 1 erster Satz des BWG zufolge kann der Warenzeicheninhaber ja aufgrund ' seines ausschliesslichen Rechts ' und ' unbeschadet der Anwendung des gemeinen Rechts bezüglich der aus ungesetzlicher Handlung sich ergebenden zivilrechtlichen Haftung ' gegen jeden der vier in dieser Bestimmung aufgeführten Warenzeichenverstösse vorgehen, so dass der Hof nicht einsieht, wo die Zweckdienlichkeit des Kriteriums der Art des Warenzeichenverstosses, in Verbindung mit der Spezifität des Warenzeichens, liegt bezüglich der Möglichkeit der Unterlassungsklage oder des Ausschlusses derselben für Handlungen, die sich auf den Gebrauch des Warenzeichens beziehen und gleichzeitig einen Warenzeichenverstoss im Sinne von Artikel 13 Teil A Absatz 1 des BWG sowie einen Verstoss gegen das HPVG darstellen.
Immers, luidens de bewoordingen van artikel 13, A, 1, eerste zin, van de B.M.W. kan de merkhouder zich op grond ' van zijn uitsluitend recht ' en ' onverminderd de toepassing van het gemene recht betreffende de aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad ' verzetten tegen elk van de vier merkinbreuken die in die bepaling zijn opgesomd, zodat het Hof niet inziet waarin het criterium van de aard van de merkinbreuk, verbonden aan de specificiteit van het merk, pertinent is ten aanzien van het al dan niet toelaten van de vordering tot staking voor daden van gebruik van het merk die tegelijk een merkinbreuk in de zin van artikel 13, A, 1, van de B.M.W. uitmaken en strijdig zijn met de W.H.P.C.

Dem Wortlaut von Artikel 13 Teil A Absatz 1 erster Satz des BWG zufolge kann der Warenzeicheninhaber ja aufgrund « seines ausschliesslichen Rechts » und « unbeschadet der Anwendung des gemeinen Rechts bezüglich der aus ungesetzlicher Handlung sich ergebenden zivilrechtlichen Haftung » gegen jeden der vier in dieser Bestimmung aufgeführten Warenzeichenverstösse vorgehen, so dass der Hof nicht einsieht, wo die Zweckdienlichkeit des Kriteriums der Art des Warenzeichenverstosses, in Verbindung mit der Spezifität des Warenzeichens, liegt bezüglich der Möglichkeit der Unterlassungsklage oder des Ausschlusses derselben für Handlungen, die sich auf den Gebrauch des Warenzeichens beziehen und gleichzeitig einen Warenzeichenverstoss im Sinne von Artikel 13 Teil A Absatz 1 des BWG sowie einen Verstoss gegen das HPVG darstellen.
Immers, luidens de bewoordingen van artikel 13, A, 1, eerste zin, van de B.M.W. kan de merkhouder zich op grond « van zijn uitsluitend recht » en « onverminderd de toepassing van het gemene recht betreffende de aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad » verzetten tegen elk van de vier merkinbreuken die in die bepaling zijn opgesomd, zodat het Hof niet inziet in welk opzicht het criterium van de aard van de merkinbreuk, verbonden aan de specificiteit van het merk, pertinent is ten aanzien van het al dan niet toelaten van de vordering tot staking voor daden van gebruik van het merk die tegelijk een merkinbreuk in de zin van artikel 13, A, 1, van de B.M.W. uitmaken en strijdig zijn met de W.H.P.C.

Dem Wortlaut von Artikel 13 Teil A Absatz 1 erster Satz des BWG zufolge kann der Warenzeicheninhaber ja aufgrund « seines ausschliesslichen Rechts » und « unbeschadet der Anwendung des gemeinen Rechts bezüglich der aus ungesetzlicher Handlung sich ergebenden zivilrechtlichen Haftung » gegen jeden der vier in dieser Bestimmung aufgeführten Warenzeichenverstösse vorgehen, so dass der Hof nicht einsieht, wo die Zweckdienlichkeit des Kriteriums der Art des Warenzeichenverstosses, in Verbindung mit der Spezifität des Warenzeichens, liegt bezüglich der Möglichkeit der Unterlassungsklage oder des Ausschlusses derselben für Handlungen, die sich auf den Gebrauch des Warenzeichens beziehen und gleichzeitig einen Warenzeichenverstoss im Sinne von Artikel 13 Teil A Absatz 1 des BWG sowie einen Verstoss gegen das HPVG darstellen.
Immers, luidens de bewoordingen van artikel 13, A, 1, eerste zin, van de B.M.W. kan de merkhouder zich op grond « van zijn uitsluitend recht » en « onverminderd de toepassing van het gemene recht betreffende de aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad » verzetten tegen elk van de vier merkinbreuken die in die bepaling zijn opgesomd, zodat het Hof niet inziet waarin het criterium van de aard van de merkinbreuk, verbonden aan de specificiteit van het merk, pertinent is ten aanzien van het al dan niet toelaten van de vordering tot staking voor daden van gebruik van het merk die tegelijk een merkinbreuk in de zin van artikel 13, A, 1, van de B.M.W. uitmaken en strijdig zijn met de W.H.P.C.