Seine Äußerung, dass er fest daran glauben möchte, dass weder die Franzosen noch die Niederländer den Verfassungsvertrag abgelehnt haben, wird in die Geschichte eingehen, weil sie charakteristisch für das Verhalten der politischen Elite der Gemeinschaft im 21. Jahrhundert ist.
Zijn uitspraak: “Ik wil koppig blijven geloven dat noch de Fransen, noch de Nederlanders het Grondwettelijk Verdrag verworpen hebben” zal de geschiedenis ingaan als een uitspraak die typerend is voor de houding van de politieke elite van de EU in de 21e eeuw.
