Vertaling van " daran anknüpfenden politischen leitlinien " (Duits → Nederlands) :

Auf Grundlage des Vertrags von Amsterdam und der daran anknüpfenden politischen Leitlinien, die vom Europäischen Rat in Tampere und Sevilla festgelegt wurden, formulierte die Kommission die wichtigsten Komponenten einer gemeinsamen Migrations- und Asylpolitik.
Op basis van het Verdrag van Amsterdam en overeenkomstig de beleidsoriëntaties van de Europese Raad van Tampere en Sevilla heeft de Commissie de hoofdbestanddelen van een gemeenschappelijk migratie- en asielbeleid geformuleerd.

Durch den mit Partnerländern und in multilateralen Foren geführten politischen Dialog wird die Kommission in Abstimmung mit dem Europäischen Auswärtigen Dienst weiter daran arbeiten, dass eingegangene Verpflichtungen zu international vereinbarten Grundsätzen und Leitlinien zu verantwortungsvollen Unternehmenspraktiken in den Bereichen Menschenrechte, Arbeitnehmerrechte, Umweltstandards sowie in steuerlichen und Antikorruptionsangelegenheiten auch eingehalten werden.
Via een beleidsdialoog met partnerlanden in multilaterale fora blijft de Commissie, in overleg met de Europese Dienst voor extern optreden, streven naar de hernieuwing van verbintenissen inzake internationaal afgesproken beginselen en richtsnoeren in verband met verantwoordelijke bedrijfspraktijken op het vlak van mensen- en arbeidsrechten, corruptiebestrijding en fiscale zaken.

12. bekräftigt, dass der Kandidat für das Amt des Präsidenten der Kommission, wie in Absatz 2 der Rahmenvereinbarung über die Beziehungen zwischen dem Europäischen Parlament und der Kommission dargelegt, nach seiner/ihrer Ernennung durch den Europäischen Rat dem Parlament die politischen Leitlinien für seine/ihre Amtszeit unterbreiten sollte und im Anschluss daran eine umfassende Aussprache erfolgen sollte, bevor das Parlament den vorgeschlagenen Kandidaten zum Präsidenten der Kommission wählt;
12. benadrukt dat van de kandidaat voor het ambt van voorzitter van de Commissie, als genoemd in punt 2 van het kaderakkoord over de betrekkingen tussen het Europees Parlement en de Commissie, verlangd moet worden dat hij na de voordracht door de Europese Raad aan het Europees Parlement de politieke koers van zijn mandaat uiteenzet, gevolgd door een uitvoerige gedachtewisseling, voordat het Parlement de voorgedragen kandidaat tot voorzitter van de Commissie kiest;

3. verweist auf seine Leitlinien für den MFR für die Zeit nach 2013, wie sie im Bericht seines Sonderausschusses zu den politischen Herausforderungen und den Haushaltsmitteln für eine nachhaltige Europäische Union nach 2013 mit dem Titel „Investitionen in die Zukunft: ein neuer Mehrjähriger Finanzrahmen (MFR) für ein wettbewerbsfähiges, nachhaltiges und inklusives Europa“ angenommen wurden; erinnert daran, dass die Zustimmung des Parlaments auf der Grundlage eines Berichts des Haushaltsausschusses für die Annahme des MFR durch den Rat unverzichtbar ist; erinnert daran, dass das Europäische Parlament gemäß den Artikeln 312 Absatz 5 und 324 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union angemessen in den Prozess der Aushandlung des nächsten MFR eingebunden werden muss;
3. herinnert aan zijn richtsnoeren voor het MFK na 2013, zoals aangenomen in het verslag van zijn Bijzondere Commissie beleidsuitdagingen en begrotingsmiddelen voor een duurzame Europese Unie na 2013 met als titel „Investeren in de toekomst: een nieuw meerjarig financieel kader (MFK) voor een concurrerend, duurzaam en integratiegericht Europa”; brengt in herinnering dat de instemming van het Parlement, op basis van een verslag van de Begrotingscommissie, een verplichte vereiste is voor de goedkeuring van het MFK door de Raad; herinnert eraan dat het Europees Parlement overeenkomstig artikel 312, lid 5, en artikel 324 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) naar behoren bij het onderhandelingsproces over het volgende MFK moet worden betrokken;

an die Entschließung des Rates vom 3. Oktober 2000 über die Organisation und Verwaltung des Internet und die daran anknüpfenden, am 23. Oktober 2002 verabschiedeten Leitlinien für die Beratungen über die internationale Verwaltung des Internet und die Reform der ICANN;
de Resolutie van de Raad van 3 oktober 2000 betreffende de organisatie en het beheer van Internet en de in aansluiting daarop vastgestelde richtsnoeren voor de besprekingen over het internationaal beheer van het internet en de ICANN-hervormingen;

