Der Vorteil der EGfB war ursprünglich durch Artikel 1 § 2 des Gesetzes vom 1. April 1969 auf Belgier, Flüchtlinge, Staatenlose und Staatsangehörige eines Landes, mit dem Belgien ein Gegenseitigkeitsabkommen abgeschlossen hat, begrenzt; der Empfänger musste ausserdem, wenn er nicht Belgier war, während einer Dauer von fünf Jahren vor dem Antrag tatsächlich in Belgien wohnhaft gewesen sein.
Het voordeel van de IGO was oorspronkelijk bij artikel 1, § 2, van de wet van 1 april 1969 beperkt tot de Belgen, de vluchtelingen, de staatlozen en de onderdanen van een land waarmee België een wederkerigheidsovereenkomst had afgesloten; bovendien moest de gerechtigde die geen Belg was, gedurende de laatste vijf jaar vóór de aanvraag werkelijk in België hebben verbleven.