Vertaling van "des bip gerechnet " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

BIP in Volumen | BIP zu konstanten Preisen | reales BIP | reales Bruttoinlandsprodukt
bruto binnenlands product naar volume | bruto binnenlands product tegen constante prijzen | reëel bruto binnenlands product

BIP in Volumen | BIP zu konstanten Preisen | reales BIP
BBP naar volume | BBP tegen constante prijzen | reeel BBP

BIP-Deflator | BIP-Preisdeflator
bbp-deflator

Bruttoinlandsprodukt [ BIP ]
bruto binnenlands product [ BBP | bruto binnenlands produkt ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Dennoch wird damit gerechnet, dass die Kosten für das Energiesystem im Zeitraum bis 2030 auf ca. 14 % des BIP steigen werden ‑ im Jahr 2010 lagen die Kosten bei rund 12,8 % des BIP.
Niettemin zullen de energiesysteemkosten in de periode tot 2030 naar verwachting toenemen tot circa 14 % van het bbp, in vergelijking met circa 12,8 % in 2010.

In dieser Aktuali sierung wird ein jährliches Wachstum des BIP von etwa 3,8 % bis 2006 projiziert, wobei im Jahr 2004 mit einem Spitzenwert von 4 % und ab 2005 mit einer Verlang samung des Wirtschaftswachstum gerechnet wird.
Deze in 2002 geactualiseerde versie gaat uit van een jaarlijkse groei van het BBP van rond 3,8% in de periode tot 2006 met een maximum van 4% in 2004 en enige groeivertraging vanaf 2005.

[8] Es wird damit gerechnet, dass etwa 1,2 Millionen zusätzliche Forschungskräfte, darunter 700 000 zusätzliche Forscher, erforderlich sind, um das Ziel von Barcelona zu erreichen, die Investitionen in Forschung und Entwicklung auf 3 % des BIP zu erhöhen.
[8] Er worden 1,2 miljoen extra onderzoekmedewerkers, waaronder 700 000 extra onderzoekers, nodig geacht om de doelstelling van Barcelona, namelijk een verhoging van de investeringen in onderzoek en ontwikkeling tot 3% van het BBP, te halen.

2002 wuchs das reale BIP um 0,2 %, für 2003 wird mit keiner Änderung gerechnet.
In 2002 groeide het reële BBP met 0,2% en in 2003 zal het naar verwachting gelijk blijven.

In Luxemburg rechnet man mit einem raschen Wiederanziehen der Konjunktur, prognostiziert wird ein BIP-Zuwachs von 2 % im Jahr 2003, 3,2 % im Jahr 2004 und 3,5 % im Jahr 2005; für die Inlandsbeschäftigung wird von einem Anstieg um insgesamt 1,4 % im Jahr 2003, 1,6 % im Jahr 2004 und 2,8 % im Jahr 2005 gerechnet, gleichzeitig wird von einem Anstieg der Arbeitslosigkeit auf 3,3 % im Jahr 2003, 3,5 % im Jahr 2004 und 3,6 % im Jahr 2005 ausgegangen.
Luxemburg verwacht een snel herstel van de economische bedrijvigheid: een stijging van het BBP van 2% in 2003, 3,2% in 2004 en 3,5% in 2005; een toename van de totale binnenlandse werkgelegenheid van 1,4% in 2003, 1,6% in 2004 en 2,8% in 2005, en, tegelijkertijd, een werkloosheidscijfer van 3,3% in 2003, 3,5% in 2004 en 3,6% in 2005.

