Artikel 149 des Raumordnungsdekrets hindert keine durch eine städtebauliche Straftat benachteiligte Person daran, entsprechend den gemeinrechtlichen Vorschriften vor dem Strafrichter oder dem Zivilrichter die Wiedergutmachung ihres persönlichen Schadens zu verlangen.
Artikel 149 van het decreet ruimtelijke ordening belet niet dat een door het stedenbouwmisdrijf benadeelde persoon overeenkomstig de gemeenrechtelijke regels voor de strafrechter of voor de burgerlijke rechter het herstel van zijn persoonlijke schade vordert.