10. stellt besorgt fest, dass Frauen nur 20% der Studenten im Bereich der Informations- und Kommunikationstechnologien ausmachen und in der Regel in diesem Bereich stark unterrepräsentiert sind, dass die Frauen auf Grund des beschränkten Zugangs zu den neuen Wissensgebieten keine hoch qualifizierten und höchstbezahlten Arbeitsplätze in den stark an die Informationstechnologie gebundenen Sektoren erhalten können; fordert die Mitgliedstaaten im Einklang mit den vom Europäischen Rat in Nizza 2000 definierten politischen Leitlinien auf, den Zugang der Frauen zur lebenslangen Bildung und Ausbildung, insbesondere zur Ausbildung in den neuen Technologien, zu erleichtern; appelliert diesbezüglich daran, dass nationale Ziele im Hinblick auf den Grad der Mitwirkung der Frauen in allen Ebenen von Bildung und Ausbildung festgelegt und auf nationaler, regionaler oder lokaler Ebene Initiativen (spezielle Ausbildungsprogramme, Informationskampagnen) ergriffen werden müssen, damit die Frauen in die neuen Technologiebereiche vordringen;
10. constateert met bezorgdheid dat vrouwen slechts 20% uitmaken van de studenten in informatie- en communicatietechnologieën en in deze sector in het algemeen zwaar ondervertegenwoordigd zijn; meent dat vrouwen onvoldoende kansen krijgen om zich vertrouwd te maken met de nieuwe kennis en daarom geen toegang krijgen tot hooggekwalificeerde en goed betaalde banen in sectoren die in grote mate afhangen van de informatietechnologie; verzoekt de lidstaten om in overeenstemming met de politieke richtsnoeren van de Europese Raad van Nice in december 2000 de toegang van vrouwen tot het onderwijs en tot levenslang leren, met name op het gebied van de nieuwe technologieën, te vergemakkelijken; wijst in dit verband op de noodzaak om nationale streefcijfers vast te stellen voor de participatiegraad van vrouwen op alle onderwijs- en opleidingsniveaus en nationale, regionale of plaatselijke initiatieven te ontplooien (speciale opleidingsprogramma's, informatiecampagnes, enz.) zodat vrouwen de weg vinden naar de sector van de nieuwe technologieën;

10. stellt besorgt fest, dass Frauen nur 20% der Studenten im Bereich der Informations- und Kommunikationstechnologien ausmachen und in der Regel in diesem Bereich stark unterrepräsentiert sind, dass die Frauen auf Grund des beschränkten Zugangs zu den neuen Wissensgebieten keine hochqualifizierten und höchstbezahlten Arbeitsplätze in den stark an die Informationstechnologie gebundenen Sektoren erhalten können; fordert die Mitgliedstaaten im Einklang mit den vom Europäischen Rat in Nizza 2000 definierten politischen Leitlinien auf, den Zugang der Frauen zur lebenslangen Bildung und Ausbildung, insbesondere zur Ausbildung in den neuen Technologien, zu erleichtern; appelliert diesbezüglich daran, dass nationale Ziele im Hinblick auf den Grad der Mitwirkung der Frauen in allen Ebenen von Bildung und Ausbildung festgelegt und auf nationaler, regionaler oder lokaler Ebene Initiativen (spezielle Ausbildungsprogramme, Informationskampagnen) ergriffen werden müssen, damit die Frauen in die neuen Technologiebereiche vordringen;
10. constateert met bezorgdheid dat vrouwen slechts 20% uitmaken van de studenten in informatie- en communicatietechnologieën en in deze sector in het algemeen zwaar ondervertegenwoordigd zijn; meent dat vrouwen onvoldoende kansen krijgen om zich vertrouwd te maken met de nieuwe kennis en daarom geen toegang krijgen tot hooggekwalificeerde en goed betaalde banen in sectoren die in grote mate afhangen van de informatietechnologie; verzoekt de lidstaten om in overeenstemming met de politieke richtsnoeren van de Europese Raad van Nice in december 2000 de toegang van vrouwen tot het onderwijs en tot levenslang leren, met name op het gebied van de nieuwe technologieën, te vergemakkelijken; wijst in dit verband op de noodzaak om nationale streefcijfers vast te stellen voor de participatiegraad van vrouwen op alle onderwijs- en opleidingsniveaus en nationale, regionale of plaatselijke initiatieven te ontplooien (speciale opleidingsprogramma's, informatiecampagnes, enz.) zodat vrouwen de weg vinden naar de sector van de nieuwe technologieën;

die vom Europäischen Rat im Jahr 2000 in Lissabon und in Feira angenommenen Schlussfolgerungen, in denen die Ziele für die Informationsgesellschaft und den Aktionsplan eEurope genannt sind; die Entschließung des Rates vom 3. Oktober 2000 über die Organisation und Verwaltung des Internet und die daran anknüpfenden am 23. Oktober 2002 verabschiedeten Leitlinien für die Beratungen über die Internationale Verwaltung des Internet und die Reform der Internet Corporation for Assigned Names and Numbers (ICANN) sowie die in der Folge hierzu am 13. Oktober 2004 verabschiedeten Leitlinien für die Beratungen im WSIS-Rahmen; die Schlussfolgerungen des Rates vom 8. März 2004 über die Weiterverfolgung der Genfer Tagung des Weltgipfels über die Informationsgesellschaft (WSIS); die Schlussfolgerungen des Rates vom 26./27. April 2004 zum Weltgipfel über die Informationsgesellschaft.
de conclusies van de Europese Raden van Lissabon en Feira van 2000, waarin de doelstellingen voor de informatiemaatschappij en het actieplan e-Europa worden vastgesteld; de resolutie van de Raad van 3 oktober 2000 betreffende de organisatie en het beheer van internet en de in aansluiting daarop vastgestelde richtsnoeren van 23 oktober 2002 voor de besprekingen over het internationaal beheer van het internet en de hervormingen van de Internet Corporation for Assigned Names and Numbers (ICANN), met als follow-up de op 13 oktober 2004 aangenomen richtsnoeren voor besprekingen in het kader van de WSIS; de Raadsconclusies van 8 maart 2004 over de follow-up van de Top van Genève van de WSIS; de conclusies van de Raad van 26/27 april 2004 inzake de Wereldtop over de informatiemaatschappij.