Traduction de « vor ihrer ersetzung beziehungsweise » (Allemand → Néerlandais) :

Aufgrund der Artikel 104 und 120 des Dekrets vom 12. Juni 1991 über die Universitäten in der Flämischen Gemeinschaft in der vor ihrer Ersetzung beziehungsweise Abänderung durch die Artikel 8 und 9 des Dekrets vom 30. Juni 2006 zur Festlegung von Bestimmungen zur Begleitung des Haushalts 2006 geltenden Fassung hatten die Personalmitglieder Anspruch auf die gleichen Vergütungen und Zulagen wie diejenigen, die den Personalmitgliedern der Flämischen Gemeinschaft gewährt wurden, darunter eine Vergütung für den Verkehr zwischen Wohnung und Arbeitsplatz.
Op grond van de artikelen 104 en 120 van het decreet van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, zoals van toepassing vóór ze respectievelijk werden vervangen en gewijzigd bij de artikelen 8 en 9 van het decreet van 30 juni 2006 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2006, hadden de personeelsleden recht op dezelfde vergoedingen en toelagen als die welke zijn toegekend aan de personeelsleden van de Vlaamse Gemeenschap, waaronder een vergoeding voor het woon-werkverkeer.

Folglich sind die Folgen der Artikel 59 und 82 des Gesetzes über die Arbeitsverträge in ihrer Fassung, die vor ihrer Aufhebung durch die Artikel 34 beziehungsweise 50 des Gesetzes vom 26. Dezember 2013 galt, bis zum 31. Dezember 2013 aufrechtzuerhalten.
Bijgevolg dienen de gevolgen van de artikelen 59 en 82 van de Arbeidsovereenkomstenwet, zoals zij van toepassing waren vóór de opheffing ervan bij respectievelijk de artikelen 34 en 50 van de wet van 26 december 2013, te worden gehandhaafd tot 31 december 2013.

Aus dem Vorstehenden geht hervor, dass der Gerichtshof die fraglichen Bestimmungen in der Fassung vor ihrer Ersetzung durch Artikel 50 des Gesetzes vom 19. Dezember 2008 prüfen muss und, was die ersten drei Teile der Vorabentscheidungsfrage betrifft, ausschließlich in Bezug auf ihre Vereinbarkeit mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung.
Uit wat voorafgaat volgt dat het Hof de in het geding zijnde bepalingen dient te onderzoeken in de versie ervan vóór de vervanging ervan bij artikel 50 van de wet van 19 december 2008 en, wat de eerste drie onderdelen van de prejudiciële vraag betreft, uitsluitend ten aanzien van hun bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.

Diese Patentschrift enthielt eine Übersetzung der Patentansprüche in Deutsch und in Französisch (Artikel 14 Absätze 1 und 7 desselben Übereinkommens, vor ihrer Ersetzung durch Artikel 1 Nummer 3 der Akte vom 29. November 2000).
Dat octrooischrift bevatte een vertaling van de conclusies in het Duits en in het Frans (artikel 14, leden 1 en 7, van hetzelfde Verdrag, vóór de vervanging ervan bij artikel 1, punt 3, van de Akte van 29 november 2000).

(2) Das Mitglied oder die Mitglieder und die Bediensteten jeder Aufsichtsbehörde sind gemäß dem Unionsrecht oder dem Recht der Mitgliedstaaten sowohl während ihrer Amts- beziehungsweise Dienstzeit als auch nach deren Beendigung verpflichtet, über alle vertraulichen Informationen, die ihnen bei der Wahrnehmung ihrer Aufgaben oder der Ausübung ihrer Befugnisse bekannt geworden sind, Verschwiegenheit zu wahren.
2 Ten aanzien van de vertrouwelijke informatie die hun bij de uitvoering van hun taken of de uitoefening van hun bevoegdheden ter kennis is gekomen, geldt voor het lid of de leden en de personeelsleden van elke toezichthoudende autoriteit zowel tijdens hun ambtstermijn als daarna het beroepsgeheim, zulks overeenkomstig het Unierecht of het lidstatelijke recht.

Während ihrer Amts- beziehungsweise Dienstzeit gilt diese Verschwiegenheitspflicht insbesondere für die von natürlichen Personen gemeldeten Verstöße gegen diese Richtlinie.
Tijdens hun ambtstermijn geldt het beroepsgeheim met name voor meldingen van inbreuken op deze richtlijn door natuurlijke personen.

(5) Nach Maßgabe der Verordnung (EU, Euratom) Nr. 966/2012 oder jeder anderen Verordnung zu ihrer Ersetzung bewahren der Rechnungsführer, jeder Befehlshaber einer Operation und gegebenenfalls der Verwalter alle Rechnungen, Bestandsverzeichnisse und dazugehörenden Belege, alle auf ihrer jeweiligen Ebene, fünf Jahre lang, vom Zeitpunkt der Erteilung der Entlastung an gerechnet, auf.
5. Op een wijze die strookt met Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 of elke andere verordening die daarvoor in de plaats komt, bewaren de rekenplichtige, elke operationeel commandant en, indien van toepassing, de beheerder, alle rekeningen, inventarissen en ter zake doende documenten, elk op zijn niveau, gedurende een periode van vijf jaar, te rekenen vanaf de datum waarop de desbetreffende kwijting is verleend.

Vor ihrer Aufhebung beziehungsweise Ersetzung durch das Gesetz vom 27. April 2007 zur Reform der Ehescheidung bestimmten die Artikel 231, 232, 301 und 306 des Zivilgesetzbuches:
Vóór de opheffing of de vervanging ervan bij de wet van 27 april 2007 betreffende de hervorming van de echtscheiding bepaalden de artikelen 231, 232, 301 en 306 van het Burgerlijk Wetboek :

(2) Jede Person, die der Ansicht ist, dass ihre personenbezogenen Daten unter Verstoß gegen dieses Abkommen verarbeitet wurden, hat das Recht, gemäß den Rechtsvorschriften der Europäischen Union, ihrer Mitgliedstaaten beziehungsweise der Vereinigten Staaten einen wirksamen administrativen und gerichtlichen Rechtsbehelf einzulegen.
2. Eenieder die van oordeel is dat zijn/haar persoonsgegevens een met deze overeenkomst strijdige verwerking hebben ondergaan, heeft het recht om bij een administratieve of rechterlijke instantie beroep in te stellen, respectievelijk overeenkomstig het recht van de Europese Unie, van haar lidstaten of van de Verenigde Staten.

Die präjudizielle Frage betrifft die Artikeln 151 und 259ter § 1 des Gerichtsgesetzbuches in der vor ihrer Aufhebung beziehungsweise Ersetzung durch das Gesetz vom 22. Dezember 1998 zur Abänderung gewisser Bestimmungen des zweiten Teils des Gerichtsgesetzbuches betreffend den Hohen Justizrat, die Ernennung und Bezeichnung von Magistraten und die Einführung eines Beurteilungssystems geltenden Fassung.
De prejudiciële vraag betreft de artikelen 151 en 259ter , § 1, van het Gerechtelijk Wetboek, vóór de opheffing en vervanging ervan bij de wet van 22 december 1998 tot wijziging van sommige bepalingen van deel II van het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de Hoge Raad voor de Justitie, de benoeming en aanwijzing van magistraten en tot invoering van een evaluatiesysteem.