Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Ausscheidender Mieter
Dem Mieter obliegende Reparatur
Mieter
Optionsrecht des Mieters auf Eigentumserwerb
Zu Lasten des Mieters gehende Instandsetzungsarbeiten

Vertaling van "des mieters wohl " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE


zu Lasten des Mieters gehende Instandsetzungsarbeiten

herstellingen ten laste van de huurder | reparatien tot welke de huurder verplicht is


Optionsrecht des Mieters auf Eigentumserwerb

optierecht van de huurder op de eingendomsverkrijging






IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Der vorlegende Richter fragt sich, was es in einem solchen Fall rechtfertige, dass die verheirateten Steuerpflichtigen nicht in den Genuss der maximalen Steuerermässigung von 3.440 Euro für das Steuerjahr 2009 als Eigentümer der Wohnung, in der sie in photovoltaische Solarzellen investiert hätten, gelangen könnten, während dies wohl der Fall gewesen wäre, wenn sie nicht Eigentümer, sondern Mieter dieser Wohnung gewesen wären.

De verwijzende rechter vraagt zich af wat verantwoordt dat in een dergelijke hypothese de gehuwde belastingplichtigen als eigenaars van de woning waarvoor in zonnepanelen is geïnvesteerd voor het aanslagjaar 2009, niet de maximale belastingvermindering van 3.440 euro kunnen genieten, terwijl dat wel het geval zou zijn geweest indien zij geen eigenaars maar huurders van die woning waren.


« Verstossen die Artikel 6 und 14 Absatz 3 des Gesetzes vom 30. April 1951 über die Handelsmietverträge, dahingehend ausgelegt, dass der Mieter im Rahmen eines Handelsmietvertrags, der kraft Artikel 14 Absatz 3 stillschweigend für unbestimmte Zeit erneuert wurde, nicht aufgrund des vorerwähnten Artikels 6 beim Richter die Revision des im besagten Mietvertrag festgelegten Mietpreises beantragen kann, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem sie einen Behandlungsunterschied zwischen diesem Mieter und dem Mieter im Rahmen eines ...[+++]

« Schenden de artikelen 6 en 14, derde lid, van de wet van 30 april 1951 op de handelshuurovereenkomsten, in die zin geïnterpreteerd dat de huurder in het kader van een handelshuurovereenkomst die, krachtens artikel 14, derde lid, voor onbepaalde duur stilzwijgend is vernieuwd, aan de rechter geen herziening van de in die huurovereenkomst bepaalde huurprijs kan vragen op grond van het voormelde artikel 6, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre zij een verschil in behandeling teweegbrengen tussen die huurder en de huurder in het kader van een handelshuurovereenkomst die niet wordt verlengd door een stilzwijgende vernieuwing, aan ...[+++]


« Verstossen die Artikel 6 und 14 Absatz 3 des Gesetzes vom 30hhhhqApril 1951 über die Handelsmietverträge, dahingehend ausgelegt, dass der Mieter im Rahmen eines Handelsmietvertrags, der kraft Artikel 14 Absatz 3 stillschweigend für unbestimmte Zeit erneuert wurde, nicht aufgrund des vorerwähnten Artikels 6 beim Richter die Revision des im besagten Mietvertrag festgelegten Mietpreises beantragen kann, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem sie einen Behandlungsunterschied zwischen diesem Mieter und dem Mieter im Rahmen ein ...[+++]

« Schenden de artikelen 6 en 14, derde lid, van de wet van 30 april 1951 op de handelshuurovereenkomsten, in die zin geïnterpreteerd dat de huurder in het kader van een handelshuurovereenkomst die, krachtens artikel 14, derde lid, voor onbepaalde duur stilzwijgend is vernieuwd, aan de rechter geen herziening van de in die huurovereenkomst bepaalde huurprijs kan vragen op grond van het voormelde artikel 6, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre zij een verschil in behandeling teweegbrengen tussen die huurder en de huurder in het kader van een handelshuurovereenkomst die niet wordt verlengd door een stilzwijgende vernieuwing, aan ...[+++]


« Verstösst das Gesetz vom 20. Februar 1991 zur Abänderung und Ergänzung der Bestimmungen des Zivilgesetzbuches in Sachen Mietverträge, in der vom 28. Februar 1991 bis zum 30. Mai 1997 geltenden Fassung, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern dieses Gesetz damals nicht die Möglichkeit vorsah, dass ein Mieter einen schriftlichen Mietvertrag auf Lebenszeit schliessen konnte bezüglich einer Immobilie, die er zu seinem Hauptaufenthalt bestimmte, während die geltende Gesetzgebung über Mietverträge in bezug auf den Hauptaufenthalt des Mieters wohl diese Möglichkeit vorsieht, sowohl ab dem 31. Mai 1997, infolge des Artikels 6 des ...[+++]

« Schendt de wet van 20 februari 1991 houdende wijziging van de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek inzake huishuur, zoals deze gegolden heeft vanaf 28 februari 1991 tot en met 30 mei 1997, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre dat deze wet alsdan niet de mogelijkheid voorzag dat een huurder een schriftelijke huurovereenkomst voor het leven kon sluiten met betrekking tot een onroerend goed hetwelk hij tot hoofdverblijfplaats bestemde, terwijl de geldende wetgeving betreffende de huurovereenkomsten met betrekking tot de hoofdverblijfplaats van de huurder deze mogelijkheid wel voorziet zowel sedert 31 mei 1997, zulks ingevolge ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
« Verstösst das Gesetz vom 20. Februar 1991 zur Abänderung und Ergänzung der Bestimmungen des Zivilgesetzbuches in Sachen Mietverträge, in der vom 28. Februar 1991 bis zum 30. Mai 1997 geltenden Fassung, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern dieses Gesetz damals nicht die Möglichkeit vorsah, dass ein Mieter einen schriftlichen Mietvertrag auf Lebenszeit schliessen konnte bezüglich einer Immobilie, die er zu seinem Hauptaufenthalt bestimmte, während die geltende Gesetzgebung über Mietverträge in bezug auf den Hauptaufenthalt des Mieters wohl diese Möglichkeit vorsieht, sowohl ab dem 31. Mai 1997, infolge des Artikels 6 des ...[+++]

« Schendt de wet van 20 februari 1991 houdende wijziging van de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek inzake huishuur, zoals deze gegolden heeft vanaf 28 februari 1991 tot en met 30 mei 1997, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre dat deze wet alsdan niet de mogelijkheid voorzag dat een huurder een schriftelijke huurovereenkomst voor het leven kon sluiten met betrekking tot een onroerend goed hetwelk hij tot hoofdverblijfplaats bestemde, terwijl de geldende wetgeving betreffende de huurovereenkomsten met betrekking tot de hoofdverblijfplaats van de huurder deze mogelijkheid wel voorziet zowel sedert 31 mei 1997, zulks ingevolge ...[+++]




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'des mieters wohl' ->

Date index: 2021-02-06
w