(1) Auf Vorschlag eines Drittels
der Mitgliedstaaten oder der Kommission und nach Zustimmung des Europäischen Parlaments kann der Rat, der in der Zusammensetzung der Staats- und Regierungschefs tagt, einstimmig feststellen, daß eine
schwerwiegende und anhaltende Verletzung von in Artikel F Absatz 1 genannten Grundsätzen durch einen Mitgliedstaat vorliegt, nachdem e
r die Regierung des betroffenen Mitgliedstaats zu einer Stellungnahm
...[+++]e aufgefordert hat.
1. De Raad, in de samenstelling van de staatshoofden en regeringsleiders, kan met eenparigheid van stemmen, op voorstel van een derde van de lidstaten of van de Commissie, en na de instemming van het Europees Parlement te hebben verkregen, een ernstige en voortdurende schending door een lidstaat van in artikel F, lid 1, genoemde beginselen constateren, na de regering van de lidstaat in kwestie om opmerkingen te hebben verzocht.