1. Die Mitgliedstaaten unterlassen alle Maßnahmen, die die erfolgreiche Durchführung der Programme, insbesondere im Bereich der Rechte des geistigen Eigentums und hinsichtlich des ununterbrochenen Funktionierens der Infrastrukturen, oder die Sicherheits- und Verteidigungsinteressen der Union und der Mitgliedstaaten gefährden könnten.
1. De lidstaten nemen geen maatregelen die afbreuk zouden kunnen doen aan het goede verloop van de programma's, met name wat de intellectuele-eigendomsrechten en de continuïteit van de werking van de infrastructuren betreft, of die de belangen van het veiligheids- en defensiebeleid van de Unie of de lidstaten kunnen schaden.