Die Gesamtzuweisung würde dazu führen – nach der Begrenzung auf 4 % des BIP, wie in der allgemeinen Verordnung für Strukturfonds festgeschrieben –, dass für die neuen Mitgliedstaaten 2006 nach einer Einstiegsphase 2004 und 2005 Mittel in Höhe von 137 Euro pro Kopf bereitgestellt werden (verglichen mit einem Durchschnitt von 231 Euro für die derzeitigen vie Kohäsionsländer).
Na aftopping op 4% van het BNP, zoals bepaald in de algemene verordening betreffende de structuurfondsen, zou de globale toewijzing erop neerkomen dat de kredieten voor de nieuwe lidstaten - na een geleidelijke toetreding in 2004 en 2005 - uitkomen op een bedrag van € 137 per hoofd van de bevolking in 2006 (tegenover een gemiddelde van € 231 voor de huidige vier Cohesielanden).