H. in der Erwägung, dass die Defizite der öffentlichen Haushalte der Mitgliedstaaten 2010 rasch auf 7 % des BIP ansteigen werden, was auf die kombinierten Auswirkungen höherer Ausgaben infolge automatischer Stabilisatoren und in freiem Ermessen beschlossener Maßnahmen zur Unterstützung der Wirtschaft und des Finanzsektors und niedrigerer Steuereinnahmen zurückzuführen ist; in der Erwägung, dass für 2011 mit einer gewissen Verbesserung bei der Höhe der Defizite gerechnet wird; in der Erwägung jedoch, dass einige Mitgliedstaaten bereits lange vor der Krise die Kriterien des Stabilitätspakts wiederholt nicht eingehalten haben; in der Erwägung, dass die Rückkehr zu soliden öffentlichen Finanzen von wesentlicher Bedeutung und eine Vorbedingung für die Stabilität unserer gemeinsamen Währung ist,
H. overwegende dat de overheidstekorten van de lidstaten in 2010 naar verwachting snel zullen stijgen tot circa 7% van het BBP, vanwege de gecombineerde gevolgen van hogere uitgaven voor automatische stabilisatoren en discretionaire maatregelen ter ondersteuning van de economie en de financiële sector, en lagere belastinginkomsten; overwegende dat voor 2011 een zekere daling van de tekorten wordt verwacht; overwegende dat sommige lidstaten echter ver voor de crisis reeds bij herhaling niet hebben voldaan aan de criteria van het stabiliteitspact; overwegende dat de terugkeer naar gezonde openbare financiën van wezenlijk belang is en een voorwaarde is voor de stabiliteit van onze gemeenschappelijke munteenheid,

E. unter Hinweis darauf, dass der durchschnittliche Verschuldungsgrad der Staatshaushalte im Euroraum von 66,2% des BIP Ende des Jahres 2007 auf 69,6% Ende des Jahres 2008 anstieg und dass in den kommenden Jahren mit einem weiteren Anstieg dieser Quote gerechnet wird,
E. overwegende dat de gemiddelde overheidsschuld in de eurozone is gestegen van 66,2% van het BBP eind 2007 tot 69,6% eind 2008, en dat wordt verwacht dat dit cijfer in de komende jaren nog zal stijgen,

G. unter Hinweis darauf, dass bei den alterungsbedingten Ausgaben ein Anstieg um 4 % des BIP bis zum Jahre 2050 prognostiziert wird; unter Hinweis darauf, dass infolgedessen in einer Reihe von Mitgliedstaaten die alterungsbedingten öffentlichen Ausgaben um 5 % auf 13 % des BIP ansteigen werden, was erheblichen Druck auf die Tragfähigkeit ihrer öffentlichen Finanzen ausüben wird, während mit einem Rückgang des Wachstums von 2,4 % im Zeitraum 2004 – 2010 auf 1,9 % im Zeitraum 2011 – 2030 und einem weiteren Rückgang auf lediglich 1,2 % im Zeitraum 2031 – 2050 gerechnet wird; unter Hinweis darauf, dass ein Wachstumsrückgang und steigende alterungsbedingte Ausgaben das wirtschaftliche und soziale Wohlergehen der europäischen Bürger und den sozialen Zusammenhalt unserer Gesellschaften gefährden und die europäischen Organe und die gemeinsamen Politiken einem Auflösungsdruck aussetzen könnten,
G. overwegende dat leeftijdgerelateerde uitgaven in de prognoses toenemen met 4% van het BBP in 2050; overwegende dat leeftijdgerelateerde uitgaven daardoor in een aantal lidstaten zullen stijgen met 5 tot 13% van het BBP, wat de houdbaarheid van hun overheidsfinanciën sterk onder druk zal zetten, terwijl de groei naar verwachting zal afnemen van 2,4% in de periode 2004-2010 tot 1,9% in de periode 2011-2030 en tot 1,2% in de periode 2031-2050; overwegende dat de afnemende groei en de toegenomen leeftijdgerelateerde uitgaven de economische en sociale welvaart van de Europese burgers en de sociale cohesie van onze samenlevingen in gevaar kunnen brengen en dat de Europese instellingen en gemeenschappelijke beleidsonderdelen onder deze druk kunnen bezwijken,