Dagegen können Erwägungen rein administrativer Art es nicht rechtfertigen, dass ein Mitgliedstaat von den Vorschriften des Gemeinschaftsrechts abweicht, erst recht nicht, wenn eine derartige Abweichung darauf hinausläuft, die Ausübung der im Gemeinschaftsrecht [84] verankerten Grundfreiheiten auszuschließen oder einzuschränken.
[83] Een lidstaat zou daarentegen geen overwegingen van louter bestuurlijke aard kunnen inroepen om een afwijking van de communautaire regels te rechtvaardigen, zeker niet als dit ertoe leidt dat de uitoefening van een van de fundamentele vrijheden van het Gemeenschapsrecht wordt verhinderd of beperkt.